Schriftelijke vragen Carla Dik-Faber over de Levenseindekliniek

maandag 22 februari 2016

Schriftelijke vragen van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Onderwerp:   De Levenseindekliniek

Kamerstuk:    2016Z03789

Datum:           22 februari 2016

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de documentaire over de Levenseindekliniek? 1) Heeft u ook kennisgenomen van de kritische reacties op deze documentaire, zoals onder meer in het nagesprek met Frank Koerselman 2) en de blog van Rob Bruntink? 3) Wat vindt u van deze reacties?

Vraag 2

Wat vindt u ervan dat artsen van de Levenseindekliniek in de documentaire spreken over «een behandeling»? Deelt u de mening dat het uitvoeren van euthanasie nooit gezien kan worden als normaal medisch handelen en dat deze omschrijving strijdig is met de geest van de Euthanasiewet? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Herinnert u zich uw brief waarin u ingaat op de betrokkenheid van specialisten ouderengeneeskunde en psychiaters bij de euthanasiepraktijk? 4) Bent u van mening dat met het benoemen van enkele plaatsvervangende leden in twee van de vijf regionale toetsingscommissies deze expertise voldoende is gewaarborgd? Om hoeveel artsen gaat het?

Vraag 4

Deelt u de mening dat de expertise op het gebied van dementie en psychiatrie beter moet worden verankerd in de toetsingscommissies? Zo ja, wat gaat u daartoe ondernemen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u de situatie dat in alle drie casussen in de documentaire artsen afwijzend reageren op het euthanasieverzoek, waarna artsen van de Levenseindekliniek vervolgens tot een ander oordeel komen? Bent u bereid

voortaan voor de regionale toetsingscommissies inzichtelijk te laten maken welke artsen geraadpleegd zijn alvorens tot euthanasie wordt overgegaan? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Vindt u het ook opvallend dat de directeur van de Levenseindekliniek in het nagesprek aangeeft dat hij hoopt dat we nu de «mens achter de euthanasievraag zien»? Vindt u ook dat dit een erkenning is van de situatie dat de regionale toetsingscommissies zich in dergelijke situaties onvoldoende een beeld kunnen vormen? Bent u bereid de procedure hiervoor te verbeteren? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Kunt u zich voorstellen dat bij casussen van de Levenseindekliniek net als voorheen alle vijf regionale toetsingscommissies zich uitspreken? Bent u bereid maatregelen te nemen dat het Openbaar Ministerie zich uitspreekt over casussen waarover binnen de regionale toetsingscommissies discussie bestaat?

Vraag 8

Vindt u het ook zorgelijk dat artsen van de Levenseindekliniek in de documentaire uitspreken dat «euthanasie straks soepeler gaat» als de Levenseindekliniek meer ervaring heeft opgedaan met euthanasie bij dementie en psychiatrie? Deelt u de mening dat men met deze uitspraak doelt op de situatie dat naar meer ruimte wordt gezocht om euthanasie uit te voeren en dat hiermee de heldere kaders van de Euthanasiewet steeds verder worden opgerekt?

Vraag 9

Vindt u het ook problematisch dat met artsen van de Levenseindekliniek geen behandelrelatie bestaat? Zo nee, waarom niet? Vindt u het ook zorgelijk dat bij de Levenseindekliniek twee mogelijkheden zijn: euthanasie, of terug naar huis? Hoe vaak worden cliënten die bij de Levenseindekliniek aankloppen door haar doorverwezen naar reguliere zorg voor een behandeling gericht op genezing of sociale hulp?

Vraag 10

Wat vindt u van de ontwikkeling dat de Levenseindekliniek haar werkzaamheden verder uitbreidt met ambulante verpleegkundigen gespecialiseerd in euthanasie? Op welke wijze wordt deze zorg gedeclareerd?5

Vraag 11

Deelt u de mening dat deze documentaire aanleiding geeft om nader onderzoek te doen naar de werkwijze van de Levenseindekliniek? Zo ja, op welke wijze wilt u dit doen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 12

Vindt u ook dat de documentaire treffend in beeld brengt hoe actueel het rapport van de commissie Schnabel over voltooid leven is? Deelt u de conclusie dat «voltooid leven» een eufemisme kan zijn voor een leven in eenzaamheid, met verlies van dierbaren en zonder activiteiten? Wat wilt u ondernemen om te voorkomen dat mensen op deze manier hun leven als voltooid achten?

Vraag 13

Vindt u ook dat de documentaire treffend in beeld brengt dat mensen met dementie veranderen en dat een wilsverklaring nooit op zichzelf bekeken mag worden? Kunt u zich voorstellen dat mensen bij het zien van de documentaire zich afvragen of de euthanasievraag niet veeleer is ingegeven door het lijden van naasten dan het lijden van de persoon in kwestie? Zo nee, waarom niet?

Vraag 14

Bent u het eens met de conclusie van Theo Boer dat euthanasie zoals in de situaties van mevrouw D. en mevrouw G. kan leiden tot maatschappelijke druk?6 Zo nee, waarom niet? Hoe wilt u voorkomen dat door het steeds vaker vóórkomen van euthanasie bij dementie en voltooid leven ouderen hun gevoel van veiligheid verliezen?

Vraag 15

Deelt u de mening dat het invullen van een wilsbeschikking niet betekent dat iemand daadwerkelijk hoeft te overlijden door middel van euthanasie en de beoordeling op het moment zelf ook altijd meegenomen dient te worden?

Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Staaij (SGP), ingezonden 18 februari 2016 (vraagnummer 2016Z03591)

1) http://www.ntr.nl/2Doc/134/tekst/Komende-afleveringen/214

2) http://www.npo.nl/napraten-over-de-levenseindekliniek/15-02-2016/VPWON_1258958

3) http://www.bureaumorbidee.nl/euthanasie/levenseindekliniek-de-documentaire/

4) Kamerstuk 32 647, nr. 48

5) http://www.nursing.nl/Verpleegkundigen/Nieuws/2015/1/Euthanasieverpleegkundige-helpt-worstelende-arts-1679332W/?intcmp=related-content&intcmp=related-content

6) http://www.cip.nl/dagelijks-leven/februari-2016/54443-de-tweet-van-dr-theo-boer/nspGLGGqpLMJEHpIpGLKnsIrHEHKI

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug