Bijdrage Eppo Bruins aan het plenair debat over het lerarentekort in het basisonderwijs

donderdag 29 juni 2017

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Eppo Bruins aan een plenair debat met minister Bussemaker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en staatssecretaris Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Onderwerp:   Debat over het lerarentekort in het basisonderwijs

Kamerstuk:    27 923          

Datum:           29 juni 2017

De heer Bruins (ChristenUnie):
Voorzitter. Het is nog niet zo lang geleden dat jonge leraren in het basisonderwijs en paboafgestudeerden moeilijk aan het werk kwamen, want er zijn steeds minder leerlingen. Nu gaan op korte termijn veel leraren met pensioen en zijn er te weinig paboafgestudeerden om de dreigende tekorten tegen te gaan. Het is een enorme uitdaging om de kwaliteit van het onderwijs op peil te houden. De werkdruk die in het primair onderwijs al problematisch is, zal alleen nog maar toenemen.

Het lerarentekort kent meerdere oorzaken. De instroom op de pabo is enorm gedaald. De belangrijkste reden is het verhogen van de eisen. De instroom is eenzijdig: weinig mannen, nauwelijks studenten met een migratieachtergrond en weinig gediplomeerden met een profiel in natuur of techniek. De minister meldde laatst trots dat het percentage mannelijke instroom op de pabo stijgt, maar wie naar de absolute cijfers kijkt, ziet dat dat komt omdat vrouwen blijkbaar worden afgeschrikt door de rekentoets, dus niet omdat er meer mannen naar de pabo komen. Ik ben er niet voor om de instroomeisen te verlagen, maar ik vraag de staatssecretaris en de minister wat er gedaan kan worden om het mbo en het havo beter op de pabo aan te laten sluiten. Het kan toch niet zo zijn dat onze juffen en meesters niet kunnen rekenen?

De ChristenUnie zou graag zien dat er structurele maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat er meer "kerels voor de klas" komen, zoals mijn initiatiefnota heette. Zowel mannelijke als vrouwelijke docenten presteren immers beter in teams met diversiteit. Sterke teams hebben mannen en vrouwen nodig.

Gebrekkige carrièreperspectieven zijn voor studenten de belangrijkste reden om te kiezen voor een ander beroep. Daarnaast speelt ook de beloning een rol. Nederland blijft achter in de ontwikkeling van carrièremogelijkheden voor leraren. Dit is onderdeel van de Lerarenagenda. Ik lees in de brieven wat er wordt gedaan, maar ik wil graag weten wat er inmiddels op dit punt concreet is bereikt en welk perspectief de staatssecretaris ziet op betere carrièreperspectieven.

Naast het aantrekken van nieuw talent is het behouden van leraren voor het vak van groot belang. Begeleid en ontlast beginnende leraren en zijinstromers. Zorg voor meer en betere mogelijkheden om te professionaliseren. En verlaag de werkdruk. De werkdruk is namelijk een van de aspecten die leraren het leven zuur maken. Dit is van mij een oproep aan de bestuurders en schoolleiders, net zozeer als of misschien nog wel meer dan aan de staatssecretaris. Na de manifestatie op het Malieveld afgelopen dinsdag liep ik een stukje op met een ervaren lerares uit Zeist. Ze is inmiddels met pensioen en werkt nu als invalkracht. Ze heeft het plezier in het vak weer teruggevonden. Waarom? Omdat ze niet aan alle verplichtingen en administratie hoeft te denken. Ze is bevrijd van de risicomijdende cultuur op haar school. Leraren hebben last van administratieve verplichtingen, die onder andere worden opgelegd door besturen of samenwerkingsverbanden. De samenwerkingsverbanden bestaan op grond van samenwerken en moeten geen extra toezichtsorganen zijn die onnodige administratieve lasten opleggen. Op welke wijze ziet de staatssecretaris erop toe dat samenwerkingsverbanden geen onnodige administratie van docenten vragen? Welke mogelijkheden heeft hij om deze verbanden indien nodig bij te sturen? Van mijn kant ben ik bereid om minder te debatteren over passend onderwijs als dat de verantwoordingsdruk bij de scholen vermindert. Een school in Harderwijk riep mij op om lef te tonen en de daad bij het woord te voegen: kom dan eens niet naar zo'n debat, want dan hoeven wij geen verantwoordingsdocumenten in te vullen!

Ik sluit af. Goed onderwijs is de ChristenUnie veel waard. Dat bleek bij het herfstakkoord, waardoor mede dankzij de ChristenUnie honderden miljoenen extra voor het onderwijs beschikbaar zijn gekomen, boven op het extra geld dat in de afgelopen jaren al is geïnvesteerd in het onderwijs. Maar duidelijk is dat daarmee niet alle problemen als sneeuw voor de zon zijn verdwenen. Daarvoor is de problematiek van werkdruk en lerarentekorten te weerbarstig. Dat er een probleem is in het onderwijs, is evident. Ik vind dat we het onderwijs vandaag niet blij moeten maken met een dode mus van eenmalig geld. Dit moeten we goed regelen. Het is een van de grote opgaven van het volgende kabinet om op dit punt stappen te zetten, samen met werkgevers, in de PO-Raad en met schoolleiders en leraren. En ja, dan is er ook extra geld nodig voor onderwijs, dat gericht moet worden ingezet om werkdruk te verminderen en kwaliteit te verhogen.

Meer informatie

« Terug