Bijdrage Joël Voordewind aan het voortgezet algemeen overleg Maatschappelijk verantwoord ondernemen

woensdag 25 april 2012

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind aan een voortgezet algemeen overleg met staatssecretaris Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

Onderwerp:   VAO Maatschappelijk verantwoord ondernemen (AO d.d. 11/04)

Kamerstuk:   26 485

Datum:            25 april 2012

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik dank de staatssecretaris voor zijn beantwoording, en voor zijn positieve reactie als het gaat om het transparant maken van de hele keten voor de OESO-richtlijnen. Wij waren daar blij mee, want daarover hebben wij eerder een motie ingediend die we hebben aangehouden, omdat de staatssecretaris toen nog de motie ontried. Dat was gekoppeld aan het financiële buitenlandinstrumentarium en het meegaan op handelsmissies, alleen door bedrijven die voldoen aan de hernieuwde OESO-richtlijnen. Die motie is toen aangehouden, en ik wil haar alsnog in stemming gaan brengen, en wel morgen. Ik hoop dat de Kamer die motie dan aanneemt, omdat de teksten van de staatssecretaris, de laatste keer toen we hierover spraken, veel positiever waren. Ik hoop dat nu ook de CDA-fractie die motie zal ondersteunen.

Ik heb twee moties over het IDH, een belangrijk instrumentarium ook van dit kabinet, hoewel nu demissionair. Ze gaan over het hanteren van de OESO-richtlijnen als instapcriterium voor bedrijven die meedoen aan het IDH-programma.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het Initiatief Duurzame Handel (IDH) een significante speler is in het verduurzamen van productieketens en dat de samenwerking tussen bedrijfsleven, overheid en "civil society" kan leiden tot het terugdringen van armoede en onrecht binnen de productieketens waarbinnen het IDH opereert;

van mening dat van deelnemende bedrijven in het IDH mag worden verwacht dat zij volgens de OESO-richtlijnen handelen, door de risico's voor mensenrechten in productieketens in kaart te brengen en zich in te spannen om misstanden te voorkomen en tegen te gaan;

verzoekt de regering, de OESO-richtlijnen te hanteren als instapcriterium voor bedrijven binnen sectorprogramma's van het IDH door te verlangen dat ze de OESO-richtlijnen onderschrijven,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Voordewind, Schouten en Braakhuis. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 130 (26485).

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. De laatste motie is eigenlijk een heel vanzelfsprekende motie. Ik hoop dat de staatssecretaris haar wil ondersteunen, want het gaat om de ontwikkelingsimpact van de IDH-programma’s, zoals die ook gelden voor alle andere gesubsidieerde ontwikkelingsprojecten.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het Initiatief Duurzame Handel (IDH) een significante speler is in het verduurzamen van productieketens en dat de samenwerking tussen bedrijfsleven, overheid en "civil society" kan leiden tot het terugdringen van armoede en onrecht binnen de productieketens waarbinnen het IDH opereert;

verzoekt de regering, het IDH jaarlijks de ontwikkelingsimpact en de invloed op de millenniumdoelen van sectorprogramma's inzichtelijk te laten maken en dit aan de Kamer te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Voordewind, Schouten en Braakhuis. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 131 (26485).

Behalve de twee moties die zijn ingediend, brengt de heer Voordewind morgen ook nog een motie van 22 december in stemming.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.


« Terug