Bijdrage Stieneke van der Graaf aan de begroting Justitie en Veiligheid

woensdag 20 november 2019 00:00

Bijdrage Stieneke van der Graaf aan een plenaire begrotingsbehandeling met minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid, staatssecretaris Broekers-Knol van Justitie en Veiligheid en minister Dekker voor Rechtsbescherming

Kamerstuknr. 35300-VI

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Het is een lange dag zo met elkaar, maar ik hoop dat we allemaal nog energie hebben voor het vervolg van dit debat. Ook 2019 — we zitten er nog middenin — is een ingrijpend jaar voor onze veiligheid. Ik denk aan de verschrikkelijke aanslag in Utrecht in maart, de mogelijke terugkeer van kalifaatgangers, waar het gisteren nog over ging, en het toenemende drugsgeweld in kwetsbare wijken. Maar ook met onze rechtsstaat gebeurt er veel. Er waren aanslagen op advocaten, de Machiavelliprijs ging naar een bedreigde burgemeester en de afgelopen maanden was er veel onrust binnen de sociale advocatuur.

Voorzitter. Vrede en recht in onze samenleving zijn gewoon niet vanzelfsprekend. Daarin moeten we investeren. Dat doet ook dit kabinet. Er komt in deze begroting meer geld vrij voor de rechtspraak. Er komt meer geld voor de politie. Er komt meer geld voor het Openbaar Ministerie en meer geld voor de aanpak van ondermijning. Daar is de ChristenUnie blij mee. Het is ongelofelijk belangrijk dat we onze rechtsstaat versterken. Ik zie ook dat we er nog niet zijn. Ik sluit me dan ook aan bij het pleidooi van de heer Van Dam om het kabinet te vragen wat er mogelijk is of om in kaart te brengen wat er nodig is in de strafrechtketen voor de langere termijn.

Voorzitter. Ik maak ook een groot compliment aan de minister voor Rechtsbescherming. We hebben al lange tijd met elkaar gesproken en aandacht gevraagd voor de nood die er is bij de sociaal advocaten. Zij zijn zo belangrijk voor het stelsel van de gefinancierde rechtsbijstand, om toegang tot de rechter ook mogelijk te maken voor mensen met een kleine beurs. Wij zijn blij met het extra geld en zien het ook als erkenning voor het werk dat zij verrichten.

Voorzitter. In het debat van vorige week heb ik aandacht gevraagd voor de intensivering van Bewaken en Beveiligen en de consequenties daarvan voor de basisteams in het hele land. De ChristenUnie vraagt de minister van Justitie om zich tot het uiterste in te spannen om die basisteams op orde te brengen. Hij heeft aangegeven dat hij in februari naar ons terugkomt met zijn plan, maar ik hoop echt dat de minister zich daarvoor inzet. Graag een reactie.

De heer Van Nispen (SP):
Veel van de investeringen die mevrouw Van der Graaf zo roemt, zijn wel eenmalige investeringen. Ik vraag me toch een beetje af wat dit kabinet straks achterlaat in aanloop naar de volgende verkiezingen. Maar ik wil het heel specifiek hebben over die vraag over de sociale advocatuur. Is mevrouw Van der Graaf nou dit kabinet ingegaan met het idee: weet je wat, we gaan het rapport van de commissie-Van der Meer vier jaar in een la stoppen en daar gebeurt eigenlijk niks mee? Of vindt mevrouw Van der Graaf dat er deze kabinetsperiode wel iets mee gedaan moet worden? Dan heb ik het dus niet alleen over een incidenteel noodfonds, waarmee de tarieven wat omhoog kunnen, maar bijvoorbeeld ook over het aanpakken van de enorme scheefgroei in het personen- en familierecht. Er zou sprake moeten zijn van een eerlijk aantal punten dat gelijkstaat aan het aantal uren werk. Dat is nu helemaal scheefgegroeid. Wil ze daar in ieder geval iets aan doen? Ik kan me niet voorstellen dat de ChristenUnie en bijvoorbeeld ook D66 zeggen: beste advocaten, dit is wat het is; u moet daar maar blij mee zijn en we zien wel weer verder bij de volgende verkiezingen. Dat kan toch niet?

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Het is belangrijk dat we nu eerst een stap hebben gezet en dat er extra geld is gekomen voor de sociale advocatuur, want het was erg nijpend. Ik zie ook veel reacties van advocaten die daar blij mee zijn en dat geld zien als erkenning voor het werk dat zij doen. Ik heb ook in het debat van vorige week aangegeven dat het regeerakkoord niet alleen een budgettair kader meegeeft, maar ook een inhoudelijke opgave, en dat we moeten kijken naar de uitdagingen die er liggen. Ik heb vorige week in het debat aangegeven dat ik vind dat we moeten kijken naar de manier waarop die punten op dit moment worden toegekend. We hebben het debat vorige week afgerond. Ik wil ook kijken welke verdere stappen we in de richting van het VAO op dit punt nog zouden kunnen zetten. Ik zie daar problemen. Dat zien de advocaten ook. We moeten kijken wat we kunnen doen.

De voorzitter:
Gaat u verder.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Voorzitter. Dan de rechtspraak en de buurtrechter. Rechtspraak gaat niet alleen over geschillenbeslechting of over een juridisch conflict, maar ook over herstel van verhoudingen of het oplossen van onderliggende problemen. Een laagdrempelige toegang tot een rechter in de buurt en een snelle oplossing voor een conflict zijn daarbij van belang. Ik heb dat zelf gezien toen ik een keer met een spreekuurrechter in Noord-Nederland op pad ging. Mensen hadden een probleem: ze hadden een kast op maat gekocht, die door een timmerman was gemaakt in hun huis. Ze hadden helemaal in hun hoofd zitten hoe het moest worden. Die timmerman had de kast gemaakt, maar het materiaal bleek toch niet geschikt te zijn. Het was een dure kast. De mensen hadden er veel voor betaald, maar de kast kon op een gegeven moment niet meer open. De mensen lagen daar wakker van. Dat is een vervelend conflict. Ook de timmerman dacht: ik heb liever een tevreden klant. Zo'n conflict moet snel de wereld uit, want anders lopen de frustraties maar op. Het is de spreekuurrechter in die zaak gelukt om tot een oplossing te komen: een schikking waar beide partijen blij mee waren, een oplossing aan de keukentafel, gewoon op een ochtend; geen lange en kostbare procesgang maar vrede stichten in plaats van procederen.

Dit ziet de ChristenUnie ook voor ogen. Eerder hebben wij voorgesteld om te onderzoeken of het haalbaar is het voorbeeld van de Belgische vrederechter ook in Nederland een plek te geven en de rechter terug te brengen in wijken, dorpen en steden. Het antwoord van de onderzoekers daarop is positief. Met de SP en D66 zien wij graag dat die nabijheidsrechter, zoals die onderzoekers hem hebben genoemd, een meer volwaardige optie wordt. Is de minister voor Rechtsbescherming bereid om in kaart te brengen hoe dit kan worden verwezenlijkt?

Voorzitter, dan het herstelrecht. Onlangs heb ik een gesprek bijgewoond tussen een slachtoffer en een verdachte in het kader van mediation in een strafzaak. Ik heb gezien dat zo'n gesprek onder begeleiding van goede mediators kan leiden tot meer inzicht en begrip voor elkaars handelen en dat het ook kan bijdragen aan een betere verwerking van de situatie die is voorgevallen tussen de betrokkenen. Het geld dat daarvoor dit jaar beschikbaar was, was in oktober al op. Gelukkig wil de minister dit bijplussen. Maar volgend jaar zien we dit weer op ons afkomen. Is de minister bereid om het budget voor volgend jaar mee te laten groeien met het aantal mediations als dat hoger komt te liggen dan nu gepland is? Graag een reactie.

Voorzitter. En dan drugs; collega's begonnen daar ook al over. "Ik schrik ervan hoe over drugs wordt gesproken, alsof iedereen het gebruikt en alsof het er gewoon bij hoort". Dat is iets wat ik best zelf had kunnen zeggen, maar het is een citaat van een verslavingsmedewerker. Steeds meer jongeren tussen 18 jaar en 25 jaar feesten in het weekend met een pil op. Het Trimbos zegt ook dat het gebruik van xtc is gestegen. De meeste jongeren komen in aanraking met harddrugs als ze naar een festival gaan. Daar zit mijn zorg. Ik ben dan ook blij dat er eindelijk een maatschappelijke discussie op gang is gekomen en dat de minister van Justitie zegt dat hij publiekscampagnes wil inzetten om mensen bewust te maken van de gevolgen en om het normaliseren van drugsgebruik tegen te gaan. Dat steunt de ChristenUnie, maar we hebben ook een wet, de Opiumwet, die gewoon stelt dat het bezit van harddrugs strafbaar is. Ik vraag de minister hoe vaak de Opiumwet in het afgelopen jaar is gehandhaafd ten aanzien van drugsbezit van één tot tien gebruikseenheden. Is hij met de ChristenUnie van mening dat hier nog een wereld te winnen valt? Want laten we wel zijn, de wet is helder: het bezit is strafbaar. Ook de richtlijnen van het OM zijn helder: als je één pil of een halve gram coke bij je hebt, dan wordt die afgepakt. Als je er meer bij je hebt, dan riskeer je een boete van een paar honderd euro of zelfs een taakstraf of een gevangenisstraf als je er vaker mee gepakt wordt. Laten we dat goed voor ogen houden, zou ik willen zeggen.

Voorzitter. Ik vraag de minister ook om een reactie op de situatie in Glanerbrug, in de gemeente Enschede. Vanmorgen sprak ik daar de burgemeester nog over. Dat is een voorbeeld waarin de gemeente heeft gehandeld om de overlast aan te pakken door te handhaven. Wat vindt de minister daarvan? En is de minister bereid om dit voorbeeld ook te delen als best practice voor andere gemeenten in dit land?

Voorzitter. Ik wil de minister een voorstel doen over een ander punt dat de burgemeester bij mij onder de aandacht bracht, namelijk festivals en het handhaven op het punt van drugs. Is de minister bereid om met de gemeenten in overleg te gaan om te kijken of we via de vergunningverlening voor evenementen een waarborgsom als instrument kunnen inzetten? Je roept dan de hulp in van de festivalorganisatoren en wijst hen op hun verantwoordelijkheid en spreekt hen daarop aan. De festivalorganisatoren zouden dan een borg moeten betalen en zich aan de wet moeten houden. Als er dan alsnog een overtreding van de Opiumwet wordt geconstateerd, dan wordt die borg niet meer teruggegeven. Het is een extra bestuurlijke sanctie, een stok achter de deur. Is de minister bereid om daarnaar te kijken?

De heer Van den Berge (GroenLinks):
Ik heb een vraag over drugs aan de ChristenUnie. Als die zegt "publiekscampagnes, voorlichting", dan zeg ik: prima, daar ben ik allemaal voor. Maar de ChristenUnie wil ook het gebruik van drugs verregaand criminaliseren. Ik vraag me dan af, kijkend naar hoe groot het ondermijningsvraagstuk is en kijkend naar de capaciteitstekorten bij de politie, of dat nou de verstandigste manier is om onze schaarse politiecapaciteit in te zetten. Of zouden we moeten zeggen: nee, laten we de politiecapaciteit vooral gebruiken om de zware drugscriminelen aan te pakken?

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Het pleidooi dat ik hier voer, is ingegeven vanuit de volgende opvatting. Ik weiger om te accepteren dat het volslagen normaal is geworden om harddrugs in bezit te hebben. Die norm hebben we hier in de Kamer met z'n allen afgesproken. Het is onze wet. De Opiumwet stelt het strafbaar om harddrugs te bezitten, om het te maken en om het te verhandelen. Het is gewoon strafbaar. Het is niet normaal. Ik weiger om te accepteren dat dat het nieuwe normaal gaat worden. Daarom voer ik dit pleidooi om daarnaar te kijken met alle middelen die we hebben. Handhaven is ingewikkeld. En ja, ik zie dat de politie kampt met een groot capaciteitstekort. Daar heb ik oog voor. Ik vind ook dat ze geloofwaardig moet kunnen optreden. Maar ik wil hun ook de mogelijkheid bieden om, als zij op die festivals staan en zij het aan hun ogen voorbij zien komen, te voelen dat wij als overheid een dubbel signaal afgeven. Daar strijd ik tegen.

De heer Van den Berge (GroenLinks):
Volgens mij pleit niemand voor het normaliseren van drugsgebruik, ook ik niet. Maar we hebben wel alle woordvoerders vandaag gehoord over de capaciteitsproblemen bij de politie en ook over hoe groot het ondermijningsvraagstuk is. Mijn vraag aan de ChristenUnie is gewoon een heel eenvoudige: als we moeten kiezen — die keuze zullen we moeten maken — tussen het criminaliseren van de individuele gebruiker en het aanpakken van de grote drugscriminelen, die kwetsbare jongeren ronselen, wat is dan de keuze van de ChristenUnie?

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
De keuze van de ChristenUnie is dat we achter onze politie moeten staan en dat we dat ook als wetgever moeten doen, dat we een rechte rug moeten houden. Ik zie de spanning. Dat heb ik net al gezegd. Ik vind dat je politiecapaciteit op een goede manier, slim en strategisch moet inzetten. Dat betekent niet dat we overal, op alle plekken, moeten gaan handhaven. Maar kijk eens of het kan op de plekken waarvan je weet dat er veel gebruikt wordt. Ik verbaas me over de opstelling van GroenLinks. Ik hoorde de woordvoerder van GroenLinks net in zijn bijdrage een fantastisch pleidooi houden om oog te hebben voor jongeren die kwetsbaar zijn. Er is zo'n lage drempel om in te stappen in die gecriminaliseerde wereld. Ik dacht: het gaat de goede kant op met GroenLinks. We spreken mensen aan op waar het eten vandaan komt, op wie de kleding heeft gemaakt, waaraan misschien wel kinderarbeid te pas is gekomen, of op wat de gevolgen voor het milieu zijn als je het vliegtuig neemt. Is GroenLinks dan ook bereid om na te denken over de gevolgen voor onze samenleving, voor onze gezondheid en voor de vrede en veiligheid in ons land en om te kijken of we de gebruikers ook kunnen aanspreken op hun verantwoordelijkheid?

De voorzitter:
U mag eigenlijk niet meer, meneer Van den Berge, maar u mag toch kort reageren, want anders is het zo'n … Heel kort.

De heer Van den Berge (GroenLinks):
We zijn altijd bereid om na te denken over de individuele verantwoordelijkheid van mensen, of het nu gaat om klimaatvraagstukken, wereldhandel of drugsgebruik. Maar we vinden niet dat we het debat daartoe zouden moeten verengen. We hebben een totaalaanpak nodig: preventie, repressie en voorlichting. Ik vind dat we er echt gewogen naar moeten kijken en niet onder het mom van "anders gaan we het normaliseren" de verkeerde keuzes zouden moeten maken. Daar staat GroenLinks voor.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Ik vind het een winstpunt dat GroenLinks ziet dat ook de gebruiker wel een verantwoordelijkheid heeft. Hoe je dat vervolgens een plek geeft en gaat handhaven, is twee. Maar ik vind het een winstpunt dat ook GroenLinks het punt ziet dat we hier maken.

Mevrouw Kuiken (PvdA):
Toch nog op dit punt. Ik vind het te makkelijk. Je kunt aan de andere kant van een ideologische discussie staan, maar feit is dat meer handhaven op één pil meer politiecapaciteit kost. Ik zou van mevrouw Van der Graaf willen weten wat we dan dus niet gaan doen. Want dat maakt dit verhaal zo zwak.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Ik heb ook gezegd dat handhaven niet eenvoudig is. Het is ingewikkeld. Dus ik zie dat spanningsveld ook, maar ik vind niet dat we onze ogen ervoor moeten sluiten. Ik vraag de minister om duidelijkheid te geven. De minister komt met bewustwordingscampagnes. Dat is één. Maar het is gewoon strafbaar. Ik verbaas me erover dat partijen hier in deze Kamer eigenlijk niet willen inzien dat het bezit van harddrugs gewoon strafbaar is.

Mevrouw Kuiken (PvdA):
Gebruik is niet strafbaar.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Het bezit is strafbaar; gebruik is niet strafbaar.

De voorzitter:
Gaat u …

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
De straffen liegen er ook niet om. Als er …

De voorzitter:
Gaat u verder, mevrouw Van der Graaf. U mag uw zin afmaken, hoor.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Als er op drugswebsites die adviseren om naar festivals te gaan gewoon wordt gezegd "het wordt toch niet gehandhaafd", vind ik dat zo'n slecht advies. De overheid moet gewoon een helder antwoord geven.

