Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Opvang, terugkeer en vreemdelingenbewaring

woensdag 13 maart 2013

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind met de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie aan een algemeen overleg met staatssecretaris  Teeven van Veiligheid en Justitie

Onderwerp:   Opvang, terugkeer en vreemdelingenbewaring

Kamerstuk:    29 344

Datum:            13 maart 2013

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. De collega’s hebben al iets verteld over de ervaringen in de Vluchtkerk. Wij kregen daar de gelegenheid om met veel mensen langdurig te spreken en mee te maken wat zij elke nacht meemaken. Dat mocht ik aan den lijve ondervinden toen het licht om zes uur 's morgens aanging toen een Soedanees die naast mij lag onwel werd. Hij werd begeleid door drie politieagenten en twee ambulancebroeders. Dat was even raar wakker worden die ochtend. Blijkbaar is dat geen uitzondering, maar gebeurt het regelmatig omdat mensen ziek worden. Is het niet vanwege de levensomstandigheden dan wel vanwege de stress die mensen ondervinden. Wij hebben inmiddels een aantal casussen op een rij gezet en zullen die aan de staatssecretaris overhandigen. De staatssecretaris kan daar rugnummers en namen bij krijgen. Het kan niet zo zijn dat de staatssecretaris zegt dat er geen probleem met de mensen in de Vluchtkerk is en dat als zij terug willen, zij terug kunnen. Dat is echt onwaar. Er zijn veel mensen die wel terug willen, maar voor een gesloten deur van de ambassade terechtkomen en door de DT&V vervolgens weer op straat worden gezet. Ik hoop dat wij serieus naar deze zaken gaan kijken. Ik zeg de heer Fritsma meteen dat het klopt dat ik niet alle verhalen kan controleren. Daarom leg ik ze opnieuw bij de staatssecretaris neer, want ik wil dat opnieuw naar die zaken wordt gekeken.

De heer Fritsma (PVV): Ik vind dat de heer Voordewind een misleidend beeld van de situatie schetst. Allereerst suggereert de term "Vluchtkerk" dat het vluchtelingen zijn. Tot en met de hoogste rechter is herhaaldelijk vastgesteld dat dit juist geen echte vluchtelingen zijn, want anders hadden ze wel een verblijfsvergunning gekregen. Het tweede punt is dat de heer Voordewind volhoudt dat het mensen betreft die wel terug willen, maar niet kunnen. Ook dat is niet waar. Wij hebben bij de tentenkampen gezien dat de Dienst Terugkeer & Vertrek aan alle mensen van die tentenkampen het voorstel heeft gedaan om te komen praten over de mogelijkheden of onmogelijkheden van terugkeer. Wat was de respons? Nul komma nul. Niemand is op komen dagen. Hoe kan hij dan nog volhouden dat het om mensen gaat die wel terug willen? Het is vastgesteld -- de staatssecretaris heeft dit de vorige keer bevestigd -- dat de Dienst Terugkeer & Vertrek in gesprek wilde, maar dat daar geen enkele reactie op is gekomen. Dan is de enige juiste conclusie dat er onwil is om terug te keren.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Het lijkt simpel, maar dat is het niet. Het lijkt een soort draaideurpolitiek elke keer als de mensen op straat of in een tentenkamp komen. Ik ben in Ter Apel geweest en een aantal mensen heeft zijn dossiers laten zien. Van de 60 die nogmaals zijn bekeken, heeft er eentje een verblijfsvergunning gekregen. De anderen zijn gewoon weer op straat gezet. Ook nu is dat het geval geweest. Er zijn dossiers bekeken in welgeteld 24 uur en er was opvang beloofd, maar vervolgens zijn de mensen weer op straat gezet. Let wel, dit is midden in de winter gebeurd. Er zijn mensen die keer-op-keer worden opgenomen in vreemdelingendetentie. Sommigen zitten er al drie jaar en zijn vervolgens weer op straat gezet omdat ook de DT&V hen niet kon uitzetten. Daar hebben wij het concrete probleem te pakken. Ik ben blij dat wij binnenkort gaan spreken over het advies van de vreemdelingencommissie, want dit kan niet jarenlang doorgaan. Ten eerste worden die mensen doodziek. Ten tweede duw je mensen zo misschien wel in de criminaliteit en daar moet de heer Fritsma ook tegen zijn. Wij moeten echt met elkaar tot een oplossing komen. Ik ben blij met de uitspraak van de heer Recourt dat die mensen in de tussentijd in ieder geval niet op straat gezet moeten worden. Ik hoop dat de burgemeester in Amsterdam eraan mee gaat werken dat deze mensen niet in de kou worden gezet. Ik zal de voorbeelden aan de staatssecretaris geven en ik hoop dat wij heel snel perspectieven kunnen bieden. Ik verbaas mij erover dat wij wat betreft de verhuizingen niet tot elkaar kunnen komen. De staatssecretaris heeft het over 55% vrijwillige verhuizingen. Er zijn heel veel azc's gesloten. Telt de staatssecretaris dan ook de keuze om na een sluiting naar een andere locatie te gaan als vrijwillige keuze? Die kun je toch niet meetellen? Dan hebben wij het niet eens over de col en de pol en de herhaalde asielaanvraag die niet mee worden geteld. Het moet dus nog veel erger zijn dan de staatssecretaris op een rij heeft gezet, want hij komt al tot twee verhuizingen per jaar. Ik vraag de staatssecretaris om niet het COA een onderzoek te laten doen naar de verschillen en de reden waarom mensen zo vaak moeten verhuizen, maar om een onafhankelijk onderzoek te doen. Wij weten allemaal hoe ongezond dit is voor de kinderen. Ik heb de vorige keer gesproken over Sepan die acht lagere scholen heeft moeten doorwerken om zijn Cito-toets te doen.

Ik ben blij met de vraag van de heer Recourt of de pol en de col samengevoegd kunnen worden. Als de staatssecretaris niet met een bevredigend antwoord komt, denk ik dat wij een Kameruitspraak moeten forceren om de col en de pol samen te voegen. Dan kunnen wij een verhuizing schrappen. Het is ontzettend goed dat mensen niet op straat worden gezet en in gezinslocaties terechtkomen, maar het is weer een verhuizing. Het geeft weer extra druk op kinderen omdat ze de gemeente niet uit mogen. Ze mogen niet eens de familieleden die ze in Nederland hebben bezoeken. Dat wordt ze verboden. Wij moeten af van die extra verhuizing naar de gezinslocaties. Mensen moeten in alle rust hun terugkeer in een azc kunnen afwachten. Ook hierover beraad ik mij op een motie.

Als in Nederland een Nederlands kind verdwijnt, krijgen wij oproepen van Amber Alert, staat de wereld op zijn kop en komt het in het journaal. Er verdwijnen echter regelmatig kinderen uit de procesopvanglocaties. Daar moeten wij toch heftig beleid op gaan voeren? Elk kind dat verdwijnt, moeten wij toch kunnen achterhalen? Is de staatssecretaris bereid om die extra inspanning te doen? Uit het onderzoek van GATE blijkt dat kinderen in de pol’s vaak worstelen met depressiviteit en mentale problemen. Klopt het dat er vaak met behandeling wordt gewacht totdat de kinderen in een andere locatie zijn opgevangen? Als kinderen echt lijden, moeten zij toch steun kunnen krijgen? Zij worden nu in grootschalige kampen opgevangen. Dat kost €40.000 per kind per jaar. Wil de staatssecretaris kijken naar de mogelijkheid van pleeggezinnen? Waarom worden alleenstaande minderjarigen niet in pleeggezinnen opgevangen? Dat kost maar €6.000. Tel uit je winst.

Waarom kan de Kamer het reisverslag van het bezoek van de DT&V niet ontvangen? Dit zou eventueel ook vertrouwelijk kunnen. Ik ben erg benieuwd naar de bevindingen. 1 april 2013 staat in mijn agenda genoteerd als de datum waarop de Pakistaanse christenen uitsluitsel krijgen of zij in de risicogroep vallen of niet. Gisteren hebben wij weer een petitie ontvangen en vorige week hebben wij gezien hoe 127 huizen van christenen systematisch zijn verbrand. Dat zijn toch heel ernstige praktijken die de staatssecretaris zou moeten meewegen om deze categorie in de risicogroep te krijgen.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug