Bijdrage Carla Dik-Faber aan het algemeen overleg Voedselzekerheid

woensdag 27 januari 2016

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan een algemeen overleg met minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Onderwerp:   Voedselzekerheid

Kamerstuk:    33 625          

Datum:           27 januari 2016

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Voorzitter. Afgelopen maandag was de commissie EZ op werkbezoek bij de landbouwuniversiteit in Wageningen. Daar hebben wij ook Louise Fresco ontmoet. Ik ben onder de indruk van de technische innovaties bij de universiteit die ook internationaal geroemd worden. Maar ik zeg ook: techniek kan niet zonder ethiek. Het kijken naar technische innovaties mag nooit het zicht ontnemen op andere vraagstukken, zoals voedselverliezen, klimaatverandering of het verdelingsvraagstuk. Ik vermeld dit even als inleiding.

Uiteraard heb ik de brief van november 2014 gelezen. Dat is al een hele tijd geleden en daarom vraag ik de minister naar de actuele stand van zaken. Is het beleid effectief? Kan ze al een tipje van de sluier oplichten? Mijn fractie heeft behoefte om daar wat meer grip op te krijgen. Hoe draagt de investering via het Dutch Good Growth Fund bijvoorbeeld bij aan de voedselzekerheidsdoelen? Welke eisen qua maatschappelijk verantwoord ondernemen worden gesteld aan Nederlandse bedrijven die gebruikmaken van het Dutch Good Growth Fund? Mijn fractie vindt het heel belangrijk dat kleine boeren weerbaarder worden. Hoe dragen de Nederlandse initiatieven daaraan bij en hoe maken wij dit meetbaar?

In de brief mis ik een aantal cruciale uitdagingen. Wij moeten in 2050 9 miljard monden voeden. Wat betekent dit voor onze consumptiepatronen? Hoe gaan wij om met het verdringen van voedselgewassen door gewassen voor veevoer en biofuels? Hoe staat het met de landroof door buitenlandse bedrijven? Die punten staan niet in de brief, net zoals enkele andere punten die de brief tot een meer coherentie visie hadden kunnen maken.

Op het vlak van de beleidscoherentie ben ik niet overtuigd. Kan de minister aangeven hoe de afstemming met andere departementen en met andere donorlanden wordt vormgegeven bij de implementatie van het beleid? Ik vat dit alles samen: mijn fractie heeft behoefte aan een uitvoeringsagenda waarmee zij elk jaar de ambities van het kabinet en de doelstellingen uit de brief goed kan monitoren.

Een belangrijk probleem in ontwikkelingslanden is de grote omvang van de voedselverliezen tijdens en na de oogst. Tussen de 35% en 50% van de oogst gaat verloren, vaak door gebrekkige opslag en logistiek. Mijn fractie vindt dat onverteerbaar. Volgens mij kunnen wij met kennis uit Nederland eraan bijdragen om dat terug te dringen. Hoe gaat de minister ervoor zorgen dat de kennis over het tegengaan van voedselverliezen door de Nederlandse kennisinstellingen, ngo's en bedrijven, bijvoorbeeld via het Dutch Good Growth Fund, wordt overgedragen aan landbouwactoren in ontwikkelingslanden? Is de minister bereid om te bekijken op welke wijze het Dutch Good Growth Fund nog beter kan worden ingezet, zodat ook de kwetsbare kleine boeren er, al dan niet via collectieven, van kunnen profiteren?

Vorig jaar was ik bij de internationale conferentie No More Food to Waste, georganiseerd door de staatssecretaris van I en M. Kan de minister aangeven welke concrete punten zij in haar portefeuille meeneemt vanuit die conferentie? Afgelopen maandag las ik een hoopvol bericht, namelijk dat er enkele wereldleiders zijn — onze eigen Louise Fresco doet daar ook aan mee — die de voedselverliezen internationaal nog sneller terug willen dringen dan de bedoeling was. Is de minister daarvan op de hoogte? Ik zie dat zij knikt. Op welke manier kan de overheid dit verder stimuleren?

Nu kom ik op de focus op kleine boeren. Eerder is al gezegd dat 85% van het voedsel wereldwijd door kleine boeren wordt geproduceerd. Zij zijn niet altijd even makkelijk te bereiken, maar ze zijn wel cruciaal voor het slagen van de voedselzekerheidsaanpak. Mijn fractie ziet goede mogelijkheden voor een inzet van Nederland op onderwijs om kleine boeren weerbaarder te maken. Ook is het noodzakelijk dat jongeren interesse blijven houden in de landbouw in plaats van naar de stad te trekken. Is de minister bereid om de financiering van het agrarisch beroepsonderwijs in ontwikkelingslanden op peil te houden nu bestaande programma's onder het Medefinancieringsstelsel 2010-2015 (MFS II) zijn afgelopen? Hoe wil de minister het imago van het boerenondernemerschap versterken? Ik sluit mij in dit verband verder aan bij de inbreng van de SGP en het CDA.

Ik zie dat ik moet afronden. Ik had nog enkele vragen over TTIP, maar dat onderwerp is in een interruptiedebatje al aan de orde geweest. Voor mijn vragen over het klimaat verwijs ik naar mijn inleiding. Laten we niet vergeten dat het beleid rond voedselzekerheid onze aandacht verdient.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug