Bijdrage Gert-Jan Segers aan het verzameloverleg Gehandicaptenbeleid / Fokuswonen / Doelgroepenvervoer/valys

donderdag 24 mei 2018

Bijdrage Gert-Jan Segers aan een algemeen overleg met minister de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Kamerstuknr. 24 170

De heer Segers (ChristenUnie):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Toen de aandacht van de minister even dreigde weg te glijden naar rechts, waren er twee collega's die haperden bij hun inbreng. En dat is misschien wel een mooie metafoor. Als inderdaad de aandacht wordt opgeëist door andere zaken, door rechts, zal er in ieder geval vanuit de Kamer richting de minister worden gekeken in de zin van: houd aandacht voor deze groep. Het gaat om 1,7 miljoen mensen met een vorm van een beperking en 200.000 mensen die in een instelling verblijven. Het gaat dus om een heel grote groep. Wat op het spel staat, is een inclusieve samenleving, een samenleving waar iedereen bij hoort. We hebben een VN-verdrag ondertekend. Ik heb zelf tweeënhalf jaar geleden het debat gedaan over de ratificatie, en dat was toen een heel gedoe, omdat er toch wel wat bij komt kijken.

Bij de gemeenteraadsverkiezingen heb ik meegelopen met mensen in een rolstoel door het centrum van Zwolle. Als ChristenUnie hebben we ook een speciale band met Zwolle. Je kijkt dan vanuit hun ogen naar welke beperkingen ze tegenkomen. Er zijn ongelofelijk veel drempels. Zo zijn er heel winkels waar ze gewoon niet in kunnen. We hebben een prachtig VN-verdrag. Het vraagt van deze minister inderdaad volle inzet en volle aandacht om dit te implementeren. Dus we zullen er over doorspreken en het is ook goed om dat nu ook hier te doen. Dit is dan ook een warme aanmoediging van mijn kant om deze groep in beeld te houden.

Nu is dit een minister die nog wel eens een plan wil presenteren. Het zou ook zomaar kunnen dat deze groep ook vraagt om een groot integraal plan te presenteren. In ieder geval is er van mijn kant de warme aanmoediging om dat in overweging te nemen, de dingen bij elkaar te nemen en integraal naar deze groep te kijken. Er liggen een kwaliteitskader en een kwaliteitsagenda met het oog op verbetering van die kwaliteit. Cruciaal daarbij is dat er voldoende personeel is. We weten dat er in de hele zorg een enorme krapte is. De minister heeft een arbeidsmarktagenda gepresenteerd. Mijn vraag is of hij ook heel specifiek naar de gehandicaptenzorg wil kijken, zoals naar ruimte voor zijinstromers en mensen die kunnen aanhaken, zodat dit ook echt een plek op die agenda kan krijgen.

Mede op basis van het kwaliteitskader worden ook de tarieven door de NZa herijkt. Er zijn signalen dat zorgkantoren kortingen op de tarieven zullen toepassen. Is er een goed overgangsregime? Kan er een goede overgang plaatsvinden nu die herijking plaatsvindt?

Collega Hijink sprak over maatwerk in de gehandicaptenzorg aan de hand van het manifest dat is gepresenteerd door Per Saldo, Ieder(in) en KansPlus. Ik wil mij daarbij aansluiten. Wat kan de minister voor die groep betekenen? Welke handvatten ziet hij in het manifest om daarmee aan de slag te gaan in samenspraak met deze organisaties? Dan gaat het echt om zorg voor de groep mensen met een ernstige meervoudige beperking. Daarbij is van belang dat financiering persoonsvolgend is. Ze hebben een aantal casussen aangeleverd waarbij je ziet dat ze van de ene wet naar de andere gaan, ze tussen wal en schip dreigen te vallen of een herindicatie plaats moet vinden. Je ziet dan dat soms eigenlijk een structuur of regels belangrijker zijn dan mensen waardoor ze in de knel komen. Dus kunnen we niet kijken naar persoonsvolgende gehandicaptenzorg? Aan de hand van de aanbevelingen van het manifest is mijn vraag wat de minister voor deze groep kan betekenen.

Een bijzondere vorm van maatwerk verdient de zorg voor de zogenaamde ZEMB-kinderen, de zeer ernstig meervoudig beperkte kinderen, in onderwijstijd, dus op scholen. Ik heb daarover eerder een vraag gesteld. De minister zou in overleg met de minister voor basis- en voortgezet onderwijs treden hierover. Ik ben benieuwd naar de voortgang daarvan.

Collega Sazias sprak al over Fokuswonen. De betrokken mensen zijn vanochtend gearriveerd en hebben mij ook verteld hoe vroeg ze moesten opstaan om hier te zijn. Het is goed om je dat te realiseren. Voor ons is tien uur een fatsoenlijke tijd maar deze mensen moesten veel eerder opstaan. Vorige week spraken we elkaar en zij schetsten het volgende beeld. Er zit een deel in de Wlz en een deel in Wmo/Zvw. Dat Wlz-regime eindigt eind volgend jaar. Zij vertelden dat de vorige staatssecretaris hun de toezegging heeft gedaan dat er een oplossing zou komen. Dan gaat het ook over de zorg buitenshuis, dus dat de zogenaamde ADL'ers ook buitenshuis hulp krijgen. Als daarvoor nodig is dat ze onder de Wlz vallen, zou dat een oplossing kunnen zijn. Mijn vraag aan de minister is de volgende. Hoe zorgen we ervoor dat het permanent somatisch toezicht goed is geregeld voor deze groep?

Tot slot het doelgroepenvervoer. Het is soms ingewikkeld om iedereen op de goede plek te krijgen, maar dat geldt ook voor onderwijs en andere doelgroepen. Kunnen we niet een paar schotten weghalen en kunnen we niet met iedereen die ermee te maken heeft en aanbiedt om de tafel gaan zitten en misschien een taskforce formeren om ervoor te zorgen dat eenieder daar komt waar die verwacht wordt en moet zijn?

Informatie

« Terug