Bijdrage Carla Dik-Faber aan het algemeen overleg Winterweer op het spoor

dinsdag 23 oktober 2012

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu aan een algemeen overleg met minister Schultz van Haegen-Maas Geesteranus van Infrastructuur en Milieu

Onderwerp:   Winterweer op het spoor

Kamerstuk:   29 984

Datum:            23 oktober 2012

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie): Voorzitter. Gisterochtend heb ik er uren over gedaan om van mijn woonplaats Veenendaal naar Woerden te komen, en het was niet eens winterweer! Er was dichte mist en er was een wisselstoring bij Woerden. Naar ik begrepen heb, was die wisselstoring er vanmorgen ook, maar gelukkig hoefde ik vandaag niet naar Woerden toe; het doel was Den Haag. Maar goed, velen zullen ermee te maken gehad hebben.

Bij dit soort verstoringen zijn de bijsturing van treinen en de reisinformatie zeker nog niet op orde. Er hoeft maar iets fout te gaan en de ene na de andere trein loopt vertraging op, waardoor er zelfs sprake is van files op het spoor. Met het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer gaan wij het spoor nog intensiever benutten. Dat is prima, maar het vergroot ook het risico op olievlekwerking bij storingen. Willen wij dat voorkomen, dan moet ook de aansturing van het hele spoorsysteem een grote sprong maken -- spoor 2.0, om zo te zeggen -- en moet de actuele reisinformatie van hoge kwaliteit zijn. Reizigersorganisatie Rover schreef deze week dat het echte probleem van NS en ProRail is dat vertragingen van meer dan tien minuten slecht kunnen worden gehanteerd. Op een winterse dag komt er een stapeling van vertragingen van meer dan tien minuten en loopt het uit de hand. Reizigers grappen wel eens dat een trein met vijftien minuten vertraging precies op tijd is omdat hij vertrekt op het tijdstip van de volgende trein. Maar in de bijsturing kunnen NS en ProRail hiermee niet goed omgaan, waardoor de trein nog meer vertraging krijgt.

Met het aanvalsprogramma voor het winterweer wordt geprobeerd het aantal verstoringen tijdens winterse dagen te verminderen en de bijsturing te verbeteren. Dat is prima, maar is de minister bereid om met NS en ProRail te kijken hoe vertragingen van meer dan tien minuten voorkomen en opgelost kunnen worden?

De problemen met het winterweer zijn structureel en de kans is groot dat er ook deze winter weer problemen zullen ontstaan. Mijn fractie is blij met alle maatregelen die tot nu toe zijn genomen. Wij moeten met de fundamentele aanpak van de bijsturing van het spoor echter wel doorpakken. Dat is nodig om out-of-controlsituaties te voorkomen. Kan de minister toezeggen dat bij de herziening van de bijsturing ook de invoering van ERTMS en de toepassing van dynamisch verkeersmanagement volwaardig worden meegenomen? De minister heeft immers het principebesluit tot invoering genomen. Dan moeten wij er ook mee gaan rekenen. Ik lees hierover echter niets in de stukken. Natuurlijk is dit iets voor de lange termijn -- invoering van ERTMS duurt immers jaren -- maar voor de bijsturing kan het cruciaal zijn. Wij mogen daarbij geen tijd verliezen.

De bijsturing kan ook eenvoudiger gemaakt worden door het rondje rond de kerk. Hierbij rijdt het personeel vaste trajecten. Volgens NS is het rondje rond de kerk te duur. Maar het is niet nodig om dit het hele jaar te doen. Als je op een paar kwetsbare dagen per jaar het rondje rond de kerk invoert, dan kan het wellicht de olievlekwerking van verstoringen beperken en is het ook voor het personeel acceptabel. Het kan ook elke dag een ander rondje zijn en het rondje kan uit meerdere trajecten bestaan. De miljoenen extra kosten die NS becijfert, gelden volgens mij alleen voor de meest extreme rondjes rond de kerk. Ik hoop dan ook dat de minister hier nog eens goed naar wil kijken met NS en ProRail.

Ik mis nog duidelijke kwantitatieve doelen voor het nieuwe systeem. Aan welke normen moet in ieder geval worden voldaan? Hoeveel treinen moeten er straks per minuut kunnen worden afgehandeld? Datzelfde geldt voor het bredere programma Robuust Spoor. Welk einddoel hebben NS, ProRail en vooral ook de minister voor ogen? Ik krijg nu het gevoel dat iedereen met goede bedoelingen aan de slag is gegaan, zonder dat er ook maar een idee is over het eindresultaat. Er is zelfs geen financiële doorrekening van het project Robuust Spoor. De ChristenUnie ziet graag een grotere betrokkenheid van consumentenorganisaties bij de aanpak van het winterweer en het project Robuust Spoor.

De ChristenUnie vindt dat de nooddienstregeling een noodgreep moet blijven. Afgelopen winter werd er ruim anderhalve week volgens een uitgedunde dienstregeling gereden, terwijl de problemen op de weg beperkt bleven tot twee dagen. Als er voldoende reservecapaciteit op het spoor is en als de bijsturing op orde is, dan moet het mogelijk zijn om met NS en ProRail afspraken te maken over het aantal dagen per jaar waarop de nooddienstregeling wordt ingesteld. NS en ProRail verwachten nu dat dit zo'n twaalf dagen per jaar nodig zal zijn. Dat lijkt mij wat erg veel. De ChristenUnie is er alles aan gelegen om het aantal dagen zo veel mogelijk terug te brengen. Is de minister bereid hierover afspraken te maken bij de nieuwe hoofdrailnetconcessie?

Ik begon mijn betoog met de files op het spoor en daar wil ik ook mee afsluiten. Ik hoor de minister nog weinig over het creëren van meer reservecapaciteit zoals inhaalsporen bij stations. Hiervan moet nu echt werk worden gemaakt, desnoods met een spoedwet zoals dat ook bij de spitsstroken langs de snelwegen is gebeurd. De ChristenUnie wil dan ook zo snel mogelijk een filetop 50 voor het spoor, net zoals die er is voor het snelwegennet. Een spoorknelpuntenindex dus, waar ook om gevraagd is in de motie-Slob die door de Kamer is aangenomen. Wanneer gaat de minister deze motie uitvoeren?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.


« Terug