Rioleringszorg

11-06-2004 14:14 11-06-2004 14:14

Vanaf 1 januari 2005 is het lozen van ongezuiverd huishoudelijk afvalwater op het oppervlaktewater wettelijk niet meer toegestaan. Een hele klus voor gemeenten die hierop actie hebben moeten nemen. Ook het bestaande rioleringsnet is in veel gemeenten een bron van zorg; achterstanden in het beheer en onderhoud van de riolering zijn aan de orde van de dag.

De bouw van een zwembad scoort politiek gezien beter, maar goede bestuurders kijken dieper: de meeste riolen in Nederland stammen uit de jaren vijftig of zestig en zijn zo langzamerhand aan vervanging toe. De gemeenten beheren in totaal zo’n 87.000 kilometer riolering en gelukkig gaan zij steeds meer over tot vervanging: investering in het beheer, onderhoud en herstel van rioleringen vertonen een stijgende lijn. De gemeenten betalen dit alles onder andere uit de opbrengsten van het rioolrecht, dat jaarlijks gemiddeld met zo’n 6 procent stijgt. Maar dat is voor veel gemeenten niet voldoende. Op dit moment zijn veel gemeenten dan ook slechts bezig de grootste problemen te verhelpen door korte termijnoplossingen. Volgens de Stichting Rioned is dit op langere termijn zeker niet goedkoper. Belangrijk is dus rioleringszorg tot een politiek vraagstuk te maken.

Meer dan buizen

Riolering houdt meer in dan buizen onder de grond. Ook het regenwater dat via daken en wegen moet worden afgevoerd valt onder de rioleringszorg. Verder is er samenhang met het overtollige grondwater dat zich onder het openbaar terrein bevindt en met het gehele waterbeleid zoals deze in de Kaderrichtlijn Water is vastgelegd. Daarom wil het kabinet overgaan tot de invoering van één watertarief, waaronder drinkwater, riolering en zuivering valt. Belangrijk is in dat geval dat, indien de waterschapsomslag en de gemeentelijke rioleringsheffing op één rekening komen, wel zichtbaar blijft welke autoriteit verantwoordelijk is voor eventuele kostenstijgingen. De hoogte van de lasten moeten immers democratisch controleerbaar blijven. Een ander bezwaar is de grondslag van een dergelijk afvalwatertarief. Het drinkwatergebruik vormt het uitgangspunt van de basisheffing. Echter, er loopt ook nog veel regenwater door het riool en de kosten voor riolering zijn grotendeels vaste kosten. Er zal nog heel kritisch naar dit plan gekeken moeten worden.

Aansluiting buitengebied

Volgens de Unie van Waterschappen hebben we in Nederland 15.300 riooloverstorten. Hoewel de eigenaren en gebruikers van panden die niet zijn aangesloten bij het rioleringssysteem per 1 januari 2005  in principe zelf verantwoordelijk zijn voor een goedgekeurde voorziening, bieden veel gemeenten hen de mogelijkheid om tegen zo laag mogelijke kosten gebruik te maken van een collectieve oplossing met een lage milieubelasting. De waterkwaliteitsbeheerder, de lozer (maximaal € 3.864) en de provincie of het waterleidingbedrijf dragen in specifieke gebieden bij in de kosten. Bij de plaatsing van een IBA (Individuele Behandeling van Afvalwater) worden de kosten altijd verdeeld. In dat geval is bekostiging vanuit het rioolrecht niet mogelijk.

Er is in de afgelopen maanden veel werk verricht op dit gebied. In sommige gevallen zal het gemeenten echter niet lukken om aan de gestelde eisen te voldoen. Gedeputeerde Staten kunnen in dat geval de gemeente ontheffing verlenen van die zorgplicht voor delen van het buitengebied.
Voor het beoordelen hiervan hebben de meeste provincies een beleidsnota ‘Rioleringsbeleid in het buitengebied’ opgesteld. Als de gemeente ontheffing heeft verkregen, moet de eigenaar van het perceel voor 1 januari 2005 zelf zorgen voor een alternatieve oplossing om zijn afvalwater te lozen. De provincie wordt vaak betrokken bij de keuze voor oplossingen; in de kwetsbare gebieden kan de waterkwaliteitsbeheerder een zwaardere installatie eisen dan in andere gebieden. Dit wordt door de provincie bij de beoordeling van de ontheffingsaanvraag meegenomen. Men handelt daarbij naar de richtlijnen die in de provinciale waterhuishoudings- en milieubeleidsplannen zijn geformuleerd.
 
Hemelwatertonnen
Als het gaat om afvalwater zijn er echter ook andere oplossingen. De Stichting Wetenschappelijk Natuur- en Milieubeleid heeft een beproefd plan uitgewerkt om op een milieu- én kostenbewuste wijze een antwoord te geven op het toenemend oppervlaktewater. Daarbij wordt regenwater aan het begin opgevangen door middel van regentonnen en niet in het riool.[1]

Noten:

[1] Voorzitter van deze Stichting is de heer Van der Geest. U kunt via het bureau met hem in contact komen.

Door Corine Dijkstra, adviseur raads- en statenleden

Gepubliceerd in DenkWijzer 2004, 3

« Terug

Nieuwsarchief > 2004

december

november

oktober

september

augustus

juli

juni

mei

april

maart

februari

januari