Bijdrage Carla Dik-Faber aan het VSO Landbouw- en Visserijraad op 6 en 7 november 2017

donderdag 02 november 2017

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber aan een voortgezet schriftelijk overleg minister met Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Kamerstuknr.  21 501 – 32

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Uiteraard ook van mijn fractie veel felicitaties met deze prachtige positie die u heeft gekregen. Het is een mooie portefeuille. Ik zie uit naar de samenwerking. We wensen u ook veel zegen in het mooie ambt dat u mag vervullen.

Meneer Graus, ik hoor wat u zegt buiten de microfoon. Wie weet wordt het in het verslag opgenomen!

De voorzitter:
Nee!

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ik wil mijn dank uitspreken voor alle antwoorden die we hebben gekregen in het schriftelijke overleg. Het was heel duidelijk. Ik wil nog twee punten daaruit voor het voetlicht brengen.

In de eerste plaats is dat het duurzaam bodembeheer. Ik heb gelezen dat de minister onderzoek wil doen naar het potentieel en het mogelijk verwaarden van het vastleggen van CO2 in de bodem. Daar ben ik ontzettend blij mee. We hebben daar ook eerder al aandacht voor gevraagd bij minister Henk Kamp. Deze minister wil dat voortzetten. Dat lijkt mij uitstekend. Het tweede punt als het gaat om duurzaam bodembeheer is dat wij blij zijn met de inzet van de minister voor een grotere inzet op preventie en groene gewasbescherming, om zo samen met de sector het pad van de geïntegreerde gewasbescherming verder af te lopen. Dat lijkt ons een goede zaak.

Het belangrijkste onderwerp tijdens de Landbouw- en Visserijraad is ongetwijfeld glyfosaat. De minister wil nu instemmen met het voorstel van de Europese Commissie om glyfosaat voor een periode van vijf jaar te verlengen. Mijn vraag is of de minister kan bevestigen dat zij hiermee niets afdoet aan de wetenschappelijke adviezen van het Ctgb en de EFSA en dat zij kiest voor het voorstel van de Europese Commissie, opdat we op die manier een meerderheidsbesluit krijgen in Europa en ook snel duidelijkheid krijgen voor onze boeren.

Tot slot, voorzitter. Ik wens de minister heel veel succes bij haar eerste Landbouw- en Visserijraad.

De voorzitter:
Een vraag nog van de heer Grashoff.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Mag ik uit de woorden van mevrouw Dik-Faber opmaken dat zij in grote lijnen het betoog van de heer De Groot van zonet over de toepassing van glyfosaat ondersteunt?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ik heb gezien dat de sector de afgelopen jaren verantwoordelijkheid heeft genomen in de toepassing van glyfosaat. Dat wordt niet zomaar lukraak over het land uitgestrooid; die woorden kwamen al even langs in dit debat. Er wordt echt gekeken hoe we dat zo precies mogelijk kunnen toepassen. Het pad van de geïntegreerde gewasbescherming is al in gang gezet. Eerst moet je kijken wat je preventief kunt doen en wat je kunt doen met groene middelen. Pas in laatste instantie gebruik je chemische gewasbescherming. Daar kunnen nog verdere stappen in gezet worden. Dat wil de sector ook. Er ligt een plan voor 2030. Laten we nu samen met de sector kijken hoe we dat plan verder tot uitwerking kunnen laten komen. Wat dat betreft denk ik dat de heer Grashoff en ik het ook wel eens kunnen zijn.

Informatie

« Terug