Inbreng Carla Dik inzake Advies Gezondheidsraad risico's gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden

donderdag 20 maart 2014

Inbreng schriftelijk overleg van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport inzake een advies van de Gezondheidsraad met betrekking tot risico’s gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden

Onderwerp:   Advies Gezondheidsraad risico’s gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden

Kamerstuk:    27 858

Datum:            20 maart 2014

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief betreffende het advies van de Gezondheidsraad over de risico’s van gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden.

De leden van de ChristenUnie-fractie wijzen er op dat het advies van de Gezondheidsraad lang op zich heeft laten wachten. Genoemde leden hadden gehoopt dat er naar aanleiding van het rapport meer concrete maatregelen konden worden genomen. Deze leden zijn van mening dat er nu gewerkt moet worden aan oplossingen om de negatieve effecten van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden aan te pakken, zodat hiermee ook recht wordt gedaan aan de terechte zorgen van omwonenden.

De leden van de ChristenUnie-fractie zijn van mening dat het van belang is om snel een blootstellingsonderzoek in te stellen naar de risico’s van gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden. Zij vinden het positief dat het kabinet tegelijkertijd onderzoek wil laten verrichten naar de gezondheidseffecten. De leden zijn blij dat de resultaten van deze onderzoeken niet worden afgewacht, maar dat er al maatregelen worden genomen om de blootstelling van gewasbeschermingsmiddelen voor omwonenden te verlagen.

Deze leden hebben enkele vragen bij de versterkte handhaving van het gebruik van gewasbestrijdingsmiddelen. Uit het rapport van de Gezondheidsraad blijkt dat agrariërs veiligheid onvoldoende prioriteit geven en de Gezondheidsraad beveelt daarom versterking van de handhaving aan. Deelt het kabinet deze conclusie, zo vragen deze leden? Ook het Planbureau voor Leefomgeving 1) wijst erop dat handhaving en toezicht versterkt moeten worden. De Gezondheidsraad acht het bovendien waarschijnlijk dat gebrekkige naleving een oorzaak is van de gezondheidseffecten onder agrariërs. Het kabinet heeft de NVWA verzocht om de handhaving op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen prioriteit te geven. Hoe haat het kabinet ervoor zorgen dat de NVWA hier voldoende capaciteit voor heeft?

Uit de uitzending van Zembla 2) over het gebruik van metam-natrium blijkt dat de NVWA bij verschillende incidenten is ingeschakeld. Klopt dit, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie? Is het juist dat de NVWA hierbij als opdracht had om te onderzoeken of er sprake was van overtredingen. Heeft de NVWA in het verleden ook luchtmonsters genomen op de plaatsen waar klachten waren over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen? Is het kabinet van plan om in verlengde van de goede klachtenstructuur de NVWA opdracht te geven om zo snel mogelijk luchtmonsters te nemen als er duidelijke aanwijzingen zijn dat omwonenden blootgesteld worden aan gewasbeschermingsmiddelen? 

De leden van de ChristenUnie-fractie lezen in het rapport dat de Gezondheidsraad pleit voor invoering van een spuitvrije zone bij scholen, woonhuizen en dergelijke. Het kabinet wijst er echter op dat invoering van een spuitvrije zone vanuit juridisch oogpunt lastig is wegens het ontbreken van een wetenschappelijke onderbouwing over de mogelijke effecten voor de gezondheid van omwonenden. Genoemde leden zijn van mening dat onderzoek zeker van belang is om een breedte voor een spuitvrije zone op te stellen. De leden van de ChristenUnie-fractie zijn van mening dat het vanuit het voorzorgsprincipe goed zou zijn om in overleg met de sector te kijken of er nu alvast spuitvrije zones kunnen worden ingesteld, om deze zones vervolgens aan te passen op basis van de wetenschappelijke onderbouwing zodra deze voorhanden is. Vanuit de sector zijn ook al suggesties gedaan voor het instellen van spuitvrije zones. Genoemde leden vragen of het kabinet ook van mening is dat het voorzorgsprincipe hier van toepassing is. Is het kabinet bereid om op korte termijn in overleg te treden met de sectororganisaties over het instellen van een spuitvrije zone?

De agrarische sector zet zelf sterk in op het verbeteren van de communicatie door telers richting omwonenden. De leden van de ChristenUnie-fractie vinden dat hier inderdaad een belangrijke verantwoordelijkheid voor de sector ligt, maar constateren tegelijkertijd dat agrariërs zelf van mening lijken te zijn dat vooral de angst bij omwonenden moet worden weggenomen. Hoe beoordeelt het kabinet de communicatie van agrariërs, zo vragen deze leden? Is het kabinet van mening dat de telers voldoende doen om de communicatie te verbeteren?

De leden van de ChristenUnie-fractie zijn voorstander van het inzetten op preventie door middel van geïntegreerde gewasbescherming en het inzetten op alternatieven zoals vanggewassen. Is het kabinet bereid om extra prioriteit te geven aan het onderzoeken van deze alternatieven?

1) Hoogervorst N, Hajer M, Dietz F, Timmerhans J, Kruitwagen S. Wissels omzetten. Bouwstenen voor een robuust milieubeleid voor de 21e eeuw. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving. 2013.

2) Zembla: Lelies met een luchtje. Uitzending 21 november 2013.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

 

 

« Terug

Archief > 2014 > maart