De voorzitter:
Gaat u verder.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Voorzitter. De ChristenUnie wil af van de overlast en van de reputatie van Nederland als drugsland. Er komen toeristen hiernaartoe om drugs te gebruiken. Zij leiden tot overlast. Ik merk dat het zelfs in Amsterdam geen taboe meer is om hierover te spreken. Ook de onderzoekers Tops en Tromp stellen dat het goed is om het ingezetenencriterium op meer plekken te handhaven, ook in Amsterdam. Ik wil vragen of de minister bereid is om met gemeenten in overleg te gaan over het invoeren van het ingezetenencriterium. Sinds de invoering van het criterium in 2013 wordt het in 86 van de 102 coffeeshopgemeenten in het beleid opgenomen. Ik vraag een reactie hierop van de minister.

Voorzitter. Dan mensenhandel. Wij zijn heel erg blij met de uitvoering van een motie van de ChristenUnie en de Partij voor de Arbeid over de besteding van de 10 miljoen euro extra voor de aanpak van mensenhandel, een belangrijke prioriteit in onze veiligheidsagenda. De investering in cyberexperts en extra rechercheurs die gespecialiseerd zijn in de aanpak van mensenhandel is broodnodig.

Voorzitter. Er heeft een pilot gelopen in de aanpak van ondermijning, om uitbuiting vroeg te kunnen signaleren via bankgegevens. Ik weet dat de onderzoekers graag een vervolgonderzoek willen doen naar alle verschijningsvormen van uitbuiting, mensenhandel, witwassen en corruptie. Ik vraag de minister of hij bereid is om daar mogelijkheden voor te bieden.

Voorzitter, dan nog twee punten. Ik vraag aandacht voor antisemitisme. Dat mogen we nooit normaal vinden. Ik denk dan aan het gezin in Hippolytushoef dat al jaren wordt geteisterd door antisemitisch pestgedrag en door geweld. Met de VVD heeft de ChristenUnie ook een amendement voorbereid om de extra middelen voor de bestrijding van antisemitisme een bestemming te geven in lijn met de initiatiefnota van onze twee partijen.

Voorzitter. Ik heb bij de begroting Koninkrijksrelaties een motie ingediend, en aangehouden, over kindermishandeling in Caribisch Nederland. Daarop wil ik graag een reactie hebben van de minister van Justitie.

Ik sluit af met nog één opmerking, als u dat toestaat.

De voorzitter:
Ja.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Ik sluit mij aan bij de vragen van collega's die hun zorgen hebben uitgesproken over de cultuur binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid. Ook ik maak me daar zorgen over. Ik vraag daarop een reflectie van de minister van Justitie.

De heer Van der Staaij (SGP):
Van harte steun voor de inzet rond de bestrijding van antisemitisme. Het viel me bij het amendement op dat dat gedekt wordt met geld dat al bestemd was voor een campagne tegen antisemitisme maar dat kennelijk niet gebruikt is. Weet mevrouw Van der Graaf ook waarom dat het geval is? Ik ben daar gewoon benieuwd naar, want ik mis juist vaak de voortvarendheid in de uitvoering. Waarom is dan concreet geld dat er lag, tot nu toe niet voor dat doel gebruikt?

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Daar heb ik het antwoord eigenlijk niet op, maar wij constateerden hetzelfde. Er ligt geld; dat moeten we inzetten. Daarom hebben we een amendement ingediend om een concrete besteding aan te geven, zodat we snel tot een besteding van het geld kunnen komen.

De heer Markuszower (PVV):
Al die plannen tegen antisemitisme zijn natuurlijk geweldig, maar hoe kan het nou dat u aan de andere kant de grenzen openstelt voor allemaal nieuwe antisemieten die binnenkomen? Dat is natuurlijk het echte, grote probleem. U kunt er wel geld naartoe waaien en allemaal plannen maken, met nationaal coördinatoren en wat er ook allemaal in staat, maar zolang u en uw partij meewerken aan het importeren van nieuwe Jodenhaat gaat dat allemaal helemaal niks opschieten.

Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Ik vind dat we als Nederland altíjd oog moeten hebben voor de bestrijding van antisemitisme. We moeten niet net doen alsof het alleen voorkomt onder de mensen die van buitenaf ons land binnenkomen. Het zit ook in onze samenleving zelf. Ik heb net het voorbeeld gegeven van het gezin in Hippolytushoef dat al tientallen jaren geteisterd wordt. Hun kinderen hebben daar last van en het gezin is inmiddels zo ver dat het zijn eigen huis wil verlaten. Dat mogen we niet toestaan. Daar moeten we altijd tegen opstaan.

De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Van der Graaf.

Meer informatie

« Terug

Archief

« Vorige Volgende »

februari 2021

januari

december 2020

november