Bijdrage Joël Voordewind aan de plenaire behandeling van het burgerinitiatief Teken tegen kernwapens

donderdag 28 april 2016

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind aan de plenaire behandeling van een burgerinitiatief met minister Koenders van Buitenlandse Zaken

Onderwerp:   Burgerinitiatief Teken tegen kernwapens

Kamerstuk:    34 419          

Datum:           28 april 2016

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Voorzitter. Ook ik complimenteer de initiatiefnemers PAX en Rode Kruis met het burgerinitiatief. Ik weet dat mevrouw Van Velzen geen moeite heeft gehad om de onderbouwing te maken, maar het is toch altijd een klus om de benodigde handtekeningen te verzamelen. Het is mooi om op die manier de burgers te betrekken bij de politieke besluitvorming.

Ik kan me niet herinneren dat een Nederlands kabinet zich eerder zo publiekelijk en specifiek heeft uitgesproken over de Nederlandse kernwapentaak, tot zelfs de locatie Volkel aan toe. Dat is een winstpunt voor de initiatiefnemers: openheid over de kernwapentaak is prima. Maar ik vraag het kabinet wel of het verstandig is om heel specifiek de locatie kenbaar te maken, vooral in het licht van de mensen die daarmee verkeerde dingen willen. Denk aan terroristen of misschien ook wel de Russen.

De heer Knops (CDA):
Dit krijgt een heel bijzondere wending. Want de heer Voordewind wijst nu op allerlei veiligheidsrisico's van meer transparantie, terwijl daar overal over te lezen valt. Sommige collega's struikelen bijna over de woorden die ze moeten kiezen als het gaat om dit onderwerp. Stelt u niet een beetje de verkeerde vraag?

De heer Voordewind (ChristenUnie):
Ook mijn fractie heeft het kabinet eerder gemaand om tot openheid te komen en te erkennen dat Nederland een kernwapentaak heeft. Dan kun je daar openlijk over spreken en kan de Kamer daar moties over indienen. We kunnen dan ook praten over modernisering. Maar dat is wat anders dan wanneer je heel specifiek aangeeft waar deze kernwapens zich precies in Nederland bevinden en hoeveel het er zijn. Daarover wil ik graag opheldering van het kabinet.

De heer Knops (CDA):
Meestal liggen die wapens waar ook vliegtuigen zijn. We hebben nog twee luchtmachtbases over. Er is dus 50% kans dat de heer Voordewind het goed heeft. Waarom vraagt de heer Voordewind dit dan? Dit is toch bijna een schot voor open doel?

De heer Voordewind (ChristenUnie):
We hebben inderdaad twee locaties als het gaat om de F-16's. Ik stel gewoon de simpele vraag aan de minister of het verstandig is om dit zo expliciet in deze brief te melden. Volgens mij is het de eerste keer dat het zo expliciet wordt gemeld in een brief. Ik heb eerder brieven daarop nagelezen en ik heb dit niet eerder gezien. Ik prijs het kabinet als het gaat om de transparantie over de kernwapentaak, maar of het verstandig is om de locatie en het precieze aantal vliegtuigen te noemen, vraag ik mij af.

De ChristenUnie is warm voorstander van een wereld zonder kernwapens en is dan ook principieel tegenstander van massavernietigingswapens. Om deze reden hebben we in het verleden ook als coalitiepartij onze verantwoordelijkheid genomen en ons hard gemaakt voor een verbod op clustermunitie. Dat hebben we overigens ook samen gedaan met voormalig SP-collega Van Velzen. Op dergelijke momenten is moed geboden, want meer nog dan bij clustermunitie maken kernwapens geen enkel onderscheid tussen een legitiem oorlogsdoel en burgerdoelen. Dat druist in tegen alle beginselen van het internationaal humanitair oorlogsrecht, maar ook tegen de geest van bijvoorbeeld volkenrechtelijke verplichtingen om misdaden tegen de menselijkheid en genocide tegen te gaan.

De initiatiefnemers leggen ons nu de politieke vraag voor om deze kernwapentaak af te stoten. De minister geeft eigenlijk met zo veel woorden aan dat de timing hiervoor mogelijk niet zo goed is. Maar dezelfde minister verklaarde vorig jaar nog, met een knipoog naar de Koude Oorlog, dat juist in moeilijke tijden we de communicatiemiddelen open moeten houden en de ontwapening door moeten zetten. Dus mijn vraag aan deze minister is: hoe gaat het kabinet nu een voortrekkersrol in de ontwapeningsdiscussie vervullen? Welke concrete initiatieven kunnen we van deze minister verwachten?

Het kabinet schrijft dat sommige NAVO-bondgenoten in Europa onverminderd hechten aan de aanwezigheid van kernwapens van de NAVO, vanwege de Russische dreiging. Is de minister bereid om binnen de NAVO te onderzoeken welke eventuele alternatieve veiligheidsgaranties ontwikkeld kunnen worden, die de noodzaak van deze kernwapens in Europa mogelijk kunnen wegnemen? De Kamer heeft met steun van de ChristenUnie een motie aangenomen, waarin de regering wordt verzocht om de JSF niet geschikt te maken voor kernwapens. Die motie heeft het kabinet helaas naast zich neergelegd, met het argument dat dit zich niet zou verhouden met de afspraken binnen de NAVO. Hoe verklaart de minister dan dat de VS hun kernwapens eerder — collega's voor mij hebben dat ook genoemd — uit andere NAVO-landen hebben weggehaald, waaronder Engeland, IJsland, Griekenland en Canada? Ik heb begrepen dat de Amerikaanse kernwapens zelfs van een basis in Duitsland zijn teruggetrokken. Dat laat zien dat het geen onbegaanbare weg is. Is de minister bereid om de mogelijkheden hiervan in kaart te brengen? Dat lijkt mijn fractie ook in lijn met de NAVO, waar al in 2010 tijdens de Lissabon-summit werd verwezen naar het belang van een kernwapenvrije wereld.

De ChristenUnie verwacht van deze minister een proactieve houding binnen de internationale fora, waaronder de OEWG, Open-ended Working Group, over het wereldwijd verwijderen van kernwapens, dit overeenkomstig de eerder aangenomen motie-Sjoerdsma. Is de minister daar nog steeds ten volle toe bereid? Is hij bereid om met de Amerikanen en met de NAVO te overleggen over een uitfasering van de kernwapentaak van Nederland? Ik hoor graag zijn antwoord hierop.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug