Mirjam Bikker bezoekt Oekraïne: “We moeten zorgen voor hen die met littekens verder moeten leven.”

Reis_Oekraine_13.jpg
Portret Mirjam Bikker in vierkant.jpg
Blog by Mirjam Bikker on May 22, 2025 at 4:45 PM

Mirjam Bikker bezoekt Oekraïne: “We moeten zorgen voor hen die met littekens verder moeten leven.”

Wat was je eerste indruk toen je aankwam in Oekraïne?

Toen we te voet de grens overstaken, stonden er twee mensen van een Oekraïense hulporganisatie op ons te wachten. Samen met hen reden we naar Lviv. Wat me onderweg meteen opviel, was dat elk dorp een begraafplaats had. Niet alleen met oude graven, maar ook met recent gesneuvelde soldaten, herkenbaar aan de Oekraïense vlaggen bij hun graven. Jonge mannen uit West-Oekraïne die elders in het land zijn omgekomen. Dat beeld grijpt je direct naar de strot. En het hield me de rest van de reis in zijn greep. Bij elke begraafplaats en in elk dorp zag je hetzelfde: vlaggen, bloemen, foto's. Het besef van oorlog was overal.

Onze eerste stop was Lviv. Lviv verraste me. De stad deed me denken aan Wenen: statige gebouwen, groene lanen, een bijna Midden-Europese sfeer. Veel mensen hebben bij Oekraïne misschien een grauw Sovjetbeeld in hun hoofd, maar dat klopt hier totaal niet. Het stadsleven is levendig, mensen drinken koffie op terrassen, lachen, leven. En toch… op elk moment kan het luchtalarm afgaan.

Dat gebeurde ook meteen in onze eerste nacht. We verbleven in het guesthouse van de Katholieke Universiteit en moesten daar de schuilkelder in — een ervaring die ik niet snel zal vergeten. De volgende ochtend zaten we aan het ontbijt tussen de studenten. Gewoon, alsof het een normale dag was. Sommigen van hen hadden die nacht ook met ons in de kelder gezeten. Ze studeren door, midden in een oorlog. Dat maakte diepe indruk op me.

Welke plekken heb je bezocht tijdens je reis?

We hebben veel plekken bezocht. Bijvoorbeeld het St. Luke's Hospital in Lviv, waar veteranen revalideren. Natuurlijk was het ziekenhuis in Groningen wat ik eerder al bezocht indrukwekkend, maar hier zag je het nog extremer: zoveel mensen met missende ledematen, met protheses, met brandwonden die zichtbaar het gevolg zijn van de oorlog. Het was intens om te zien hoe hard ze hier werken om die mensen te helpen revalideren om weer zelfstandig te kunnen bewegen.

Reis_Oekraine_32

Maar er is niet alleen lichamelijke schade. Sommige veteranen hebben bijvoorbeeld hersenbeschadigingen opgelopen, waardoor ze niet meer goed kunnen spreken. Zij werden getraind om – met behulp van technologie – weer te kunnen praten en om simpele dingen te leren zoals hoe je een kop koffie kunt bestellen. Dat soort kleine dingen zijn dan opeens zo groot in zo’n situatie.

Vanuit Lviv reden we ook naar Krylos, een heel klein dorpje op twee uur rijden van Lviv. In een prachtige kerk op een heuvel vertelde de priester en de leden van zijn kerk ons over wat zij doen voor de soldaten aan het front. De plek is vredig en het front is hier ver weg. Toch ook hier is de oorlog elke dag aanwezig: in de afwezige mannen die vechten aan het front, de teruggekeerde veteranen met al hun vragen en trauma's. Veteranen kunnen op adem komen in een soort retraite. En naast dat huisje? Daar zaten vrouwen camouflagenetten te naaien voor het front. Die dubbele realiteit — zorgen voor wie terugkomt, en tegelijk alles op alles zetten voor wie nog vecht — is aangrijpend.

Reis_Oekraine_11

Met wat voor mensen heb je gesproken?

Allerlei mensen. Kerkleiders, weduwen, vrouwen van soldaten die nu aan het front zijn, vrijwilligers. Wat me diep raakte, waren de gesprekken met moeders. Over hun hoop voor hun kinderen. Eén vrouw zei: “Ik durf niet meer te dromen van een vrij en veilig land. Mijn kinderen zullen altijd opgroeien onder de dreiging van oorlog.” 

Een soldaat met duidelijk zichtbare brandwonden aan zijn handen en benen vertelde ons hoe hij, zodra hij ook maar een beetje beter was, meteen weer terug wil naar zijn kameraden aan het front. Want er is zo’n groot tekort aan soldaten. Hij zei ook dat Rusland geen moment wacht tot zij weer volledig zijn hersteld — het gevecht gaat gewoon door, zonder pauzes. De vrijwilligster die van en naar het front rijdt vulde aan: “Stop met het vetmesten van ons als varkens voor de slacht. Geef ons wapens, en laat ons vechten met waardigheid". Deze quote is het meest treffend van de hele reis geweest. We denken als Westen veel en genoeg te doen om Oekraïne te helpen, maar voor een toekomst van Oekraïne en een rechtvaardige vrede met Rusland is een sterk Oekraïens leger nodig en een afschrikwekkende Europese defensie. En dat is niet over 10 jaar nodig. Maar nu. De Oekraïners vrezen terecht dat zodra er een wapenstilstand in Oekraïne is bereikt, Poetin de NAVO gaat testen in de Baltische staten en over enkele jaren opnieuw Oekraïne aanvalt.

Reis_Oekraine_17

Wat is je het meest bijgebleven uit die gesprekken?

Een van de meest aangrijpende momenten van onze reis was ons bezoek aan de militaire begraafplaats in Lviv. We liepen langs eindeloze rijen graven van jonge mannen — soms nog jongens — bedekt met bloemen, met vlaggen en grote foto’s. Bij ieder graf stond een bankje. Op die bankjes zaten moeders, vrouwen, vaders. Sommigen waren in tranen, anderen staarden stil voor zich uit of spraken zacht tegen het graf van hun geliefde. Sommigen staken een sigaret op en lieten die uitgaan in het zand, elk op hun eigen manier dicht bij hun dierbare blijven 

We vroegen voorzichtig aan een moeder of ze haar verhaal wilde vertellen. Ze vertelde over haar zoon. Over hoe hij als baby al zo snel kon lopen en overal “waarom?” vroeg, en hoe ze daar altijd met een glimlach aan terugdacht. Over zijn diploma’s, zijn medailles, en hoe trots ze was op alles wat hij had bereikt. Hij had een militaire opleiding gevolgd en sinds de invasie in 2022 had hij veel veldslagen meegemaakt, steden bevrijd, en uitzonderlijke medailles ontvangen voor zijn moed. Maar hij was er niet meer.

Zijn vader was ook opgeroepen naar het front en zat bij een artilleriedivisie. Hij keerde terug, maar zijn hele team was omgekomen. De vader zit nu met de vraag: “Waarom leef ik nog, als mijn zoon en al zijn makkers er niet meer zijn?”. Zijn verdriet en gebrokenheid zijn bijna tastbaar.

Wat haar verhaal zo hartverscheurend maakt, is ook het isolement. Ze vertelde: “Ik ben hier al meer dan 500 dagen, elke dag. En de enige mensen met wie ik over mijn zoon spreek, zijn de andere moeders en vrouwen hier. Niemand anders vraagt ooit naar hem, niemand wil weten wie hij was en wat hij betekende.” Dat zei ze met een herhaling die je recht in je hart raakt.

Reis_Oekraine_31

Haar gezicht droeg tegelijk liefde en pijn, trots en verdriet. Dat beeld neem ik mee voor altijd — het laat zien wat oorlog werkelijk doet. Het breekt harten, vernietigt families, en laat diepe littekens na, niet alleen in het land, maar ook in de mensen die achterblijven.

Dit verhaal benadrukt waarom het zo hard nodig is om Oekraïne militair sterk te houden, zodat ze zichzelf kunnen verdedigen en de Russen afschrikken. Maar het laat ook zien waarom we niet mogen vergeten te zorgen voor diegenen die met deze littekens verder moeten leven. Littekens die misschien niet altijd zichtbaar zijn, maar wel onuitwisbaar.

Hoe heeft de oorlog het dagelijks leven van mensen beïnvloed?

De oorlog stopt niet bij het front. Hij kruipt gezinnen binnen, zit onder de grond, blijft achter in het bos. Tatiana, uit Boetsja, vertelde me dat ze met haar kinderen moest vluchten door het bos vlakbij hun dorp. Het bos waar vroeger de kinderen konden spelen. Ze moet nu haar kinderen leren daarbij vandaan te blijven: er liggen nog mijnen en waarschijnlijk nog lichamen. Ook heeft ze haar kinderen moeten uitleggen om geen achtergelaten knuffels op te rapen: daarin zijn door de Russen explosieven verstopt.

Maar ook veel mensen moeten een ‘normaal’ dagelijks leven leiden met grote onzekerheid. We spraken de vrouw van een vermiste militair. Ze weet dat hij gesneuveld is, maar zijn lichaam is nooit gevonden. Er was dus geen afscheid, geen graf. Ze heeft twee jonge kinderen, en dan het voortdurende niet-weten. Zo schrijnend. Of het verhaal van een jonge vrouw die in een gesprek op mij afstapte en zei: “Mag ik mijn verhaal delen?” Haar vader is vermist. Waarschijnlijk krijgsgevangen genomen door de Russen. Ze weet niet waar hij is: of hij nog leeft, of ze hoop moet houden óf moet loslaten.

Zijn er ook positieve dingen die je hebt gezien, ondanks de situatie?

Wat me ontzettend hoopvol stemde, was de ontmoeting met een krachtige, energieke vrouw. Ze was gevlucht uit Zaporizja, haar man was gesneuveld als soldaat. Met zijn laatste loon en steun vanuit de orthodoxe kerk startte ze een klein kraampje — een soort mobiele kiosk, waarin ze een lokale snack verkocht, een specialiteit uit haar regio.

Het verdriet om haar man voelde je in alles, maar tegelijk straalde ze iets onbreekbaars uit. Ze zorgde voor haar kinderen, haar schoonouders, haar gemeenschap. En ondanks alle verliezen was ze opgewekt, vol plannen. Ze wilde blijven, niet vertrekken. "Ik blijf hier voor de oude oma’s die me steunen — zij hebben mij nodig, en ik hen," zei ze. Ze stond daar op het marktplein, vol trots, en liet me enthousiast zien hoe ze haar snack bereidde. Wat een kracht. Wat een levenslust. Dit is wat een samenleving nodig heeft: niet alleen een leger, maar ook mensen zoals zij: mensen die blijven bouwen, hoop vasthouden en anderen meetrekken.

Reis_Oekraine_33

En ze is geen uitzondering. Ik kan zo vijf vrouwen noemen die ons inspireerden: met kleine bedrijven, met lesgeven, traumatherapie, of door simpelweg voor anderen te zorgen. Vrouwen die, ook al zijn ze gevlucht naar een andere regio, niet stil zijn blijven zitten. Ze pakken hun leven opnieuw op. En dat geeft niet alleen hoop, maar ook waardigheid. Het helpt hen herinneren: ik heb nog iets te geven. Ik ben nog van betekenis.

Welke rol spelen kerken en het geloof daarin? 

Juist de kerken weten mensen te bereiken, tot diep in de haarvaten van dorpen. Geloof biedt houvast, een plek voor verdriet én herstel. De diensten, de retraites, de gemeenschap: het zijn plekken waar rouw gedeeld mag worden. Maar het zorgt ook voor nieuwe vragen voor kerken: ik sprak voorgangers en priesters die ineens te maken hebben met veteranen die thuiskomen met PTSS, verslavingen, huiselijk geweld. Zij zijn vaak niet getraind om hier antwoord op te bieden. De kerk in Oekraïne staat dus voor een grote uitdaging om hun mensen geestelijk te helpen.

Reis_Oekraine_36

We bezochten een klein protestants-evangelisch kerkje in een wijk vol verweerde Oostblokflats. We liepen naar binnen en het eerste wat je ziet is geen kruis of kaars, maar een muur met foto’s van gesneuvelde soldaten uit de buurt. Iedereen die iemand verloren heeft, mag daar een foto ophangen.

De dienst begon met een minuut stilte voor hen. En wat me trof: deze gemeente doet méér dan herdenken. Ze zagen het verdriet van nabestaanden en besloten iets te doen. Ze organiseren nu retraites voor ouders die hun kind verloren hebben in de oorlog — een weekje weg, even ademhalen. Daar spraken moeders en vaders die voor het eerst sinds het verlies weer iets voelden. Een vrouw, weduwe van een soldaat, vertelde dat het meewerken aan zo’n week haar weer kracht gaf.

Reis_Oekraine_35

Reis_Oekraine_28

’s Middags is er in deze kerk een speciale dienst voor nabestaanden. Die zit inmiddels voller dan de ochtenddienst. Niet alleen kerkgangers, maar mensen uit de hele wijk komen. Omdat er ruimte is voor verdriet, voor herinnering — én voor elkaar.

En dan nog dit: op onze eerste ochtend daar, net voor 9.00 uur, stonden we buiten. Ineens stopten alle auto’s. Mensen stapten uit. Stipt om 9.00 uur hield iedereen een minuut stilte. Elke dag opnieuw. Zó indrukwekkend. 

Wat neem je mee naar Nederland?

We werden overal bedankt dat we gekomen waren. Maar eerlijk? Dat voelde ook ongemakkelijk. Want zíj leven daar, elke dag opnieuw. Sommige mensen die we ontmoetten, verbleven tijdelijk in een relatief veilig gebied om op krachten te komen — om daarna weer terug te keren naar de frontlinie.

Je staat daar met een knoop in je maag. Tegelijkertijd voel je ook: zo’n bezoek is waardevol. Soms is het belangrijk om er simpelweg te zijn. Een teken van solidariteit. Een hart onder de riem.

Wat me raakte, was de warmte van mensen. Hun openheid, hun humor — soms rauw, vaak een manier om vol te houden. En hun veerkracht, hun geloof, hun kracht.

Wat ook duidelijk werd: we moeten anders naar Rusland kijken. Niet alleen naar vandaag, maar naar de lange lijn. Het Kremlin denkt in eeuwen. In grenzen verleggen, culturen uitwissen, macht behouden. Zolang buurlanden het beter doen dan Rusland zelf, ziet Moskou hen als een bedreiging. Niet alleen voor Oekraïne is dat gevaarlijk, maar voor veel landen rond Rusland heen, zoals de Baltische staten.

Daar moeten we op voorbereid zijn. Niet telkens opveren en weer verslappen. We moeten investeren in onze defensie, in Europese samenwerking én in blijvende steun aan Oekraïne. Militair, maar ook breder. Want vrede is pas echt als die rechtvaardig is, niet als die tot stand komt door land weg te geven in ruil voor schijnrust. Wat me het meest bijblijft, zijn de mensen. Moegestreden, maar nog altijd strijdend. Vrouwen met diepe littekens, gezinnen die proberen vol te houden, kinderen die hoop nodig hebben.

Juist daar kunnen wij iets betekenen. Niet pas straks maar nu. Met steun en met herstel. En vooral: met oog voor de samenleving die overeind probeert te blijven. Dat verdient onze steun. En onze solidariteit.

Tags: