Bijdrage Eppo Bruins aan het algemeen overleg Vliegveiligheid

woensdag 03 april 2019

Bijdrage Eppo Bruins aan een algemeen overleg met minister van Nieuwenhuizen Wijbenga van Infrastructuur en Waterstaat

Kamerstuknr. 29665

De heer Bruins (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Veiligheid moet de hoogste prioriteit hebben in de luchtvaart. Dat hebben we gezien bij de twee verschrikkelijke crashes met de 737 MAX in Indonesië en Ethiopië; er werd al aan gerefereerd. Boeing heeft grotere en zuinigere motoren onder zijn conventionele 737-body gehangen, waardoor structurele veranderingen aan de balans werden aangebracht. Een stukje software moet daar continu voor compenseren, ook als de autopilot uit staat. In de handleiding werd het niet vermeld. Dit stukje software kostte 346 mensen het leven. Het bleek een voortvarend en verstandig besluit van de minister om het Nederlandse luchtruim te sluiten voor dit type. Ik sluit aan bij de vragen van collega's Paternotte en Amhaouch over dit proces. Maar ik vraag ook wat de stappen zijn die nu nodig zijn, wil de minister het luchtruim weer openen voor de 737 MAX. Hoe ziet zij dit voor zich? Wat is het plan? Want het zal heel wat vergen om weer vertrouwen te krijgen in dit toestel.

Voorzitter. Ik dank de minister voor de voortgangsrapportage over de veiligheid op Schiphol, maar deze is alweer een paar maanden oud. Ik zie alweer uit naar de volgende voortgangsrapportage en de Monitor Integrale Veiligheid Schiphol. Wanneer in dit jaar verwacht de minister die monitor te leveren? Of moeten we zelf de website integralsafetyschiphol.nl in de gaten houden? Wat betekent de veiligheid voor het al dan niet groeien van het vliegverkeer op Schiphol? Wanneer baankruisingen en wisselingen van baancombinatie worden verminderd, zoals de OVV aanbeveelt, zijn er minder vliegbewegingen mogelijk. Heeft de minister al helder welk limiet er qua aantal vliegbewegingen is voor een veilige operatie op Schiphol? En is de minister het met mij eens dat eerst de veiligheid op orde moet zijn en dat dat uitgebreid en onafhankelijk getoetst moet worden, voordat we kunnen gaan praten over of we überhaupt groei willen? Eerst moeten we weten wat er kán, en dan moeten we weten wat we willen. Wanneer verwacht zij daar zicht op te hebben? En ook hier is dus de vraag wat het plan is en hoe zich dat verhoudt met de discussie over groei, die de minister nu al zo gretig lijkt te willen voeren.

Voorzitter. Vorige week was hier in de Kamer een hoorzitting over veiligheid en vogelaanvaringen. Is de minister op de hoogte dat bij de luchtmachten in ons land en in onze buurlanden veel kennis aanwezig is over vogels en vogeltrek, veel meer dan in de burgerluchtvaart? Is onze Koninklijke Luchtmacht betrokken bij de risico-inschattingen rondom de Nederlandse luchthavens? Wordt er samengewerkt, zoals er sinds kort ook wordt samengewerkt tussen de militaire en civiele luchtverkeersleiders? Is de minister bereid een vogeltrekwaarschuwingssysteem te laten implementeren om de vliegveiligheid te vergroten?

Normaliter gaan vliegtuigen via continuous climb and continuous descent, waardoor ze maar kort verblijven in de gevarenzone, en daarom worden vogels vooral weggejaagd op en vlakbij luchthaventerreinen. Heeft de minister op het netvlies hoeveel de risico's toenemen wanneer er langdurig wordt gevlogen op constante hoogte onder de 2 kilometer, zoals de bedoeling is bij de tijdelijke aansluitroutes van en naar Lelystad tot 2023? Verder wacht ik op dit punt de antwoorden af op de schriftelijke vragen die namens de commissie afgelopen vrijdag zijn ingediend. Kunnen we die antwoorden verwachten voor het AO Luchtvaart later deze maand?

Voorzitter, dank u wel.

De voorzitter:
Dank u wel.

Meer informatie

« Terug