Schriftelijke vragen Joël Voordewind e.a. over de uitzending van Zembla van 30 april jl. over het uitzetten van vreemdelingen naar Guinee

woensdag 07 mei 2014

Schriftelijke vragen van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind en de Leden Schouw (D66), Voortman (GroenLinks) en Gesthuizen (SP) en de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie

Onderwerp:   De uitzending van Zembla van 30 april jl. en de schriftelijke verklaring van het Ministerie van Veiligheid en Justitie aangaande het uitzetten van vreemdelingen naar Guinee

Kamerstuk:    2014Z08192

Datum:            7 mei 2014

Vraag 1

Heeft de Nederlandse overheid ook de verantwoordelijkheid na te gaan of de afgifte van (vervangende) reisdocumenten wel op een ordentelijke en juridisch zuivere wijze worden afgegeven? Zo ja, hoe verhoudt zich dit met het uitgangspunt dat dit «een verantwoordelijkheid van de autoriteiten van dit betreffende land is»? 1)

Vraag 2

Wat is uw inhoudelijke reactie op de verklaring van de douane van Guinee die aangeeft dat de verstrekte reispapieren van uitgezette Guineeërs niet rechtsgeldig zijn anders dan het antwoord dat dit in de praktijk zelden tot problemen leidt? Wat is uw inhoudelijke reactie op de uitspraken van de Minister van Veiligheid en Burgerbescherming en van de Minister voor de Guineese Diaspora en de douane van Guinee? Wat is uw reactie op de stelling dat reisdocumenten zijn afgegeven door een ministerie wat al enkele jaren niet meer bestaat? Stelt u – gezien uw schriftelijke reactie – dat – zolang het uitzetten succesvol blijkt – er voor Nederland geen probleem bestaat?

Vraag 3

Is het uw overtuiging dat (juridische) problemen of twijfels over de reispapieren niet bestaan zolang de autoriteiten in Guinee de uitgezette vreemdelingen toelaten? Op welke wijze doet dit recht aan de praktijk van corruptie in Guinee? Heeft de Nederlandse overheid geen enkele verantwoordelijkheid wanneer er gerede twijfel ontstaat over de uitgifte van reispapieren, bijvoorbeeld wanneer een ambtenaar niet bevoegd blijkt te zijn deze documenten te ondertekenen en af te geven?

Vraag 4

Heeft uw ministerie ooit signalen ontvangen dat de reispapieren verstrekt door Guineese autoriteiten niet rechtsgeldig zouden zijn? Zo ja, wanneer was dat? Heeft uw ministerie deze signalen ooit onderzocht? Zo ja, wat was de uitkomst hiervan? Zo nee, ontstaat met deze passieve houding niet het risico dat Nederland bijdraagt aan de corruptie in derde landen en/of de rechten van uitgezette vreemdelingen worden geschonden?

Vraag 5

Waarom kiest u er niet voor de reispapieren exclusief door de Guinese ambassade in Brussel af te laten geven? Bent u bereid het uitzettingsbeleid naar Guinee grondig te herzien en tot dat moment geen vreemdelingen meer uit te zetten waarvan de reispapieren zijn afgegeven door een taskforce of andere ambtenaren die daartoe niet gemachtigd zijn?

Vraag 6

Kunt u garanderen dat de vreemdelingen die zijn uitgezet naar Guinee daadwerkelijk beschikken over de Guineese nationaliteit? Lopen de vreemdelingen, waarvan nu wordt gesteld dat zij met ongeldige papieren Guinee zijn binnengekomen, gevaar? Bent u bereid deze vreemdelingen op enige wijze te monitoren?

Vraag 7

Bent u bekend met vergelijkbare problematiek uit andere landen, waaronder bijvoorbeeld Armenië, waarbij twijfels bestaan over de rechtsgeldigheid van de verstrekte documenten? Zo ja, kunt u een overzicht geven van deze problemen en van de betreffende landen, inclusief de door u genomen maatregelen?

1) Antwoorden op vragen van Zembla, http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/publicaties/2014/05/01/antwoorden-op-vragen-van-zembla.html , 1 mei 2014

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

 

 

« Terug

Archief > 2014 > mei