Bijdrage Eppo Bruins aan het algemeen overleg Fiscale Agenda

donderdag 17 mei 2018

Bijdrage Eppo Bruins aan een algemeen overleg met staatssecretaris Snel van Financiën

Kamerstuknr. 32 140

De heer Bruins (ChristenUnie): Voorzitter, dank u wel. Bij het voorbereiden van dit debat moest ik als vanzelf terugdenken aan de fiscale inzet van de ChristenUnie rond de verkiezingen vorig jaar en onze probleemanalyse die daaraan ten grondslag lag, over het ongelijk belasten van gelijke inkomens, met als grootste boosdoener de steeds hogere inkomensafhankelijke heffingskortingen. Berucht is het plaatje dat we in 2016 kregen dankzij collega Omtzigt over de te betalen inkomstenbelasting bij een bruto inkomen van € 35.000. Afhankelijk van hoe je dat inkomen verdient, liep de hoeveelheid te betalen belasting uiteen van nauwelijks € 0 tot € 12.000. Wat we als ChristenUnie vooral wilden en nog steeds willen is het draagkrachtbeginsel in ere herstellen en de kloven verkleinen; tussen een- en tweeverdieners, tussen zzp’er en werknemer, tussen woningeigenaar en huurder. Daar hebben we voor geknokt tijdens de onderhandelingen.

Het is geen geheim dat er bij het al dan niet problematiseren van deze kloven best grote verschillen waren tussen de partijen in de coalitie, maar we hebben in ieder geval allemaal gedeeltelijk onze inzet kunnen realiseren. Dat geldt ook voor andere doelen, zoals lagere lasten op arbeid en hogere op consumptie, het bevorderen van het Rijnlands model door een meer gelijke fiscale behandeling van eigen en vreemd vermogen en het aanpakken van belastingontwijking.

Veel van onze prioriteiten zien we terug in de fiscale beleidsagenda en de daarin gekozen vijf prioriteiten, en daar zijn we blij mee. Over belastingontwijking gaan we nog praten. Wat betreft lagere lasten op arbeid is het beleid in de afgelopen jaren zeer gericht geweest op fiscale stimulering en het vergroten van het arbeidsaanbod. Tegelijkertijd werden de afbouw-paden van de toeslagen snel steiler, met als triest gevolg dat in extremis de marginale druk voor een hurende eenverdiener bij een inkomen van € 32.000 dit jaar is opgelopen tot 161%. Vriend en vijand van de hurende eenverdiener moeten toch erkennen dat dit absurd is? Je gaat dus bruto € 1 extra verdienen en je raakt netto € 0,61 kwijt. Dat is toch ongehoord? Als er niet zou zijn ingegrepen, zou deze extreme marginale druk de komende jaren verder zijn ontploft. Gelukkig leiden de afspraken in het regeerakkoord ertoe dat de marginale druk bij dit inkomensniveau halveert. Het is nog steeds erg hoog, maar meer verdienen, bijvoorbeeld door extra uren te maken of door een loonsverhoging, leidt in de toekomst in ieder geval niet meer tot minder overhouden, zoals nu in extreme gevallen.

In dit verband las ik ergens dat het verminderen van de marginale druk niet een op zichzelf staand doel is voor de Staatssecretaris. Daar schrok ik toch wel een beetje van. Behoorlijk wat maatregelen in het regeerakkoord zien juist op het verlagen van de extremen in de marginale druk. Met enkele in dit huis aangenomen moties en de nog afgelopen najaar door de Eerste Kamer aangenomen motie-Ester hebben we het, dunkt me, over een expliciete doelstelling voor het fiscale beleid voor de komende jaren. Wil de Staatssecretaris dit alstublieft bevestigen? Het kan toch niet zo zijn dat we de extreme marginale druk voor sommige groepen maar gewoon lekker laten voor wat die is, omdat het issue marginale druk met betrekking tot arbeidsparticipatie in het huidige CPB-model MICSIM een minder prominente rol heeft dan in het vorige model. Graag een reactie.

De heer Van Raan (PvdD): Het is interessant wat de heer Bruins hier schetst, ook die inkomensval en die gelijke brutobedragen die heel anders uitpakken nadat je belastingen hebt betaald. De vlaktaks is er bij wijze van spreken al bijna. Dus zou de heer Bruins er wat voor voelen om eens te kijken of je met een negatieve inkomstenbelasting die armoedeval, of in ieder geval die verschillen, kan opheffen? Dan moet je afruilen dat de marginale belastingdruk in dat systeem ten opzichte van nu waarschijnlijk omhooggaat. Voelt de heer Bruins er wat voor om te bekijken of daar mogelijkheden toe zijn?

De heer Bruins (ChristenUnie): Ik heb de indruk dat dat het complexe systeem van ons belastingstelsel nog complexer gaat maken. Vooropstaat dat we de zaak hier in Nederland moeten vereenvoudigen. De Belastingdienst heeft nu al moeite om te innen zoals de Staat dat hoort te doen. Ik wil dus pleiten voor veel lagere heffingskortingen, in plaats van die steeds hoger en steiler te maken, en om met name te gaan voor vereenvoudiging. Die vlaktaks is er volgens mij nog lang niet. Daarin zouden we nog veel verder kunnen gaan, maar dit is wat we tot nu toe hebben kunnen bereiken. Dus weer een extra correctie om een correctie op een correctie te corrigeren lijkt me buitengewoon complex. Dat klinkt als een medicijn met ongewenste bijwerkingen.

De heer Van Raan (PvdD): Dat moeten we niet hebben. Je moet eigenlijk helemaal geen medicijnen hebben. Misschien heb ik het niet goed uitgelegd. Het voordeel van een negatieve inkomensbelasting is namelijk dat je alle heffingen en toeslagen kwijt kan. Het is ook niet de bedoeling dat de Belastingdienst dat morgen gaat invoeren. Er zijn veel studies over de voordelen ervan, maar nog niet echt Nederlandse studies. Ze zijn dus niet allemaal negatief. Mijn vraag is om daar eens naar te kijken. De heer Bruins (ChristenUnie): Het is natuurlijk een creatief idee dat hier wordt opgeworpen. Maar a ik denk dat de effecten niet zomaar positief zullen zijn, en b ons belastingstelsel heeft zo veel knoppen waaraan je kunt draaien. Als je aan één knop draait, verandert er daar iets. Dan moet je weer aan een andere knop draaien en verandert er daar iets. Een totale belastinghervorming met heel nieuwe ideeën daarin is buitengewoon lastig te realiseren zonder dat één bevolkingsgroep enorm de dupe wordt. Die zal er dan vreselijk op achteruitgaan. Je moet dus zorgen dat alles in evenwicht is. Dat betekent toch dat je heel voorzichtig moet opereren. Maar goed, het is een interessant idee. Ik sta er helemaal niet principieel negatief tegenover, maar ik ben heel voorzichtig met het introduceren van heel nieuwe ideeën in dit buitengewoon complexe stelsel.

De voorzitter: Gaat u verder.

De heer Bruins (ChristenUnie): Voorzitter. We komen in een apart debat nog te spreken over het eenverdienerrapport van het CPB. Ik sluit me aan bij wat de heer Omtzigt zei over de notitie over dit onderwerp. In de beantwoording van mijn vragen, waarvoor dank, vond ik een van de schokkendste zaken, namelijk dat heel veel eenverdieners gedeeltelijk of geheel de afbouw van de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting kunnen ontlopen, omdat ze relatief vermogend zijn. Als je als overheid een maatregel neemt om de arbeidsparticipatie te bevorderen en meer dan een kwart, namelijk 28% van de doelgroep, de financiële gevolgen van de genomen maatregelen geheel of gedeeltelijk kan omzeilen, dan hebben we vanuit rechtvaardigheidsperspectief toch een probleem? Wat vindt de Staatssecretaris hiervan? In de schriftelijke beantwoording ging hij niet in op deze vraag. Ik hoop nu wel. Hoe dan ook, het is toch raar dat je, als je maar genoeg vermogen hebt, dit soort fiscale maatregelen kunt omzeilen? Wat zou de Staatssecretaris daaraan willen doen?

Als laatste punt de vergroening. Het moge duidelijk zijn dat de Christen-Uniefractie enthousiast is over veel voornemens. Het is mooi dat er op het gebied van het veel te goedkope vliegen eindelijk verandering in de lucht hangt. De Staatssecretaris heeft in zijn beleidsagenda voor medio dit jaar een brief aangekondigd, maar kan hij al iets meer zeggen over de slagingskans van een Europese afspraak over btw op vliegtickets of accijnzen op kerosine? Want een eigen wetgevingstraject moet wel op tijd worden opgestart, mocht de Europese aanpak onverhoopt niet slagen. Voorzitter, dank u wel.

Informatie

« Terug