Schriftelijke vragen Joël Voordewind e.a. over compensatie voor slachtoffers van de ramp bij de kledingfabriek Rana Plaza in Bangladesh

vrijdag 17 oktober 2014

Schriftelijke vragen van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Leden Gesthuizen (SP) en Van Ojik (GroenLinks)  aan de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Onderwerp:   Compensatie voor slachtoffers van de ramp bij de kledingfabriek Rana Plaza in Bangladesh

Kamerstuk:    2014Z18494

Datum:           17 oktober 2014

Vraag 1
Wat is het resultaat van de oproep van u en uw collega's van Engeland, Frankrijk, Italië, Duitsland, Spanje en Denemarken om verantwoordelijke bedrijven aan te sporen de slachtoffers van de Rana Plaza-ramp te compenseren? 1) 2)

Vraag 2
Op welke wijze spant u zich in voldoende donaties in het Rana Plaza-fonds te krijgen, aangezien het fonds nog niet voor de helft is gevuld?

Vraag 3
Welke stappen zet u om ervoor te zorgen dat bedrijven die op de Nederlandse markt kleding afzetten, zoals Benetton, een bijdrage aan het fonds leveren, en anderen, zoals Mango en C&A, hun bijdrage voor de slachtoffers verhogen? Gaat u deze bedrijven aanspreken op hun verantwoordelijkheid?

Vraag 4
Deelt u de mening dat alle Nederlandse bedrijven die in Bangladesh kleding inkopen (zoals Mexx, Hunkemöller en Scapino) het Bangladesh Veiligheidsakkoord moeten tekenen? Wat bent u voornemens te doen tegen bedrijven die weigeren het Bangladesh Veiligheidsakkoord te ondertekenen?

Vraag 5
Op welke manier valt het recht op compensatie binnen het convenant dat u van plan bent af te sluiten voor de kledingindustrie?

Vraag 6
Wat vindt u van het gebrek aan verantwoordelijkheid voor compensatie van slachtoffers bij andere bedrijfsrampen, zoals de fabrieksbrand bij Tazreen Fashions in Bangladesh en fabrieksbrand bij Ali Enterprises in Pakistan?

Vraag 7
Ziet u de uitgangspunten en opzet van het Rana Plaza Arrangement als een mogelijk model voor andere gevallen van nalatigheid van bedrijven voor due diligence binnen de toeleveringsketen?

Vraag 8
Deelt u de mening dat er een vangnet moet komen voor arbeiders die op het moment van non-compliance in de kledingfabriek op het gebied van fabrieksonveiligheid, kinderarbeid en andere arbeidsrechtenschendingen hun baan verliezen?

Vraag 9
Deelt u de mening dat consumenten recht hebben op informatie over de totstandkoming van de kleding die zij kopen en over de mensenrechtensituatie in de fabrieken? Deelt u de mening dat de verbeterplannen in de kledingindustrie die voort moeten komen uit de sectorrisicoanalyse, alleen kunnen slagen als bedrijven transparant zijn over hun toeleveringsketen?

1) NCRV Altijd Wat, 7 oktober 2014 http://altijdwat.ncrv.nl/seizoenen/2014/afleveringen/07-10-2014/fragmenten/reportage-bangladesh-sluit-26-kledingfabrieken-na-ramp-rana-plaza

2) http://oeso.nlvertegenwoordiging.org/nieuws/2014/juni-2014/final-statement-on-compensation-rana-plaza-victims.html

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2014 > oktober