Na prinsjesdag volgen de Algemene Politieke Beschouwingen. Hier lees je de bijdrage van Mirjam Bikker aan dit debat.
Wat een zootje is het in Den Haag. Wat is er de afgelopen tijd een ontzettend slecht visitekaartje afgeleverd. Den Haag leek de afgelopen periode op een voetbalteam dat maar blijft ruziën over de opstelling zonder de bal ook maar één keer over de middellijn te krijgen. En de problemen waar ons land mee te kampen heeft aanpakken en oplossen, ho maar.
Zelfs de koning gaf gisteren in de troonrede de Tweede Kamer een koninklijke draai om de oren. Ik denk dat we kort kunnen zijn over de afgelopen twee jaar: dit niet meer.
Het is tijd voor verandering, het is tijd voor verantwoordelijkheid, het is tijd om op te staan voor het goede.
Ik moest de afgelopen dagen vaak denken aan Psalm 72 die hoogstwaarschijnlijk door de bekende Israëlische koning Salomo werd geschreven. Hij schreef een gebed:
‘Geef, o God, uw wetten aan de koning,
uw gerechtigheid aan de koningszoon.
Moge hij uw volk rechtvaardig besturen,
uw arme volk naar recht en wet.’
Al eeuwenlang verlangen mensen naar vrede en recht. De oude woorden in het boek van de Psalmen, herinneren aan dat verlangen. Dat er recht is, dat mensen recht wordt gedaan. Het is ook mijn verlangen voor ons werk hier in de Tweede Kamer.
Afgelopen maand stelde ik in de Groen van Prinstererlezing de vraag: kan de overheid nog oplossen en recht doen? Wanneer gerechtigheid ontbreekt, is er geen basis voor vertrouwen. Vertrouwen dat inmiddels is weggezakt tot een dieptepunt.
Het is tijd voor een terugkeer van recht en gerechtigheid. Daarom vandaag een pleidooi voor andere politiek en dat is niet alleen een verlangen, dat maak ik graag concreet.
Steeds vaker dient de Tweede Kamer de rit van vier jaar niet uit. We gaan inmiddels vaker naar de stembus dan Italië. De aanpak van problemen (stikstof) komt niet van de grond. Ondernemers kunnen niet investeren doordat vertrouwen en zekerheid ontbreken. Burgers zien een overheid die van crisis naar crisis hobbelt.
Dit tast het vertrouwen in de politiek aan. De megafoon laat men nog maar zelden links liggen. Rust, wijsheid en consistentie, het lijken vervlogen begrippen uit een ander tijdperk. Daar wil de ChristenUnie wat aan doen.
In andere landen is het vanzelfsprekend dat het parlement de termijn uitzit. In ons eigen land is dat bij gemeenteraden, waterschappen en provinciale staten óók het geval. Alleen in de Tweede Kamer niet.
Dat moet anders. Stabiliteit moet weer de norm worden. Daarom zal ik in de tweede termijn een motie indienen voor een vastere zittingstermijn van de Tweede Kamer.
De ChristenUnie heeft vlak voor de zomer nog gepleit voor de terugkeer van de koning in het formatieproces. Dat voorstel zullen wij direct na de verkiezingen opnieuw doen.
Dan naar wat ons land nú nodig heeft. Geen ophef, maar opbouw. Met een overheid die dienend is. Dáár geloof ik in: een politiek die opstaat voor het goede.
Een politiek die aanpakt:
Een politiek die vereenvoudigt:
Een politiek die normeert:
Het is onbegrijpelijk dat dit kabinet ‘klimaat’ vooral ziet als ondernemersklimaat. Rentmeesterschap is geen optie; het is een opdracht. Het Planbureau voor de Leefomgeving zegt helder: de kans dat we onze klimaatdoelen in 2030 halen, is minder dan 5%. Toch schuift dit kabinet problemen voor zich uit. In het hoofdlijnenakkoord stond: als de doelen niet gehaald worden, komt er een alternatief. Maar dat alternatief bleef uit.
Daarom mijn vraag aan het kabinet: Wat is uw afspraak uit het hoofdlijnenakkoord op klimaat nu waard? Welk alternatief beleid komt er nu de Raad van State zo vernietigend is?
En klimaatbeleid mag nooit ten koste gaan van mensen met een kleine portemonnee. Daarom is veel meer inzet nodig op isoleren. Daarom wilden wij het Noodfonds dit najaar nog een keer openstellen voor mensen met hoge energierekeningen en vaak lage inkomens.
Op het openbaar vervoer wil ik graag nog even doorgaan. Na corona liepen reizigersaantallen terug en stegen de kosten. 2024 leek het keerpunt te worden: 300 miljoen uit mijn motie en een hoofdlijnenakkoord dat inzet op beter openbaar vervoer in dorpen en regio’s.
Maar in de praktijk: een blunder van 110 miljoen per jaar bezuiniging in de grote steden en de dorpen daaromheen, die nu deels wordt hersteld. Daarbovenop schrapte het kabinet 225 miljoen per jaar voor reizende studenten, waardoor provincies minder bussen laten rijden en haltes verdwijnen. En de NS schrapte deze zomer zelfs de sympathieke jongerendagkaart.
Zo verdampt de impuls die het kabinet met de motie Bikker aan het openbaar vervoer gaf. Het openbaar vervoer verdient beter.
In het afgelopen jaar zagen we steeds vaker de vraag om euthanasie bij psychisch lijden door zeer jonge mensen. Ik vind dat een zeer zorgelijke ontwikkeling. Zeker met de gigantische wachtlijsten in de GGZ. Welke inspanningen verricht het kabinet om dit aantal omlaag te krijgen?
In het vorige kabinet was er door de inzet van de ChristenUnie meer hulp voor vrouwen in een noodsituatie bij ongewenste zwangerschap en de doelstelling om het aantal abortussen te verminderen. Dit kabinet laat dat los. Ik vind dat zorgelijk, voor het ongeboren leven, maar ook voor al die vrouwen in een noodsituatie. Dit moet ons rijke land toch beter kunnen?
Ondertussen staat ons land ook voor andere nieuwe uitdagingen. Kunnen we nog omgaan met verschil? Ik kijk met zorg hoe onze universiteiten onder druk staan om de vrijheid van alle studenten en medewerkers te borgen. Als een Joodse student niet meer naar college durft, als een minister geen toespraak meer kan houden, als een hoogleraar niet meer op de kieslijst van een partij durft, dan zijn we hard op weg naar onvrijheid. Het is tijd voor echte vrijheid. Wat gaat het kabinet daar aan doen?
Eerlijk is eerlijk, er gaat veel mis, maar we zijn ook bevoorrecht, dat besef ik heel goed als ik over de grens kijk. Al die plekken waar geweld vrij spel lijkt te hebben.
De oorlog in het Midden-Oosten. Extreem leed voor de gijzelaars en hun families. Destruction en geweld in Gaza. In deze Kamer spreken we er wekelijks over, vaak met grote woorden. Maar de vrede komt er niet door dichterbij.
Het is onthutsend dat Nederland nog altijd weigert zwaargewonde kinderen uit Gaza op te nemen.
De vraag is niet of wij kunnen helpen, de vraag is of wij wíllen helpen. Daarom roep ik op tot moed en compassie voor deze gewonde kinderen. We kunnen iedere week debatteren over de vergezichten van vrede in het Midden-Oosten, maar dit is de concrete hulp die wij nu kunnen bieden. Doe het voor hen!
De vrijheid om te geloven is een van de oudste vrijheden in ons land. Kostbaar. Maar nog steeds niet vanzelfsprekend. Afgelopen jaar werd in Den Haag een man van 71 in de tram mishandeld, alleen omdat hij een kruis om zijn nek droeg. Afschuwelijk. Daarom heeft de ChristenUnie met andere partijen wetgeving gemaakt: haat of geweld om wie je bent of wat je gelooft wordt zwaarder bestraft.
Het is hier te vaak stil bij wereldwijde verschrikkingen wereldwijd. In Congo werden vorige week meer dan honderd christenen afgeslacht door de aan IS gelieerde ADF. En de slachtingen op Nigeriaanse christenen gaan door. En de wereld blijft stil. Het is onaanvaardbaar dat deze aanvallen op burgers ongehinderd kunnen doorgaan.
Wereldwijd wordt 1 op de 7 christenen vervolgd. Ik vraag het kabinet: hoe beschermt Nederland deze kwetsbare gemeenschappen samen met Europa en internationale partners? Christenen hier én wereldwijd moeten weten dat wij pal staan voor hun vrijheid en veiligheid.
Tot slot wil ik stilstaan bij deze minister-president.
Hij dacht vorig jaar dat hij een marathon zou lopen. Maar hij belandde in de olympische hindernisloop met 28 obstakels en 7 waterbakken. En waar hij zich momenteel op het parcours bevindt? Wie zal het zeggen.
Het is aan deze Kamer om de grote woorden over een snelle formatie en goede oplossingen waar te maken, het is aan de nieuwe volksvertegenwoordigers om dat een stevig vervolg te geven. De ChristenUnie draagt daar graag aan bij.
Maar terug naar de minister-president. Dank dat u nog even dapper door loopt. Dank aan zittende bewindspersonen en nieuwkomers. U gaat geen makkelijke tijd in, maar ik wens u voor de komende tijd wel moed, wijsheid en zegen. Met de koning bidden wij ook voor u en voor ons land en ik dank u allen voor uw inzet voor ons land en volk.