Peter Ester: Kabinet springt van ijsschots naar ijsschots

Peter Ester - Foto: Anne Paul Roukema / ChristenUniedinsdag 11 juni 2013 21:53

'Draagvlak is onontbeerlijk voor hervormingen en daarvoor is overkoepelende visie noodzakelijk. Nu springt het kabinet van ijsschots naar ijsschots, zonder duidelijke koers naar een ongewisse toekomst.' Dat zei ChristenUnie-senator Peter Ester tijdens een debat met de regering over haar hervormingsprogramma.

Lees hieronder de hele inbreng van Peter Ester bij het debat over het Nederlandse Nationale Hervormingsprogramma en het Stabiliteits- en Convergentieprogramma in het kader van het Europees Semester

MdV,

De Europese Commissie heeft Nederland twee weken geleden een paar forse gele kaarten gegeven. We halen ook in 2013 de EMU-norm niet, de hervorming van de woningmarkt is onvoldoende, de arbeidsparticipatie moet omhoog, de vergrijzing steviger aangepakt en het tekort moet in 2014 zelfs naar 2,8%. DNB kwam gisteren uit op een tekort van 3,9%. Tot overmaat van ramp kwam de OESO met de mededeling dat Nederland zelfs het gemiddelde van de Eurozone niet bij kan houden. Het beeld dat de Nederlandse economie wel een stootje kan hebben, keert zich tegen ons. Het kabinet kan niet langer volhouden dat Nederland met het Sociaal Akkoord €4,3 miljard aan bezuinigingen kan ontlopen. Sterker het bezuinigingspakket moet eerder naar de € 6 miljard, zo leert de rekensom. Het Hervormingsplan 2013 komt met dit alles in een ander, donkerder, daglicht te staan. De regering reageerde betrekkelijk laconiek dat zij in augustus met aangescherpte plannen zal komen ter voorbereiding van de Miljoenennota. Dit steeds maar weer vooruitschuiven lijkt het handelsmerk van dit kabinet te worden. Het ondermijnt vertrouwen en bevestigt het beeld van geringe daadkracht. Het kabinet wordt daarmee onderdeel van het probleem en niet van de oplossing. Mijn fractie wil al in dit stadium horen wat de plannen zijn. Niet de details, maar wel de richting. Ik betrek daarbij de TK-motie Pechtold, Slob, Buma en Van der Staaij die daar ook nadrukkelijk om vraagt. Kan de minster de contouren schetsen? Hoe beoordeelt de minister de insteek van coalitiepartner VVD om te snijden in de zorg, toeslagen en uitkeringen? Graag een reactie. Houdt het kabinet vast aan de 3% norm of aan de veiligheidsmarge van 2,8% die Eurocommissaris Olli Rehn ons voorhoudt? Premier Rutte heeft van dit laatste percentage immers publiekelijk afstand genomen. Daaraan koppelt mijn fractie de voor de hand liggende vraag wat het Sociaal Akkoord nu nog waard is. De partijen dachten toch bepaald niet hetzelfde over de gevolgen voor het akkoord door het niet realiseren van de EMU-norm. Is er al overleg geweest tussen de partijen? Deelt de minister onze mening dat de 2016 hervormingen uit het Sociaal Akkoord naar voren moeten worden gehaald?

In de kabinetsappreciatie gaat de regering in op de aanbevelingen van de Commissie. Kan de minister hier in de senaat nog eens herhalen dat het hier om aanbevelingen en niet om voorschriften gaat? Het kabinet geeft aan de hervormingen niet te willen versnellen om het gecreëerde draagvlak niet te doorbreken. Maar als er meer moet worden bezuinigd vanwege het niet halen van de EMU-norm dan stelt het draagvlakprobleem zich toch wederom volop?

Groeianalyse 2013

Mijn fractie, voorzitter, heeft er op aangedrongen dat de Jaarlijkse Groeianalyse van de Europese Commissie integraal deel uit maakt van ons debat over het Hervormingsprogramma en het Stabiliteitsprogramma. Het vormt immers het startpunt van het Europees Semester en zet de toon voor de wijze waarop individuele lidstaten de maatregelen in het kader van deze beide programma’s in het vat gieten.

De prioriteiten die de commissie identificeert, zijn er vijf: begrotingsconsolidatie, normalisering kredietverlening, bevordering groei- en concurrentievermogen, tegengaan van werkloosheid en de sociale gevolgen van de crisis en het moderniseren van overheden. Wat gelijk opvalt, voorzitter, is dat het grotere verhaal achter deze prioriteiten over de toekomst van de Europese economie ontbreekt. Achterwege blijft met welk arsenaal aan vernieuwende economische activiteiten Europa de mondiale concurrentieslag wil aangaan. Hoe denkt Europa zich te onderscheiden van bijvoorbeeld de BRIC-landen? Zeker, de Groeianalyse gebruikt vele ronkende bijvoeglijke naamwoorden om de noodzakelijke herstructurering van de Europese economie te typeren: “slim”, “duurzaam”, “inclusieve groei”, “concurrentiekracht” en meer van dat moois. Maar het lukt de Commissie niet deze steekwoorden aaneen te rijgen tot een coherente visie. Heeft de regering een helder beeld heeft van de inhoudelijke koers die de Commissie met Europa op economisch terrein wil varen? Zo ja, kan zij dit beeld met de Senaat delen?

Het document biedt nu een gefragmenteerde visie op de toekomst van het Europese economische model. Mijn fractie betreurt dit. Zo moet Europa veel meer dan nu het geval is, inzetten op vergroening van de economie. Op het kiezen van duurzaamheid als leidraad voor economische herstructurering, als funderend Leitmotiv voor het Europese economische model. Een model dat generaties bindt. Nu blijft het teveel bij een economisch afvinklijstje.

Dit alles wil overigens niet zeggen dat de voorgestelde maatregelen - hoe incrementeel ook - onzinnig zijn. Veel van wat de Commissie aanbeveelt rond investeren in onderwijs en innovatie, het slechten van de kloof tussen onderwijs en arbeidsmarkt, het verbeteren van het ondernemersklimaat en van de kredietverlening aan het mkb, scherper toezicht op de banken, het verminderen van de private schuldenberg, verantwoord begrotingsbeleid etc, kan men onderschrijven. Veel van deze maatregelen had Nederland vermoedelijk ook wel zonder de Commissie genomen, althans dat mag men hopen. Welke maatregelen, zo wil ik de regering vragen, zijn nieuw en waren nog geen onderdeel van het Nederlandse overheidsbeleid? Sommige Commissieaanbevelingen, dat geldt bijvoorbeeld voor de arbeidsmarkt en de infrastructuur, zijn tamelijk specifiek en vergaand. Dit roept de vraag op die mijn fractie bij meerdere debatten hier in dit huis aan de orde heeft gesteld: hoe verhoudt Europees beleid zich tot nationaal beleid? Dit zijn toch maatregelen die botsen op de grenzen van onze regiemacht? Zo tekende de Eerste Kamer nog zeer onlangs een subsidiariteitsbezwaar aan tegen een van de voorstellen uit deze groeianalyse: het openstellen van ons binnenlands reizigersvervoer per spoor voor Europese concurrentie.

Dan nog een slotopmerking , voorzitter, over de Groeianalyse 2013. Miljoenen Europeanen – gezinnen, ouderen, jongeren, kinderen – ervaren de negatieve gevolgen van de crisis aan den lijve. Armoede en uitsluiting grijpen om zich heen. Dat geldt zeker in de mediterrane landen. In dat licht is het wrang te constateren dat maatregelen gericht op sociale inclusie van kwetsbare groepen, armoedebestrijding en solidariteit met minder dan 15 regels worden afgedaan in de Groeianalyse. Mijn fractie vindt dat stuitend. Deelt de regering deze vaststelling?

Nationaal Hervormingsprogramma 2013

Het Hervormingsprogramma is ingebed in een groot aantal akkoorden die het kabinet in de afgelopen maanden heeft gesloten. Het Regeerakkoord, het herziene Regeerakkoord, het Woningakkoord, het Maartpakket, het Sociaal Akkoord, het Zorgakkoord, het Techniekpact en wellicht het Energieakkoord. Daarvoor hadden we nog het Lenteakkoord en het Pensioenakkoord. En sinds vorige week is er ook weer een herzien pensioenakkoord. Een kluwen om duizelig van te worden. Dat alles roept de vraag bij mijn fractie op wat nu het grotere sociaaleconomische verhaal achter deze akkoorden is. Ook gezien het feit dat de akkoorden met wisselende partners zijn uitonderhandeld. Kan het kabinet de bredere visie achter deze akkoorden uit de doeken doen? Welk toekomstbeeld van de Nederlandse economie en samenleving gaat hierachter schuil? Versterken de akkoorden elkaar op alle punten?

In ieder geval, zo wil mijn fractie gezegd hebben, weerspiegelt de noodzaak om op zoveel terreinen tegelijkertijd akkoorden te sluiten het gebrek aan structurele hervormingen in de afgelopen jaren. Nederland betaalt nu – letterlijk - de rekening van te late hervormingen en gemankeerde nationale regie. De woningmarkt en de arbeidsmarkt zijn treffende voorbeelden. Mijn fractie heeft dit punt herhaaldelijk gemaakt. Er worden maatregelen afgekondigd, maar de achterliggende visie ontbreekt. Dat leidt, voorzitter, tot veel onnodige – zelf veroorzaakte – politieke en maatschappelijke onmin. Draagvlak is onontbeerlijk voor hervormingen en daarvoor is overkoepelende visie noodzakelijk. Nu springt het kabinet van ijsschots naar ijsschots, zonder duidelijke koers naar een ongewisse toekomst.

Wat de arbeidsmarkt betreft, voorzitter, is ingrijpen geboden. Het betreft niet alleen meer ouderen en jongeren. De laatste CBS-cijfers laten zien dat nu ook werknemers tussen de 30 en 40 jaar volop getroffen worden door werkloosheid. Jonge gezinnen die ook al op andere terreinen (zorg, wonen, kindregelingen) in de knel komen en de stapeleffecten hiervan in volle omvang voelen. Mijn fractie vraagt het kabinet of het onze bezorgdheid over jonge gezinnen deelt en welke specifieke maatregelen uit het Hervormingsprogramma hun positie zullen versterken.

Nederland telt inmiddels meer dan 650.000 werklozen. Het UWV verwacht een doorgroei naar 740.000. De jeugdwerkloosheid neemt schrijnende vormen aan. Een verloren generatie dreigt. Wat direct in het oog springt bij de opsomming van de arbeidsmarktmaatregelen in het Hervormingsprogramma is het ontbreken van een breder werkgelegenheidsplan, een banenplan. Dat is een ernstig gemis, voorzitter. Wat is de reden hiervan, zo vraag ik de regering. Hier had het kabinet kunnen laten zien wat het waard is.

Dan de flexibiliteit en het ontslagrecht. Mijn fractie meent dat de flexibele schil van de Nederlandse arbeidsmarkt zijn grenzen nadert. De bescherming die het sociaal akkoord wil bieden door flexwerkers na twee tijdelijke contracten een vaste baan te bieden, lijkt in zijn tegendeel te gaan verkeren. Werkgevers geven nu al aan – zo blijkt uit een peiling van het Financieel Dagblad - dat ze deze constructie zullen ontlopen door flexwerkers juist korter in dienst te houden. Hoe beoordeelt het kabinet dit averechtse effect?

Dan het ontslagrecht. De discussie concentreert zich nu volledig op het einde van de arbeidsmarktketen: de financiële compensatie van ontslag en de duur daarvan. Begrijpelijk, maar ook eenzijdig. Het begin van de keten, ofwel de juiste vaardigheden van werknemers, is minstens zo belangrijk. Mijn fractie pleit ervoor om veel meer te investeren in het arbeidsmarktkapitaal van werknemers, ofwel hun kerncompetenties en duurzame inzetbaarheid. Dit leidt ertoe dat ze verhoudingsgewijs minder snel hun baan zullen verliezen en na ontslag eerder een baan zullen vinden. Ontslagbeleid aan het eind van de keten moet veel meer in verband gebracht worden met arbeidsmarktbeleid aan het begin van de keten. Graag een reactie op beide kwesties.

Op het punt van armoedebestrijding daagt de ChristenUnie het kabinet uit. Het Hervormingsprogramma heeft het vooral over “meer aandacht”, “intensivering” en “extra middelen”, maar concreet wordt het allemaal niet. Helaas moet mijn fractie constateren dat ook in Nederland de armoede stijgt en we vragen het kabinet veel scherper stelling te nemen en met helder beleid te komen. Graag een antwoord op dit punt.

Mijn fractie hecht zeer aan een inclusieve arbeidsmarkt. Het is teleurstellend dat de afspraken rond mensen met een arbeidshandicap en grote afstand tot de arbeidsmarkt wel erg op de lange baan zijn geschoven. De facto komt de mogelijkheid van een quotum eerst in 2016 en de maximuminspanning pas in 2026 in beeld. Boterzachte afspraken. Dit staat haaks op de visie van de ChristenUnie op het helpen van groepen die het op eigen houtje niet redden op de arbeidsmarkt. Hoe gaat de overheid overigens het eigen streefgetal van 25.000 banen voor deze groepen in de komende 10 jaar realiseren in een periode dat er ingrijpend op overheidspersoneel bezuinigd gaat worden?

Het vermogen van de pensioenfondsen in Nederland is vorig jaar gestegen tot meer dan 1 biljoen euro. Het overgrote deel van dit vermogen is belegd in het buitenland. Hoe beoordeelt het kabinet deze extreme verhouding tussen binnenlandse en buitenlandse beleggingen. Beschikt de regering over instrumenten om onze pensioenfondsen meer in Nederland te laten beleggen?

Onderzoek en innovatie, voorzitter, zijn cruciaal om de Nederlandse economie concurrerend te houden. Welke resultaten heeft het Topsectorenbeleid concreet opgeleverd? Hoe serieus neemt de regering de aanbeveling van de Commissie om niet op onderzoek en onderwijs te bezuinigen? Mijn fractie vraagt het kabinet ook hoe het de relatie ziet tussen onderwijs, innovatie en industriebeleid. Heeft onze kwijnende maakindustrie nog een rol in ons economisch palet?

Tot slot van het Hervormingsprogramma een opmerking over de doelstellingen van het kabinet rond klimaatverandering en duurzame energievoorziening. Mijn fractie is voorstander van een ambitieuze groene groeistrategie. In dat licht bezien is het forse gat tussen onze doelstelling van 16% hernieuwbare energie in 2020 en de karige 4% die we in 2011 gerealiseerd hebben, problematisch. De woorden die het kabinet aan deze kloof wijdt, zijn geruststellend maar overtuigen niet echt. Hoe staat het SER Energieakkoord er eigenlijk voor? Het is al enige tijd stil.

Stabiliteitsprogramma 2013

Voorzitter, dan nu het Stabilisatieprogramma. Nederland haalt al een aantal jaren de EMU-norm niet. Voor 2014 zet het kabinet wederom in op deze norm. Dat zal alleen lukken met additionele bezuinigingen om het gat te dichten van zo’n € 6 miljard. De DNB kwam gisteren zelfs fors boven dit bedrag uit. Maar ook de belastingopbrengst valt met meer dan € 8 miljard tegen. Hoe wordt de extra afdracht aan het rond krijgen van de Brusselse begroting van € 500 miljoen gedekt? Wordt er rekening gehouden met een mogelijk gedeeltelijke afschrijving van de Griekse schuld? Is dit alles in de Saffier scenario’s van het CPB verwerkt? Graag een antwoord op deze vragen.

Ik stelde eerder de samenhang der dingen aan de orde wat de verschillende akkoorden betreft. In het Zorgakkoord is afgesproken dat de nullijn in de zorg komt te vervallen. Hoe wil het kabinet dit gat van ruwweg €1 miljard dekken? Kan de minister een cumulatief overzicht geven van alle nog niet gedekte uitgaven uit de verschillende deelakkoorden? Dank daarvoor.

De staatsschuld is in de afgelopen periode opgelopen van 45 naar 75% van ons bbp. Ofwel een bedrag van zo’n €450 miljard. Nederland betaalt alleen al aan rente € 10 miljard per jaar. Dit terwijl het leeuwendeel van de zorguitgaven nog moet komen. Mijn fractie maakt zich daar grote zorgen over. De belangen van volgende generaties worden daarmee geweld aan gedaan. Hoe beoordeelt het kabinet de houdbaarheid van de staatsschuld en de omvang van de overheidsgaranties die inmiddels boven de €500 miljard liggen?

Voorzitter, ik sluit af. Het is pijnlijk om te moeten constateren dat Nederland Brussel nodig heeft om grotere stappen te zetten om onze economische kerninstituties te hervormen. Het is bekend dat mijn partij grote moeite heeft met de uitdijende “span of control” van de Commissie. Dat herhalen we ook nu. Wij hechten aan soevereiniteit en de rol van ons parlement. Juist daarom menen we dat ook de Eerste Kamer een actieve rol moet spelen in het Europees Semester. We zien dat Brussel in het kader van dit Europees Semester en de landenspecifieke aanbevelingen stevige piketpaaltjes slaat. Nederland hervormt niet snel genoeg, zo luidt de boodschap. Dat doet politiek pijn. Maar dat ligt ook gewoon aan onszelf. Het kabinet schuift hervormingen vooruit en mist visie en daadkracht.

Vertrouwen is essentieel om de Nederlandse economie weer vlot te trekken. Of de akkoordenstrategie van dit kabinet daar aan zal bijdragen, is de vraag. De regering, en de minister-president voorop, moet het grotere verhaal achter deze akkoorden vertellen en uitdragen. Hoe bezuinigen, investeren en de zorg voor kwetsbare groepen zich tot elkaar verhouden. Dat is voor de ChristenUnie de kern van de opgave. Niet omdat de Europese Commissie daar om vraagt, maar omdat we dat zelf belangrijk vinden.

Mijn fractie ziet uit naar de antwoorden van het kabinet.

Labels
Crisis
Eerste Kamer
Peter Ester

« Terug

Archief > 2013 > juni

Geen berichten gevonden