Wijs met afkomst, Prediker 4:13-16.

We kunnen mensen in de ruimte brengen, het DNA van de mens is bekend, er worden bruggen gebouwd over complete zeestraten, de wereld van artificial intelligence ontvouwt zich. Nog nooit was de mens tot zoveel in staat, zou je kunnen denken. Er is zoveel uitgevonden dat tijd bespaart. En tegelijk is het in deze tijd dat de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving schrijft dat onze samenleving hypernerveus is, gejaagd en rusteloos. Het boek Prediker behoort tot de zogenaamde wijsheidsliteratuur in de Bijbel. Wat is wijsheid? Die vraag verdient bezinning. Zeker in een tijd waarin we als mensheid enorm veel kennis vergaren, op zoveel terreinen. Maar wijsheid en kennis zijn fundamenteel verschillende zaken. Je kunt heel veel kennis hebben en toch een dwaas zijn. En dat is denk ik ook wat we in dit gedeelte zien:

  1. Beter een arme maar wijze jongeman, dan een oude maar dwaze koning die van geen waarschuwing meer wil weten.
  2. Ja,iemandkomt uit de gevangenis om koning te worden, terwijl iemand die in zijn koninkrijk is geboren, verarmt.
  3. Ik zag al de levenden onder de zon omgaan met de jongeman, de tweede, die voor hem in de plaats kwam.
  4. Er komt geen einde aan al het volk, aan allen die er vóór hen waren. Ook zullen zij die later komen, zich niet over hem verblijden. Ja, ook dat is vluchtig en najagen van wind.

Bij het lezen hiervan moest ik denken aan de hoopvolle berichten over Generatie-Z, die weer een nieuwe openheid voor het geloof lijkt te ontwikkelen. Het valt me op voor elke zaal studenten die ik spreek. Er is blijkbaar een groeiend besef, juist onder jongeren, dat er een vacuüm is dat alleen door God opgevuld kan worden. Het is ook Prediker die zegt: “Zoek je Schepper in je jeugd.” Want de vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid. Een gezonde vreze des Heeren kan tot een bron van wijsheid worden omdat ze ons bepaalt bij onze plek in het geheel. Hoe vaak lezen we het niet in het Oude Testament: “De mens is als gras.” “Wat is de mens, wat is de sterveling dat U aan Hem denkt, dat U naar Hem omziet?”

En juist dat besef kan zomaar naar de achtergrond verdwijnen wanneer de macht lonkt. Wanneer positie en aanzien belangrijk voor ons worden. Dan wordt buitenkant belangrijker dan binnenkant, en het eerste wat dan sneuvelt… is de wijsheid. Dat is wat we bij deze oude koning in Prediker zien.

We zien het ook om ons heen, dat mensen op hooggeplaatste posities niet altijd de meest wijze keuzes maken. De grote geopolitieke ontwikkelingen, waarin steeds meer leiders zich als autocraten, als zonnekoningen wanen. Is dat nu zo vreemd? De Britse Lord Acton, een Brits katholiek historicus en schrijver uit de 19de eeuw, zei: “Macht corrumpeert, en absolute macht corrumpeert absoluut.” En die stelling blijkt historisch maar al te vaak juist. Dit is een wetmatigheid die maar al te vaak opgaat.

Maar toch wil ik hier vanmiddag iets tegenover plaatsen: wij christenen geloven dat er Een is die álle macht heeft: Jezus Christus. En wij belijden dat deze Koning volkomen zuiver is in de wijze waarop Hij zijn macht uitoefent. Steeds zien we Hem handelen ten behoeve van de ander. Steeds zien we dat zijn hoogste missie het verheerlijken van zijn Vader is. Dat zien we ultiem aan het kruis waaraan Hij sterft in gehoorzaamheid aan de Vader en uit liefde voor zondaren.

We zien in het Paasverhaal een Koning die wordt gekenmerkt door zachtmoedigheid, en die over zichzelf opmerkte: “Leer van Mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart.” Dit is een Koning die niet grijpt naar het zwaard maar naar de liefde en naar vergeving. En christenen geloven dat het deze Heer – Jezus Christus – is die opstond uit de dood. En dat Hij alle macht heeft in hemel en op aarde. Wat een hoop.

Ik wil nog even terugkeren naar dat bekende gezegde: “Macht corrumpeert…” Ik zou willen stellen dat macht niet corrumpeert, maar dat macht onthult. Macht corrumpeerde Christus immers niet.

Macht onthult onze innerlijke gezindheid, onze hartsgesteldheid. Wat leeft er in ons binnenste? Is het afgunst, is het geldingsdrang, of is het vriendelijkheid en dienstbaarheid? De dwaasheid zal steeds het beste zoeken voor zichzelf. “Meer voor mij.” Dat zien we terug bij machthebbers voor wie het leven en hun machtsspel een zero-sum game is. “Ik win alleen als jij verliest.” Maar wat een andere houding zien we dan terug bij Jezus. Hem in wie volgens Colossenzen “alle schatten van kennis en wijsheid verborgen liggen”. Hij gaat ons voor op een andere weg, die van dienstbaarheid en zachtmoedigheid. Daarin ligt de ware wijsheid besloten.

Ik noemde het al: de vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid. Het is die gezonde vreze des Heeren die paradoxaal genoeg alle andere angst verdrijft. Die de bron van onze wijsheid vormt. Die mij steeds bepaalt bij mijn eigen nietigheid in het licht van Gods grootheid, mijn afhankelijkheid in het licht van Zijn genade en kracht.

Die gesteldheid hebben de leiders en politici van nu zó hard nodig. Ons land heeft, ik zeg het vaker, geen behoefte aan nog meer schreeuwers, maar aan politici en bestuurders die hun hoofd koel houden en hun hart warm. Aan politici die steeds het goede zoeken voor de samenleving en de schepping en die daarvoor willen opstaan. Aan leiders die de gestalte van Jezus willen aannemen en elkaar de voeten wassen, elkaar dienen. Ons land staat in deze weken op een spannend kruispunt. Vandaag knielen we neer bij de geopende Bijbel en leren opnieuw wat echte wijsheid is. In navolging van onze Koning die wilde dienen zoeken we Zijn wijsheid. Niet het najagen van wind of de ophef van de dag, maar het najagen van echte zorg en aandacht voor elkaar. Onze hypernerveuze samenleving kan opknappen, als die hartsgesteldheid terug keert. Leven bij een open Bijbel. Dát is echte wijsheid.