ChristenUnie: libanese vluchtelingen nog niet terugsturen

07-09-2006 12:09 07-09-2006 12:09

In de afgelopen dagen bereikten de ChristenUnie berichten dat gemende libanees/nederlandse gezinnen alweer verzocht zijn Nederland te verlaten en terug te keren naar Libanon. Het staakt het vuren is getekend dus mensen kunnen terug, volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken. De ChristenUnie vindt dit te vroeg aangezien de vredesmacht zich nog in de opbouwfase bevindt. Daarom stelt Tineke Huizinga hierover de volgende vragen aan de minister.

Vragen van het lid Huizinga-Heringa (ChristenUnie) aan de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie
  1. Herinnert u zich dat in het begin van de oorlog tussen Israel en Hezbollah een aantal Nederlanders, al dan niet met hun partners met de Libanese nationaliteit, tijdelijk in Nederland toegang hebben gekregen?
  2. Is het waar dat deze mensen na een verblijf van in totaal 90 dagen (over ongeveer een maand) moeten terug keren naar Libanon?
  3. Zo ja, hoe verhoudt zich dat met de omstandigheid dat de VN-vredesmacht nog niet eens volledig ontplooid is, en nog geen sprake is van een duurzaam bestand en dus van een redelijk veilige situatie?
  4. Bent u bereid het tijdelijk verblijf van deze (in aantal beperkte) groep mensen te verlengen)?
  5. Is het waar dat Nederlanders met hun Libanese partner, die al met al de wens hebben in Nederland een nieuwe toekomst op te bouwen, het mvv-vereiste krijgen tegengeworpen, zodat de Libanese partner de machtiging tot voorlopig verblijf vanuit Libanon moet aanvragen, ook al is de Nederlandse ambassade gesloten, en ook al is de Nederlandse ambassade in Damascus voor bepaalde Libanese bevolkingsgroepen, zoals de christenen, nauwelijks een serieus alternatief?
  6. Bent u bereid in deze gevallen te bezien of sprake is van zodanige feiten en omstandigheden dat redelijkerwijs van het mvv-vereiste moet worden afgezien?

« Terug

Nieuwsarchief > 2006

december

november

oktober

september

augustus

juli

juni

mei

april

maart

februari

januari