ChristenUnie wijst polariserend populisme af (artikel De Linker Wang)

islam05-12-2013 13:00 05-12-2013 13:00

‘Groeit de islamofobie ten koste van accent op godsdienstvrijheid?’ Onder deze dreigende kop berichtte het oktobernummer van De Linker Wang over de koers van de ChristenUnie. Het stuk is een mooie aanleiding om het debat over geloofsvrijheid te blijven voeren.

Het artikel vraagt om een kritische reactie. De auteur was Jasper Klapwijk, tot voor kort PvdA-lid. Hij geldt als een erudiet en invloedrijk opiniemaker, die weet waar en hoe hij zijn mening aan de man kan brengen – hij deed dat ditmaal niet alleen in De Linker Wang, maar ook via het Nederlands Dagblad, zijn blog en social media. Op twitter wordt de lezer gewaarschuwd, hij omschrijft zijn stijl als ‘nodeloos grievend’. 

Hou die zelfomschrijving even vast, wanneer u leest hoe Klapwijk schrijft over Tweede Kamerlid Gert Jan Segers: ‘Hij vindt dat moslims zich onvoldoende aanpassen. Ze moeten de waarden van de westerse samenleving omarmen, anders kunnen ze nooit goed integreren. De toon in gezet: moslims vormen een bedreiging, ook de gematigde, niet-islamitische moslims.’

En lees dan eens enkele citaten uit Segers’ boek Voorwaarden voor vrede uit 2009, waarop Klapwijk zich baseert. Segers stelt daarin dat moslims en niet-moslims ‘gezamenlijk’ kunnen werken aan ‘een vreedzame samenleving’: ‘En ook al plaatst de komst van de islam ons voor nieuwe uitdagingen, dat betekent niet dat dit alleen maar een uitdaging is voor nieuwkomers die zich in alles zouden moeten aanpassen aan autochtoon Nederland.’ Verder: ‘De voorwaarden voor een maatschappelijke vrede zijn een keuze voor elkaar en, vanuit verschillende overtuigingen, een omarming van onze fundamentele politieke en religieuze vrijheden.’ ‘Laten we beginnen te doen wat we kunnen’, zo besluit Segers zijn boek: ‘de ander de hand reiken’.

Van de partij die Klapwijk beschrijft had ik geen lid willen worden. Maar ik ben lid geworden juist omdat ik me herkende in de principiële afwijzing van de ChristenUnie van het polariserende populisme. En het is waar dat er binnen de brede achterban van de partij discussie over dit belangrijke thema bestaat. Maar ik waardeer juist zo in de ChristenUnie dat op dat moment de principes helder zijn.
Klapwijk heeft het maatschappelijk debat ook veel meer te bieden dan ‘nodeloos grieven’. Juist wanneer we recht doen aan elkaars standpunten kunnen we nog steeds een debat op het scherp van de snede voeren. Zo vond ik de aanleiding van zijn schrijven veel meer ter zake. Hij bekritiseerde ChristenUnie-Kamerleden van een eenzijdig opkomen voor de veiligheid van geloofsgenoten in het Midden-Oosten, zoals de Kopten in Egypte. Ik vind het niet verkeerd als christelijke politici worden gewaarschuwd voor deze mogelijke valkuil.

Van mijn kant zou ik De Linker Wang naar aanleiding van dit artikel graag kritisch willen bevragen. Ik herken veel van de uitgangspunten van gelovigen die binnen een partij als GroenLinks opereren. Zo las ik met veel instemming hoe van GroenLinks-burgemeester Eduard van Zuijlen in het oktobernummer een lans brak voor religie als verbindende kracht in de politiek en samenleving.
Ik vraag me alleen af of deze politieke standpunten tot hun recht komen binnen GroenLinks. Had Klapwijk niet beter kunnen schrijven over de religiestudie van Dick Pels uit 2008, kort voordat Pels directeur werd van het Wetenschappelijk Bureau van GroenLinks. Pels zet religie (de islam voorop) al in de titel weg als ‘opium van het volk’. Hij pleit zelfs voor een staat die actief de georganiseerde godsdienst ‘bestrijdt’ en ‘een individualistische opvatting van de democratische pluriformiteit verdedigt’.

Ook de praktijk stelt mij niet altijd gerust. Illustratief is de discussie over Youth for Christ, dat in 2008 in de Amsterdamse Baarsjes het welzijnswerk kreeg aanbesteed juist omdat de heldere geloofsovertuiging de medewerkers en vrijwilligers bijzonder motiveerde. Een regelrechte ‘blunder’ aldus de politieke vertegenwoordigers van GroenLinks ter plekke. Waarom toch die allergie?
De politiek dient maximaal ruimte te geven aan mensen en groepen om hun levensovertuigingen en inspiraties een plaats te geven in hun leven en in de samenleving. Juist zo kunnen mensen betrokken burgers zijn. Binnen de ChristenUnie vind ik alle ruimte om aan die politiek te werken. Hoe staat het met GroenLinks?

Wouter Beekers is directeur van het Wetenschappelijk Instituut van de ChristenUnie. Deze reactie verscheen in december in De Linker Wang.

« Terug

Nieuwsarchief > 2013

december

november

oktober

september

augustus

juli

juni

mei

april

maart

februari

januari