Bijdrage Joël Voordewind aan het notaoverleg inzake de uitkomsten van de Europese Raad en eurozonetop van 28 en 29 juni 2018

woensdag 04 juli 2018

Bijdrage Joël Voordewind aan een notaoverleg met minister-president Rutte en staatssecretaris Harbers van Justitie en Veiligheid

Kamerstuknr. 21 501 – 20

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter, dank u wel. Het moet een beladen top zijn geweest, want er speelt veel in Europa. Italië weigerde schepen met migranten toe te laten en de Duitse regering wankelde over de plannen om migranten bij de grens tegen te houden. Te midden van al die onenigheid is er ten slotte wel een verklaring uitgekomen en dat is winst te noemen. Want als het daar fout was gegaan, had Europa helemaal geen perspectieven op een gecontroleerde migratiestroom gehad.

Dan de twee belangrijkste zaken die eruit zijn gekomen. Ten eerste de gecontroleerde aankomstlocaties, zoals die zijn afgesproken, op het grondgebied van de Europese Unie. Ik vraag de Staatssecretaris of ik het goed begrepen heb dat iedereen die in Europa aankomt in deze gecontro-leerde centra zal worden opgevangen. In Duitsland zijn Angela Merkel en Horst Seehofer het eens geworden over die centra. Dat zouden dan transitiecentra moeten zijn, gesloten instellingen, zo hebben we begrepen, waar asielzoekers afkomstig uit andere Europese landen opgevangen moeten gaan worden. Is dit inderdaad het idee? Ik heb begrepen dat Duitsland de eerste helft van dit jaar per dag al 100 mensen binnen nam. Als er alleen al in Duitsland 100 mensen per dag binnenkomen, zitten die kampen wel heel snel vol als ze gesloten zijn en als mensen niet een-twee-drie teruggestuurd kunnen worden. Graag daar een reactie op. Hoe denkt de Staatssecretaris over die gesloten centra? We hebben hier natuurlijk onlangs, twee of drie weken geleden, een debat gehad met de Staatssecretaris over die vreemdelingenbewaring en daarbij is een amendement van de ChristenUnie aangenomen om de vreemdelingendetentie toch vooral te gebruiken als een uiterst middel. Daar was eigenlijk de hele Kamer het wel over eens. Als we nu toch overgaan naar die gesloten centra, zou detentie het eerste middel worden. Dat kan ik dan weer niet goed rijmen met de uitkomst van het debat dat we hebben gevoerd. Dus graag daar een toelichting op.

Ten tweede is afgesproken dat er regionale ontschepingsplatforms zouden moeten komen. Nu zijn wij daar in principe niet tegen. Ik heb ook begrepen dat UNHCR hier een hele verhandeling over heeft geschreven en hier onder de condities van internationale verdragen zelfs aan zou willen meewerken. Maar dan moeten er wel landen gevonden worden die mensen gaan opvangen. Tot voor kort hoorden we van de Staatssecretaris en ook van de Minister-President dat landen in Noord-Afrika, zoals Tunesië, Algerije en Marokko, daar nog niet voor in de rij stonden. Regionale ontschepingsplatforms zouden een idee kunnen zijn, maar is het nou een theorie of gaan er daadwerkelijk ook gesprekken beginnen met deze landen?

Voorzitter. Als de uitwerking van die regionale ontschepingsplatforms er dan komt, is Nederland dan ook betrokken bij die uitwerking, zoals het ook betrokken was bij de Turkijedeal? Gaat Nederland ook actief meedenken over hoe en waar die regionale ontschepingsplatforms dan moeten worden ingericht?

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Ik vond het interessant dat de heer Voordewind verwees naar het voorstel of stuk dat UNHCR samen met de IOM heeft gemaakt. Dat sluit inderdaad niet uit dat de VN gaan meewerken aan dat soort ontschepingsplatforms. Maar wat mij daarin trof, was dat zij toch ook vooral een heel grote verantwoordelijkheid bij Europa zelf leggen. Zij zijn dus niet per se tegen die regionale ontschepingsplatforms, maar ze zeggen wel heel expliciet een aantal keren in hun tekst: die moeten toch ook vooral in Europa rond de Middellandse Zee worden aangelegd. Ik citeer het nu niet letterlijk, maar ...

De voorzitter:

En uw vraag is?

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Is dat aspect van het voorstel van UNHCR ook een aspect waar de ChristenUnie zich aan zou willen committeren?

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Het was een lang verhaal van UNHCR. Er werden veel voorwaarden gesteld waaronder mensen zouden kunnen worden opgevangen. Ik heb het vooral gelezen als een potentieel idee voor Afrikaanse landen. Daarom zijn ze ook heel uitgebreid ingegaan op die voorwaarden. Het klopt dat zij de verantwoordelijkheid van Europa ook daadwerkelijk aanstippen en zeggen: als Europa daartoe overgaat, moet het nog steeds verantwoorde-lijkheid nemen voor die resettlement, voor de hervestiging van de vluchtelingen die dan wel geselecteerd worden door UNHCR. Ze zeggen ook dat je mensen niet kan terugsturen naar onveilige derde landen. Het principe van non-refoulement moet toegepast worden. Er moet een asielprocedure worden gestart. Daar moet de selectie plaatsvinden tussen migranten en vluchtelingen. Het is een uitgebreid verhaal van UNHCR. Ik zie dat u nu hetzelfde stuk voor u heeft. Ik kon me in grote lijnen vinden in dat verhaal. Ik hoop dat u dat ook kunt. De voorzitter: U hoeft niet te reageren, hè, meneer Van Ojik? Als u zegt dat het een goed antwoord is, dan ...

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Het is een ontzettend goed antwoord, maar ik zou toch nog graag een aanvullende vraag willen stellen, juist omdat dit antwoord eigenlijk naar meer smaakt. Ik ben geen woordvoerder van de UNHCR of zo, maar het is wel degelijk zo dat in het stuk expliciet staat dat die ontschepingsplat-forms, om ze dan maar even zo te noemen, eigenlijk een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle landen rond de Middellandse Zee zijn. De EU wordt expliciet genoemd, en dan wordt er gezegd «en misschien ook andere landen». Het accent ligt dus niet zozeer op de landen buiten Europa, maar op de gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dat vind ik een heel goed uitgangspunt. Vandaar mijn vraag aan de heer Voordewind of dat ook is wat hij daar met instemming in heeft gelezen. Want dan krijgen we toch een wat andere discussie.

De voorzitter:

We gaan kijken.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

UNHCR dringt altijd aan op solidariteit, op verdeling in Europa en op het opnemen van vluchtelingen als ze geselecteerd zijn. Daar zijn wij het altijd van harte mee eens geweest. Als er vluchtelingen binnenkomen die geselecteerd zijn en daadwerkelijk vluchtelingen zijn volgens het Vluchtelingenverdrag, dan moet Europa die solidariteit betuigen. Het probleem in de praktijk is natuurlijk dat de Visegrádlanden, de Oost-Europese landen, hun verantwoordelijkheid ontduiken. Bij het laatste schip, Lifeline, hebben we gezien dat er uiteindelijk een stuk of acht à tien landen beschikbaar en bereid waren om vluchtelingen op te nemen. Maar ik ben het helemaal eens met wat UNHCR zegt: Europa moet daarin wel gezamenlijk blijven optrekken, en die solidariteit moet gegrondvest zijn. Of het nou in Europa is, als ze aankomen in wat wij voorheen de hotspots noemden – daar lijkt het natuurlijk heel erg veel op – of in Noord-Afrika, het valt of staat met de bereidheid van de Europese landen om vluchtelingen op te nemen.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Voor alle duidelijkheid, als laatste punt: dus niet mensen die in Europa aankomen en daar bescherming zoeken dan eerst naar een veilig land in Noord-Afrika sturen om daar asiel aan te vragen? Dat is niet wat UNHCR voorstelt. Die zeggen: dat moet je dan in Europa doen. Daar zijn we het dan over eens.

De voorzitter:

Meneer Voordewind, bent u het eens?

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Bijna, voorzitter, want anders hadden we geen verschil van mening meer. Dat zou jammer zijn. Wat hebben we hier dan nog te bepraten? UNHCR heeft oog voor beide systemen. Ze zeggen: als je in Afrika een overeen-komst kan sluiten, dan is het nog cruciaal of je die solidariteit in Europa kan handhaven. Lukt dat niet in Afrika, waar het vooralsnog niet naar uitziet ... Ik hoor heel veel gepraat aan mijn rechterkant. Dan moet het in Europa gebeuren, en dan is er inderdaad ook die solidariteit. Maar de heer Van Ojik maakt daar een knip. Hij zegt: het moet beide tegelijkertijd kunnen. Dat is natuurlijk ook het verschil tussen GroenLinks en de ChristenUnie. Als je dat beide zou doen, zonder te zeggen «als u van plan bent om naar Europa te gaan, ga dan naar zo’n aanmeldcentrum in Afrika en probeer daar te achterhalen of u daadwerkelijk aanspraak kan maken op het Vluchtelingenverdrag en die vluchtelingenstatus; dan hoeft u die gevaarlijke overtocht niet te maken», dan zou de incentive om naar Europa te komen blijven bestaan, en dan zouden we alsnog die stroom van irreguliere vluchtelingen naar Europa houden. Daarin zit ’m nog steeds het verschil, denk ik. Maar ik denk dat UNHCR gokt op beide en actief meedenkt op beide.

De voorzitter:

Meneer Voordewind, ik denk dat u uw verhaal kunt vervolgen.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. We hebben het gehad over de regionale ontschepingsplat-forms. In het verslag van de Europese Raad staat inderdaad die oproep van UNHCR. Er staat dat het mogelijk is, maar dat het wel gekoppeld is aan het internationaal recht. Ik vraag de Staatssecretaris wat zijn inschatting is van die paper van UNHCR. Bedoelen zij nou hun reguliere aanmeldcentra, die we ook kennen in landen als Kenia en Ethiopië en elders in de wereld, en die dus al bestaan? Of ziet de Staatssecretaris dit nu als een nieuw plan van UNHCR, waarbij zij een andere vorm van aanmelding op die ontschepingsplatforms voorstaan? Daarvan graag een duiding van de Staatssecretaris.

Voorzitter. Wat gebeurt er met de mensen die op die ontschepingsplatforms zitten en die worden afgewezen en dan geweigerd worden door hun thuislanden? Dan krijg je een heel snelle ophoping van deze vluchtelingen op die ontschepingsplatforms. Wat gaan we dan doen als Europese Unie?

Voorzitter. Mijn een-na-laatste vraag is: wat vindt de Staatssecretaris van de opwaardering van Frontex? De Europese Commissie heeft het over 10.000 man die de grenspolitie moeten gaan vormen. Nederland was daar tot voor kort terughoudend over; Frankrijk en Duitsland niet. Hoe kijkt de Minister-President daar nu tegen aan?

Voorzitter. Ten slotte de brief over Libië die net binnen is gekomen. Gaan Nederland en de Europese Unie ook meer middelen ter beschikking stellen? We hebben eerder gezegd dat die detentiecentra gesloten moeten worden en dat we inzetten op humanitaire opvang. Gaan wij als Nederland of als Europese Unie – dat is natuurlijk nog beter – ook meer geld uittrekken om die detentiecentra te sluiten en die humanitaire opvang te organiseren? Tot zover, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Voordewind. Er is nog een interruptie van de heer Van Dijk van de SP.

De heer Jasper van Dijk (SP):

De heer Voordewind stelt een terechte vraag. Die heb ik zelf ook in mijn tekst staan. Hij vraagt: wat gebeurt er met de mensen die in die mogelijke aanmeldcentra in de regio geen toegang krijgen, die worden afgewezen? U zei terecht: daar kun je natuurlijk van uitgaan; die gaan er komen. Heeft de heer Voordewind daar zelf een idee over?

De voorzitter:

Meneer Voordewind, heeft u een idee?

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ik heb veel ideeën, maar het idee van die gesloten centra heb ik niet zelf bedacht. Wij hebben dat in Nederland ook niet – bewust niet. Als mensen hier binnenkomen, moeten ze hun procedure afwachten in een relatief open azc. Ik geef aan dat dit een probleem zou kunnen zijn als wij het Duitse model zouden volgen, want dan heb je gesloten opvangcentra.

De heer Jasper van Dijk (SP):

Sorry, dit is een misverstand. Het ging mij nu even om ...

De voorzitter:

Ik begrijp dat u nog een tweede interruptie wilt plegen, meneer Van Dijk?

De heer Jasper van Dijk (SP):

U bent genadeloos, voorzitter. Ik bedoelde de regionale ontschepingsplatforms buiten Europa. Die zijn niet gesloten, voor zover ik weet. Ik vraag dat aan de heer Voordewind.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Dat is ook mijn vraag richting het kabinet: wat gebeurt er met deze mensen? U heeft mij die vraag horen stellen. Dat is natuurlijk een van de redenen waarom die Afrikaanse landen op dit moment zeggen: dat gaan wij niet organiseren. Als het gesloten centra zouden zijn, dan moeten zij vervolgens die tienduizenden of honderdduizenden mensen gaan opvangen. Dan kan UNHCR wel een handje helpen, maar dat gaat heel veel geld kosten en dat gaat heel lang duren, tenzij je de aanmeldcentra van UNHCR gebruikt als een soort selectiemechanisme en vervolgens tegen de mensen die worden afgewezen zegt: wij kunnen u niet verder opvangen, dus u doet er verstandig aan om via de IOM vrijwillig terug te keren naar het land waar u vandaan komt. Dat systeem van UNHCR werkt nu ook. Het probleem daarvan is alleen dat vluchtelingen die wel geselecteerd worden heel lang moeten wachten om uiteindelijk herver-deeld te worden over Europa. Dat zien we nu ook in Turkije. Ik heb in Ankara mensen gesproken uit Afghanistan. Die kregen 2023 als nieuwe datum voor een vervolggesprek te zien op een briefje. Die zitten daar dus jaren te wachten, en moeten het in de tussentijd zien te rooien zonder voorzieningen, met hun kinderen, die ook moeten werken. Dat zijn heel trieste situaties.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Voordewind.

Meer informatie

« Terug