Bijdrage Carla Dik-Faber aan het VAO Staat van de Woningmarkt (AO d.d. 06/03)

woensdag 13 maart 2019

Bijdrage Carla Dik-Faber aan een voortgezet algemeen overleg met minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Kamerstuknr. 32847

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb twee moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Vereniging Eigen Huis stelt dat veel starters het gevoel hebben onvoldoende kennis paraat te hebben om eerste stappen op de woningmarkt te zetten en tevens twijfels hebben over de betrouwbaarheid en volledigheid van reeds online beschikbare informatie;

van mening dat een overzichtelijk, onafhankelijk en volledig informatiepakket kan bijdragen aan het verstevigen van de kennispositie van starters op zowel de huurmarkt als de koopwoningmarkt;

verzoekt de regering in samenwerking met voor starters relevante belangenorganisaties te komen tot een "starterstoolkit" voor starters, met daarin aandacht voor hun rechten, kansen en risico's op de woningmarkt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Dik-Faber. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 484 (32847).

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Dan mijn tweede motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat bij de totstandkoming van de huidige WWS-systematiek is gekozen voor het meetellen van de WOZ-waarde in het woningwaarderingsstelsel (WWS);

overwegende dat sinds het van kracht worden van deze herziene systematiek de WOZ-waarden van woningen fors zijn gestegen, met name in stedelijke gebieden, en dat daardoor veel woningen uit het gereguleerde segment meer dan 142 punten waard zijn geworden, waardoor ze geliberaliseerd kunnen worden;

constaterende dat het deel van de sociale huurmarkt dat in handen is van particuliere verhuurders door de krapte op de woningmarkt en de gestegen huizenprijzen snel kleiner wordt, doordat veel particuliere verhuurders hun prijzen dankzij de gestegen WOZ-waarden kunnen verhogen tot boven de liberalisatiegrens;

van mening dat het noodzakelijk is het aandeel van de WOZ in de huurprijs te beteugelen;

verzoekt de regering nog dit jaar een cap op het aandeel WOZ in de WWS van 25% uit te werken en te implementeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Dik-Faber. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 485 (32847).

De voorzitter:
Een korte vraag, meneer Koerhuis.

De heer Koerhuis (VVD):
Dit is nogal een punt dat wordt ingebracht in de tweede motie. Het kwam ook niet zo in het algemeen overleg aan bod. Als het mag, stel ik twee korte vragen. Mevrouw Dik-Faber stelt een cap op de WOZ voor. Dat klinkt heel technisch en komt erop neer dat ongeveer 40.000 middenhuurwoningen weer het sociale segment in gaan. Is mevrouw Dik-Faber het niet met de VVD eens dat behoud van middenhuurwoningen ook belangrijk is en dat we daarom bijvoorbeeld naar een noodknop aan het kijken zijn?

Mijn tweede vraag. De minister is dit nu juist aan het onderzoeken. Twee weken geleden heeft zij in een brief geschreven een cap op de WOZ te onderzoeken. Dat klinkt technisch, sorry. Zou mevrouw Dik-Faber niet willen overwegen dat onderzoek af te wachten?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Dit is in het debat door mij aan de orde gesteld. Ik heb daarbij gerefereerd aan uitspraken van een van de wethouders van de G4, namelijk van de stad Den Haag, een VVD-wethouder. Hij bepleit dit ook. Hij loopt er namelijk tegenaan dat veel woningen door de stijgende WOZ-waarden uit het sociale segment geduwd worden. Van tevoren hebben we dit niet met elkaar voorzien. We bedachten dit in 2015, bij de Woningwet. Nu vind ik het heel goed om de vinger aan de pols te houden. Daarom heb ik deze motie ingediend. Ik ben heel benieuwd naar de reactie van de minister hierop. 25% is realistisch, denk ik. Nogmaals, mijn fractie vindt middenhuur ook heel belangrijk. Laten we inderdaad kijken wat we daarvoor wel kunnen doen, bijvoorbeeld woningen bijbouwen.

Volgens mij heb ik de vraag uitvoerig beantwoord, voorzitter.

De voorzitter:
Precies, en dit is in het algemeen overleg dus wel aan de orde geweest. VAO's zijn echt bedoeld om moties in te dienen en om korte vragen over de ingediende moties te stellen. U bent bijna bij elke motie een discussie aangegaan, meneer Koerhuis. Een laatste vraag.

De heer Koerhuis (VVD):
Mevrouw Dik-Faber noemt haar motie: een vinger aan de pols houden. Dat klinkt al heel anders dan hoe de motie werd voorgelezen, namelijk als: dit gaan we doen. Ik weet nou niet goed hoe ik de motie moet opvatten. Is het zoals mevrouw Dik-Faber haar heeft voorgelezen of zoals ze haar nu noemt, namelijk een vinger aan de pols?

De voorzitter:
U krijgt zo een kopie; dan kunt u de motie nog een keertje lezen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ik had wellicht beter kunnen zeggen: hier de vinger bij leggen. Dat was een betere duiding geweest.

De voorzitter:
Ja, dank u wel, mevrouw Dik-Faber.

Meer informatie

« Terug