"De last van veel geluk" - bijdrage Peter Ester aan financiële beschouwingen Eerste Kamer

Actiefoto Peter achter spreekgestoelte
Peter Ester, CU Eerste Kamer - Foto Niek Stam -03116 - kopie (2) - kopie.jpg
Door Peter Ester op 20 november 2018 om 15:07

"De last van veel geluk" - bijdrage Peter Ester aan financiële beschouwingen Eerste Kamer

Regeren in tijden van voorspoed zouden we kunnen aanduiden als “De last van veel geluk”, naar de titel van het prachtige boek van historicus Van Deursen over de gouden eeuw in Nederland. Zo begon ik mijn bijdrage aan de Algemene Financiële Beschouwingen vandaag in de Eerste Kamer. Benieuwd waarom, dan nodig ik u graag uit mijn bijdrage hieronder na te lezen.

Mevrouw de voorzitter, regeren in tijden van voorspoed zouden we kunnen aanduiden als “De last van veel geluk”, naar de titel van het prachtige boek van historicus Van Deursen over de gouden eeuw in Nederland. Dat ons land in het komende begrotingsjaar het economische tij mee heeft, is helder. Volgend jaar wordt bijvoorbeeld voor het vierde opeenvolgende jaar een fors begrotingsoverschot geraamd. Dat is sinds de jaren ’50 van de vorige eeuw niet meer voorgekomen. De overheidsschuld daalt onder de 50% bbp. En niet alleen de overheidsfinanciën profiteren van de gunstige economische tijden. Eindelijk lijken ook de huishoudens meer te gaan merken van de economische hoogconjunctuur, doordat de lonen stijgen en de inkomstenbelasting gaat dalen. Vrijwel alle huishoudens gaan er qua koopkracht op vooruit. De werkloosheid duikt tot onder het niveau van voor de crisis.

Maar voorzitter, dat ‘geluk’ is niet alleen iets om blij van te worden, maar ook een last. Het schept verplichtingen. Immers, hoewel we allemaal weten dat we het dak moeten repareren als de zon schijnt, is het in zonnige tijden moeilijk de urgentie vast te houden om ons voor te bereiden op de naderende regen en mogelijk zelfs stormachtige tijden. Zeker als we de internationale, hoogst turbulente context daarin betrekken: Brexit, Italië, dreigende handelsconflicten. Met als gevolg dat pijnlijke maatregelen, die tijdens een hoogconjunctuur zouden moeten worden doorgevoerd, vaak in crisistijd worden genomen, waardoor de pijn extra hard aankomt. Om over het procyclische karakter ervan maar te zwijgen.

En voorzitter, zeker nu de cijfers en prognoses voor 2019 laten zien dat we het hoogtepunt van de groeispurt voorbij zijn, is het zaak voor het kabinet om een aantal van de voorgenomen hervormingen snel tot stand te brengen. Deze hervormingen zijn nodig om Nederland crisisbestendig en duurzamer te maken. Mijn fractie wil een hoger tempo zien. Meer urgentie. Ook als het gaat om wetsvoorstellen. De agenda van de Eerste Kamer, zo ervaren wij wekelijks, is gewoon te leeg.

Als eerste denk ik daarbij aan de pensioenhervorming, zodat dat stelsel gaat passen bij de veranderde arbeidsmarkt en weer recht doet aan jong en oud. De grote vraag is echter of het in deze goede tijden lukt de noodzakelijke stap naar voren te zetten als polder en politiek gezamenlijk. De onderhandelingen slepen zich voort. Is de ooit zo geroemde Nederlandse polder nog in staat om in het algemeen belang, in het belang van alle generaties, te doen wat nodig en goed is? En wat als blijkt dat cruciale medespelers in de polder om wat voor reden dan ook na iedere aanloop toch niet over de pensioenhervormingssloot durven heen te springen? Hoe acteert het kabinet dan?

Als tweede denk ik aan de hervorming van de arbeidsmarkt. In geen enkel ander land is het aandeel flexibele contracten en zzp’ers zo snel gegroeid als in Nederland. Het betreft hier dus geen natuurverschijnsel, maar is een gevolg van hoe wij collectieve arrangementen, wetten, regels en andere prikkels hebben vormgegeven. De minister van SZW heeft met zijn recente wetsvoorstel Arbeidsmarkt in balans een eerste stap gezet om vaste contracten minder vast én tegelijk minder duur te maken en flexibele contracten juist minder flex én vooral minder goedkoop. Een even noodzakelijke als logische stap. Immers, alles in het leven dat flexibel is, is duurder - van vliegtickets tot kinderopvang - behalve op de arbeidsmarkt. Tegelijk is het niet meer dan een eerste stap. En wachten we bovendien met smart op de zzp-aanpak van dit kabinet. Hoe staat het daarmee?

Als derde hervorming noem ik de woningmarkt. Als het ergens nodig is om als kabinet lef te tonen tien jaar na het begin van de kredietcrisis, is het wel met betrekking tot onze ontplofte woningmarkt. Deze crisis begon niet voor niets met het ontsporen van de Amerikaanse huizen- en hypotheekmarkt en vervolgens de ongekende val van Lehman Brothers. Juist nu het ons economisch voor de wind gaat, is het goed daar stil bij te staan. De symbiose tussen de economische conjunctuur en de woningmarkt is in ons land ronduit ongezond. DNB wijst ons dan ook bij voortduur op de zorgwekkende ontwikkelingen op de woningmarkt en stelt dat verdergaande hervormingen nodig zijn. Het kabinet zet ontegenzeggelijk een stap, maar toch steken de plannen wat schraal af ten opzichte van de ontwikkelingen die hier buiten plaatsvinden. In deze stad en in de andere grote steden van ons land, waar de prijzen de pan uitrijzen en de woningmarkt bijna is drooggekookt. Het valt me op dat het kabinet erg veel praat over bouwen, bouwen, bouwen, en maar weinig over de juiste prikkels dan wel het aanpakken van verkeerde prikkels op de woningmarkt. Welke dam werpt het kabinet bijvoorbeeld op tegen beleggers op de grootstedelijke woningmarkten? Doordat beleggers geld als water hebben, hebben ze een belangrijk concurrentievoordeel op de huizenmarkt ten opzichte van vooral starters die hun financiering nauwelijks rondkrijgen. Particuliere beleggers kapen zo steeds meer de laatste betaalbare koopwoningen weg voor de neus van starters, die vervolgens genoodzaakt zijn deze zelfde woningen duur te huren van deze beleggers (‘buy-to-let’). Het aandeel koopstarters en doorstromers in onze steden is de laatste paar jaar dan ook dramatisch gedaald. Mijn vraag aan het kabinet is of het bereid is effectieve prikkels door te voeren, zodat huizen weer zijn om in te wonen en minder interessant worden om aan te verdienen? Moeten we, zo vraag ik de staatssecretaris, de verlaging van de overdrachtsbelasting voor het derde en volgende huizen niet terugdraaien? Is het niet hoog tijd om huuropbrengsten normaal te gaan belasten en niet alleen in box 3? Is hij bereid om zonder taboe te kijken naar de prikkels die de woningmarkt nu nodig heeft?

Begroting in balans

Voorzitter, zeker nu de afschaffing van de dividendbelasting niet doorgaat en er een alternatief pakket maatregelen wordt voorgesteld, is de voorliggende begroting beter in balans. Bovenop het basispad investeert het kabinet fors in de publieke sector. Oplopend tot € 6,5 miljard in 2021. Dit kabinet verlicht daarnaast de lasten stevig voor de burgers van ons land, namelijk met meer dan € 5 miljard in 2021. En gezinnen kunnen nog eens € 1 miljard extra tegemoet zien via de diverse kindregelingen. Ook het Nederlandse bedrijfsleven kan na een aanvankelijke lichte lastenverzwaring alsnog een lastenverlichting ten opzichte van het basispad tegemoet zien.

En voorzitter, ik zeg steeds bewust “ten opzichte van het basispad”, want ik ben me er terdege van bewust dat het door het CPB uitgetekende basispad zowel aan de uitgaven- als aan de lastenkant forse stijgingen laat zien. En dat de miljarden aan lastenverlichting van het kabinet maar ternauwernood de van vorige kabinetten geërfde lastenstijging voor burgers goedmaakt. En dit basispad drukt ons met de neus op het feit dat structureel gezien er weinig ruimte is om de financiële teugels te laten vieren. Het kabinet heeft gelet op de houdbaarheid van de overheidsfinanciën op lange termijn reeds de randen van wat nog verantwoord is opgezocht. De Raad van State wordt niet moe ons hierop te wijzen. Punt van aandacht is wel dat als er geld gereserveerd is voor bijvoorbeeld noodzakelijk herstel van onze defensie dit ook daadwerkelijk wordt uitgegeven. Gaat dit in 2019 wel lukken, is mijn dringende vraag?

Koopkracht en breed welvaartsbegrip

Geluk is meer dan koopkracht, zo laten het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Planbureau voor de Leefomgeving zien in hun beschouwingen over brede welvaart. Ze laten ook zien hoe belangrijk sociaal-culturele verschillen zijn. Bijvoorbeeld de scheidslijnen die zich aftekenen tussen lagere en hogere opleidingsgroepen. Tussen Nederlanders met veel en weinig menselijk en sociaal kapitaal. Tussen winnaars en verliezers van globalisering. De minister erkende in de Tweede Kamer het belang van dit brede welvaartsbegrip. Welke concrete rol ziet hij hiervoor weggelegd in zijn beleid? Bijvoorbeeld in de Miljoenennota? Ik hoor dat graag.

Banken

Mijn fractie, voorzitter, blijft zich zorgen maken over de bankensector. Dan gaat het zowel om de cultuur van de banken als om de hoogte van de buffers. De afgelopen maanden hebben weer laten zien dat de maatschappelijke antenne van banken pover ontwikkeld is. De salaris- en bonuscultuur begint weer trekken te vertonen van de pre-crisisperiode, de witwasaffaire bij ING leidt tot plaatsvervangend schaamrood op de kaken en de reactie van de banken op maatschappelijke verontwaardiging blijft verbazen. Waarom, zo vraag ik de minister, slaagt het kompas van de banken er maar niet in het maatschappelijke noorden te vinden?

En zijn de actuele buffernormen niet gewoon te laag om een nieuwe kredietcrisis te voorkomen? Volgens toonaangevend Stanford econoom Anat Admati moet het eigen vermogen fors worden opgekrikt. Andrea Enria, voorzitter van de Europese Bankenautoriteit, stelde nog onlangs dat banken in de eurozone onvoldoende verliesabsorptiekapitaal in huis hebben. En DNB-president Klaas Knot ziet de bancaire jacht naar dubbelcijferig rendement als een serieus gevaar. Hoe beoordeelt de minister, zo vraagt mijn fractie, deze geluiden? Moeten de buffers niet gewoon verder omhoog? Zeg naar 15-20% van het balanstotaal? Is ook de recente bankenstresstest niet veel te mild?

Cashloze samenleving?

De stap van de bancaire sector, voorzitter, naar het betalingsverkeer is een kleine. In een paar jaar tijd is de teloorgang van cashbetalingen een feit geworden. Recente cijfers tonen dat minder dan 40% van de betalingen nog contant verloopt. Daar zijn overigens vaak goede redenen voor. Niettemin heeft mijn fractie ook zorgen rond de opmars van elektronisch betalen. Juist toch al kwetsbare groepen als visueel gehandicapten en een deel van de ouderen hebben moeite met pinnen. Dat geldt ook voor de meer dan 2,5 miljoen laaggeletterden, die sowieso moeilijk meekunnen in het digitale tijdperk. Ook DNB spreekt waarschuwende woorden. De ChristenUnie-fractie verzoekt de minister om in samenspraak met de banken, gemeenten en de detailhandel te borgen dat consumenten en burgers onverminderd contant kunnen betalen. Kan dit worden toegezegd?

Brexit, Italië & MFK

Voorzitter, dan nu de blik op Europa. Hoe beoordeelt de minister vanuit zijn positie de Brexit-deal, zoals die vorige week is voorgelegd? Waar liggen kansen, waar liggen bedreigingen? Hoe vallen de afspraken binnen de Euro-groep?

Mijn fractie is ongerust over de ontwikkelingen in Italië, de derde economie van de EMU, met een torenhoge staatsschuld en problematische begrotingsplannen. Maar voorzitter, Italië is simpelweg 'too big to save'. De nieuwe Italiaanse regering trekt zich weinig aan van de Europese begrotingsregels. Is de rode kaart die de commissie trok afdoende of vervallen we weer in de aloude Brusselse respons om het zondigen tegen de Europese begrotingseisen te gedogen? Hoort de minister in dit opzicht tot de ‘haviken’ of tot de ‘duiven’?

In deze context nog een enkel woord over het komende MFK. De Europese Rekenkamer geeft aan dat de niet-benutte EU-uitgaven maar liefst € 267 miljard bedragen. Hoe beoordeelt de minister deze record-prop die zo ongeveer twee EU-jaarbegrotingen omvat?

Mijn fractie constateert met voldoening dat de minister een voortrekkersrol heeft in de Hanze-coalitie die een eigen positie kiest op het Europese monetaire speelveld. Ziet de minister naast de focus op het ESM, ook een rol voor deze coalitie waar het gaat om de hoogte en verdeling van het MFK, de afdrachten en de visie op het genereren van eigen middelen door de Commissie? Wat is zijn bredere agenda voor deze Hanze-liga?

Voorzitter, ik sluit af. Al met al is de begroting voor 2019 evenwichtig in de doorwerking naar burger, bedrijven en overheid. Koopkrachtverschillen gieren niet uit de bocht. Maar, Nederlanders laten zich niet inspireren door gunstige macro-economische statistieken, hoe belangrijk deze ook zijn. Het gaat hen vooral om een samenleving die er sociaal, cultureel en ecologisch goed bij ligt. Daar liggen grote opgaven. En voorzitter, zoals ik mijn bijdrage begon, 'de last van veel geluk' verplicht. De ChristenUnie-fractie wenst de bewindslieden veel wijsheid en Gods zegen bij het oppakken en waarmaken van deze dure plicht.

Labels: