Dertigledendebat over het besluit van de Chinese regering om de markt te openen voor Nederlands kalfsvlees

dinsdag 08 juni 2021 00:00

Bijdrage Pieter Grinwis aan een plenair debat met minister Kaag voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

8 juni 2021

Kamerstuknr. 31985

 

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Ook vanaf deze plaats "van harte" aan mijn collega Klink met een start die ons, die mij stilzette. Ik zie uit naar onze samenwerking.

Voorzitter. De stikstofcrisis heeft ons land letterlijk stilgezet. Dat geeft gelegenheid voor en noodzaak tot nadenken over hoe we omgaan met onze leefomgeving en over de vraag in wat voor land we eigenlijk willen leven. Dit debat voeren we met de minister voor Handel en inmiddels van Buitenlandse Zaken. Tirannieke regimes, zoals in Wit-Rusland, vinden we met z'n allen afschuwelijk. En terecht. Maar wat te denken van tirannieke monopolies? De minister weet dat de ChristenUnie mede daarom kritisch is op handelsverdragen. Ze worden vaak voorgesteld als fantastisch voor vrijhandel en concurrentie, maar de praktijk is helaas minder rooskleurig. Neem het besluit van China uit 2018 om de grenzen, nadat deze zeventien jaar dicht waren voor Nederlands kalfsvlees — inderdaad lange tijd op oneigenlijke gronden — te openen. Dat klinkt oppervlakkig als goed nieuws voor de Nederlandse kalversector.

Maar wie profiteert eigenlijk van dit besluit? Zijn het niet vooral de grote integraties in de kalverketen met de stevig in de Quote 500 verankerde VanDrie Group voorop? Neemt de import van kalveren naar ons met stikstof beladen landje daardoor uiteindelijk niet nog verder toe? Ik kom daar zo nog op terug. Is het sowieso niet hoog tijd om daar paal en perk aan te stellen? Let wel, 50% van de hier gemeste kalveren wordt al geïmporteerd, bijvoorbeeld uit Ierland, via uren durende transporten. Dat was in 1960 nog 0%. 90% van het kalfsvlees wordt vervolgens weer geëxporteerd, want Nederlanders eten nauwelijks kalfsvlees en zeker geen blank kalfsvlees. En wat blijft hier achter? Inderdaad, de stront; excusez le mot. Daar kunnen we met zijn allen inzakken: van de natuur tot aan de starter op de woningmarkt. Ook al zijn importkalveren uitgesloten van de bilaterale deal met China, toch vergroot die deal natuurlijk wel de kans op nog meer import van kalveren. De sector wordt er immers niet kleiner door, integendeel.

Voorzitter. Was het dan wel zo'n slim idee om de grootste markt van de wereld via campagnes aan kalfsvlees te helpen, iets dat ze voorheen nauwelijks aten, terwijl we als mensheid eerder minder dan meer vlees, zeker rundvlees, zouden moeten gaan eten? Hoe kijkt de minister hier eigenlijk tegen aan?

De voorzitter:
U heeft een interruptie van de heer Klink.

De heer Klink (VVD):
Ik heb een vraag.

De voorzitter:
U moet de microfoon even iets …

De heer Klink (VVD):
O sorry, ja. Dat moet ik wel zelfstandig … Ik moet nog even wennen aan dat soort dingetjes. Ik kan niet zomaar praten.

Ik heb een vraag over de import. Ik hoor meneer Grinwis nu al twee keer zeggen dat de import alleen maar toeneemt. Ik ben erg benieuwd waar meneer Grinwis dat op baseert. Misschien heb ik mijn huiswerk niet goed gedaan, maar ik heb toch echt gezien dat de import juist afneemt.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ik zei ook: al zijn importkalveren uitgesloten van deze bilaterale deal, de markt als zodanig wordt door een grotere exportmarkt uiteindelijk niet kleiner en de druk om nog meer te importeren zal, even afgezien van de andere marktomstandigheden, daardoor toenemen.

De heer Klink (VVD):
Ik wil dan wel gezegd hebben dat het een feitelijke situatie is dat de totale import afgenomen is de afgelopen periode. Het klopt inderdaad dat voor deze deal is uitgesloten dat het kalfsvlees is dat afkomstig is van andere landen dan Nederland, maar ook de totale import neemt af. Ik denk wel dat het goed is dat we dat met elkaar vaststellen.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Dat stellen we, denk ik, niet met elkaar vast. Het coronajaar is natuurlijk een heel bizar jaar geweest. Ik zei al dat de Nederlandse vleeskalverhouderij is gegroeid van 400.000 geslachte dieren in 1960 met 0% import naar 1,65 miljoen in 2019, waarbij de import van kalveren is toegenomen van 0% naar uiteindelijk 50%. Die import van kalveren is dus immens geworden sinds het begin van de kalverhouderij in Nederland.

De voorzitter:
U vervolgt uw betoog. Ah, mevrouw Van der Plas. Dit is uw vijfde interruptie. Ik dacht van tevoren: ik doe er twee. Maar het loopt weer helemaal uit de klauwen hier. Ik zou zeggen: u krijgt er nog twee van mij en dit is uw eerste.

Mevrouw Van der Plas (BBB):
Het debat stond tot 22.00 uur gepland, dus in mijn beleving hebben we nog twee uurtjes te gaan.

Ik ben een beetje verbaasd over de taal die de heer Grinwis hier bezigt. Ik heb het idee dat hij een tekst van de Partij voor de Dieren opleest. De ChristenUnie heeft een heel grote achterban onder boeren, zeker op de Veluwe, waar heel veel kalverhouderijen zitten. Ik vraag mij eigenlijk een beetje af waarom de ChristenUnie op deze manier, een beetje op polariserende wijze, bezig tegen onze kalverhouderij. Ik ben een beetje aan het zoeken wat daarachter zit. Wilt u daar misschien eigenlijk ook al vanaf?

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Integendeel. Kijk, bij melk drinken horen kalfjes. Dat moeten we onder ogen zien. Daar is helemaal niks mis mee wat betreft de ChristenUnie. De ChristenUnie staat allereerst voor een volhoudbare landbouw met een goede boterham voor boeren. Maar in ons land moeten we ook onze natuurlijke grenzen in acht nemen. Op dit moment hebben we te maken met een stikstofcrisis die ons on hold dreigt te zetten, dag in, dag uit. Daar kan de BoerBurgerBeweging het wel of niet mee eens zijn, maar ik denk dan: alsjeblieft, laten we stoppen met de import van kalveren die we als land niet nodig hebben. Ten tweede. Wie profiteren? Zijn dat de vrije, kleinere ondernemers in ons land of zijn het de grote integraties met de VanDrie Group voorop? Mijn collega weet ook dat het inderdaad zo is dat de grote integraties als eerste profiteren en dat juist ook in de huidige marktomstandigheden, zeker met de coronacrisis er nog eens overheen, de kleine, vrije ondernemers het moeilijk hebben. De ChristenUnie komt met name voor hen op.

De voorzitter:
Dan kijk ik naar mevrouw Van der Plas. Wilt u uw laatste interruptie inzetten? U heeft nog wel een tweede termijn.

Mevrouw Van der Plas (BBB):
Dan maak ik er grif gebruik van. Want ook dat vind ik raar wat de heer Grinwis zegt. Ik sta hier niet om de VanDrie Group te verdedigen, want die kan heel goed zijn eigen broek ophouden. Wat ik wel vreemd vind, is dat hier wordt gezegd: de grote machtige vleesbazen van VanDrie hebben hier profijt van en wij blijven achter met de stront. Dan denk ik: en Tata Steel dan? Zullen we tegen hen dan ook maar zeggen: stop er maar mee, jullie hoeven ook niet meer te exporteren? Zij zorgen namelijk voor enorme vervuilingen rondom IJmuiden en Noord-Holland en zij exporteren ook. Moeten we dat dan ook doen? Of is het omdat het hier over kalfjes gaat, waarbij VanDrie eigenlijk wordt neergezet als een machtige vleesbaas die geld verdient over de ruggen de boeren en die het allemaal niks interesseert? Want dan zou ik alle industrieën erbij pakken die vervuilend zijn en exporteren.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Allereerst: het doet mij toch een beetje verdriet dat de BoerBurgerBeweging het hier niet lijkt op te nemen voor de boeren, de vrije boeren die juist lijden onder die grote integraties. Er zijn ik weet niet hoeveel melkveehouders die ook bij mij hebben aangeklopt van: alsjeblieft, beperk die import en voer maar een dierrechtenstelsel in voor de kalverhouderij. Ten tweede: Tata Steel wordt op dit moment door heel veel bewoners aangeklaagd. De rijksoverheid en andere overheden zijn met Tata Steel in gesprek om hun uitstoot te beperken en om hun productie schoner te maken. Dus het lijkt mij inderdaad heel erg goed om als overheid in gesprek te gaan met heel veel bedrijfstakken en waar nodig ook regels op te leggen om schoner te produceren en uitstoot te reduceren. Waar het gaat om het reduceren van uitstoot in de kalverhouderij is een van de meest makkelijke maatregelen het terugschroeven van de import.

De voorzitter:
Dan zou ik voorstellen dat u doorgaat met uw betoog. Dan kan mevrouw Van der Plas daarna haar eigen verhaal houden.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter. Inmiddels hebben we niet alleen te maken met een stikstofcrisis maar ook met de coronacrisis. Ook die crisis dwingt ons tot nadenken over bijvoorbeeld veiligheid op het gebied van dierziektes. Het onnodig transporteren en verzamelen van dieren door en uit heel Europa is niet alleen niet best voor stikstof en klimaat maar brengt ook risico's met zich mee op het gebied van dierziekten en volksgezondheid. Het is mooi dat de minister van LNV in Europa heeft geknokt voor een maximumreistijd van acht uur maar het duurt zo verschrikkelijk lang voordat zo'n evidente verbetering een feit is. Wanneer zal dat zijn ingevoerd? Eind volgend jaar? En er is natuurlijk veel meer nodig. Zo veel import van kalveren, dat is gewoon niet duurzaam, niet gezond en dus niet houdbaar. Het moet, kortom, anders, beter, minder. Het is jammer dat de sector nu is weggelopen van de overlegtafels. De vorige maand door de minister van LNV naar de Kamer gestuurde scenariostudies komen met moeilijke, pittige conclusies voor de vleeskalverhouderij in Nederland maar we kunnen nu eenmaal niet door op de oude voet. Dat brengt verantwoordelijkheid met zich mee om na te denken over de toekomst voor deze boeren en zeker ook voor de vrije kalverhouders, om te komen tot een voor iedereen volhoudbare landbouw waar vrije boeren een goede boterham kunnen verdienen.

In blessuretijd nog een vraag, voorzitter. Dan kom ik nog een keer op de monopoliemacht van de steeds grotere spelers in de keten als de kalverketen. Hoe wil het kabinet voorkomen dat de marktmacht van grote spelers nog groter wordt? Ik zei het al, als een regime van een land tirannieke trekken vertoont, zijn we er als de kippen bij om dat te veroordelen. Maar zijn we net zo daadkrachtig als er monopolies ontstaan in de markt waardoor vrije en vaak kleinere ondernemers het nakijken hebben …

De voorzitter:
Dank u wel.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
… werknemers hun rechten verliezen en de natuur het loodje legt? Tot zover.

De voorzitter:
Ja, oké. Dat was wel een beetje over de tijd maar er is nog wel een interruptie.

De heer Hammelburg (D66):
Ik hoor groot ongeduld bij de ChristenUnie als het gaat over het transformeren van de kalversector in Nederland naar een duurzamere, meer klimaatbestendige sector die vooral kijkt naar dierenwelzijn en de kleine boer in Nederland beschermt. De heer Grinwis had het ook over een brief die door de minister van LNV is gestuurd — volgens mij op 18 mei — met drie scenario's, waaronder pilots en een subsidiepotje. Maar ik hoor het ongeduld van de heer Grinwis. Ik vraag hem dan ook of hij de scenario's, de uitwerking daarvan en vooral het tijdpad dat daarbij hoort, wel voldoende vindt.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Het waren natuurlijk pittige studies met pittige scenario's. Vooralsnog, in deze demissionaire fase, is dat opgepakt met oud geld en pilots; daar heb ik begrip voor. Maar de ChristenUnie zegt er duidelijk bij — mijn collega kent het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie waarschijnlijk wel — dat we een stap verder moeten. We moeten de hoeveelheid dieren, de hoeveelheid kalveren in ons land, maximeren. Daarbij zou een stelsel van dierrechten heel goed kunnen helpen. Daarmee kunnen we de import, waarvan we zien dat die nu enorm is, met name vanuit bijvoorbeeld Ierland, terugdringen. Als de Ieren zo nodig kalveren willen hebben, waarom fokken ze die dan zelf niet verder op? Waarom worden er daar geen vleeskalveren vetgemest? Waarom moet dat allemaal hier in Nederland? Wij hebben hier verschillende problemen en ook vanuit het oogpunt van diergezondheid is het niet de meest optimale oplossing, om het eufemistisch te zeggen.

De voorzitter:
Ik zie dat de heer Hammelburg wil interrumperen. Dat is zijn tweede interruptie in tweede instantie. Het is dus zijn vierde interruptie, om scherp te blijven.

De heer Hammelburg (D66):
Dank u, voorzitter. Ik ben nog niet zo goed in tellen, maar dank u wel. Ik hoor u. Ik hoor ook de heer Grinwis; hij zegt heel duidelijk dat het allemaal wel erg lang duurt met die pilot. Die pilot moet geëvalueerd worden. Daar gaan jaren overheen. Met andere woorden, als ik de woorden van de heer Grinwis mag samenvatten: het moet allemaal toch echt heel veel sneller.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
De ChristenUnie wil graag een eerlijk handelsbeleid, een eerlijke handelspolitiek en een toekomst die vol te houden is voor onze boeren en melkveehouders. Heel veel van die melkveehouders — natuurlijk niet allemaal, maar wel heel veel van hen — klagen steen en been over de import, die ervoor zorgt dat hun nuchtere kalveren geen cent waard zijn.

De voorzitter:
Ik zie dat de heer Klink ook nog een interruptie heeft.

De heer Klink (VVD):
Dank u, voorzitter. Meneer Grinwis, ik vraag me toch af of u de laatste CBS-cijfers wel heeft gezien over … Ik heb "voorzitter" gezegd, toch?

De voorzitter:
Via de voorzitter spreekt u de heer Grinwis aan.

De heer Klink (VVD):
Voorzitter. Nu ben ik van mijn à propos.

De voorzitter:
Het is lastig, ik snap het. Je moet er even inkomen.

De heer Klink (VVD):
Voorzitter. Meneer Grinwis, heeft u de laatste cijfers van het CBS wel gezien over de rundveesector en de hoeveelheid rundvee die we hebben in beide landen? Voor Nederland en Ierland is het, wederom, een feit dat het in Ierland toeneemt en in Nederland afneemt. Nu gaf u net weer aan: waarom kan het niet in Ierland zelf? Volgens mij is de feitelijke situatie al zo dat het daar toeneemt en hier afneemt.

De heer Grinwis (ChristenUnie):
Volgens mij is er geen tegenstelling; dan zijn we het eens. Dan laten de Ieren mooi zien dat ze het wel zelf kunnen en dat al die levende, nuchtere kalveren niet op transport naar Nederland hoeven. Als we straks acht uur als max hebben, dan hoeft dat dus ook niet per vliegtuig, waar nu proeven mee worden gedaan. Het lijkt mij namelijk niet de juiste weg om kalveren door de lucht naar Nederland te vervoeren om ze hier vet te mesten.

 

« Terug