Maidenspeech

topbanner stieneke vd graaf - 944x390
stienekevandergraaf2018
Door Stieneke van der Graaf op 15 november 2017 om 20:39

Maidenspeech

Voor wie sta ik hier? Voor wie staan wij hier? Dat is de vraag die ik mijzelf stel nu ik hier voor het eerst namens de ChristenUnie het woord voer. Twee weken geleden werd ik beëdigd als Kamerlid en vandaag mag ik hier al staan, op een voor mij ook speciale dag.

Op 15 maart 2007 werd ik beëdigd als lid van Provinciale Staten in Groningen. En vandaag, op de dag af 10 jaar en 8 maanden later, is mijn opvolger beëdigd en is een einde gekomen aan mijn Statenlidmaatschap daar. Het afscheid schiet er nu even bij in, maar, ‘als de Kameragenda dat toelaat’ - dát heb ik in deze twee weken al wel geleerd – dan komt het er hopelijk nog een keer van.

Toen ik in 2007 Statenlid in Groningen werd, wilde ik mijn verantwoordelijkheid oppakken in de samenleving. Ik besef nu dat dat wel wat grote woorden waren, voor de rechtenstudent die ik toen was. Maar toch, zo ervoer ik het. Als ik nu terugkijk op die periode dan komen mij vooral de mensen voor ogen voor wie ik er mocht staan.

Ik denk aan de ouders die een jeugdzorgaanbieder wilden kiezen die het beste bij hun kind en hun opvoeding past; Aan de bewoners die wilden delen in de opbrengsten van de windmolens bij hun in de buurt;
Ik denk aan de uitgeprocedeerde asielzoekers uit Irak die uit protest wekenlang een tentenkamp opsloegen in Ter Apel, maar waar geen stromend water was; en aan de vluchtelingen uit Syrië, die met alles wat ze nog mee konden nemen langs de aardappelvelden moesten lopen voordat ze bij het aanmeldcentrum in Ter Apel aankwamen, maar nu de bus kunnen nemen; Ik denk ook aan de boeren die ruimte wilden om hun bedrijf verder te ontwikkelen in ruil voor investeringen in duurzaamheid; Aan de voedselbanken die het eten gekoeld wilden transporteren en grote voedseltuinen wilden opzetten in de provincie;
En aan de scholieren die met korting naar de school van hun keuze wilden reizen.

Als ik terugkijk op die periode in Groningen was de aardbeving in Huizinge als gevolg van de gaswinning in 2012 – de zwaarste tot nu toe, een keerpunt. Veel mensen zijn de wanhoop nabij. Ze voelen zich onveilig, hebben een groot gevoel van onmacht en weten niet meer waar ze het moeten zoeken. Ze hebben het vertrouwen in de overheid verloren. Daar ligt een opdracht, ook voor de overheid, om te werken aan het herstel van vertrouwen om mensen weer perspectief te geven.Ik ben veel bij de mensen thuis geweest en heb hun verhalen gehoord. Toen heb ik pas echt ervaren wat het betekent om volksvertegenwoordiger te zijn, om naast de mensen te staan, en om te streven naar recht, als er onrecht plaatsvindt.

Dát is de drijfveer die ik meeneem naar de Tweede Kamer en ik zie uit naar de samenwerking met u allen.

Vanaf deze plek wil ik ook de nieuwe bewindspersonen van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van harte feliciteren met hun ambt, in het hart van het openbaar bestuur en de democratie! Ik wens hen veel wijsheid en zegen bij de uitvoering van hun taken en zie uit naar een goede samenwerking. Ik wens haar ook een goede samenwerking toe met de gemeenten, provincies en waterschappen. In de afgelopen jaren hebben zij veel voor de kiezen gekregen, o.a. met de decentralisaties, en zij hebben niet altijd het gevoel gehad dat er binnen het kabinet werd opgekomen voor hun belangen en zorgen. Daar ligt voor de minister een mooie uitdaging, en ik doe op haar het appèl om het openbaar bestuur weer echt te herwaarderen.

Versterking lokaal bestuur
In deze weken worden op veel plekken lokale kieslijsten gevuld met mensen die enthousiast en gedreven zijn om de komende jaren hun tijd en energie in dienst te willen stellen van hun dorp of stad. Op een aantal plekken in het land worden volgende week al nieuwe raadsleden gekozen in verband met de herindelingsverkiezingen.
Een goed functionerende lokale en provinciale democratie is heel belangrijk, maar niet vanzelfsprekend. Het is daarom van belang dat het Regeerakkoord oog heeft voor de versterking van opleiding en toerusting van de raads- en Statenleden. En daar is werk aan de winkel.

Met de gemeenteraadsverkiezingen in het achterhoofd, vraag ik de minister of zij bereid is om op korte termijn werk te maken van een actieplan.
Ik heb in de afgelopen tijd contact gehad met een heel aantal gemeenteraadsleden en daaruit komt het beeld naar voren dat niet alle raadsleden toegang hebben tot ondersteuning bij hun werk via scholing. Voor Statenleden en raadsleden in grote steden is het redelijk op orde, maar vooral in kleinere gemeenten zijn de mogelijkheden beperkt of niet aanwezig. Er zijn in de afgelopen jaren veel extra taken naar de gemeenten gegaan, zoals de WMO en de jeugdzorg. Er komt veel op het bordje terecht van de raadsleden. Komende woensdag en in maart mogen we weer naar de stembus. De kiezer heeft er recht op dat haar vertegenwoordigers goed zijn toegerust voor de taak.
Wat is daarop de visie van de minister?

Referendum
In de meeste gemeenten wordt het referendum over de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten gelijktijdig met de gemeenteraadsverkiezingen georganiseerd. In de gemeenten waar herindelingsverkiezingen plaatsvinden kan dit niet samengaan.
Bij het referendum over het Oekraïneverdrag in 2016 hebben herindelingsgemeenten een tegemoetkoming gekregen voor de extra kosten die zij daarvoor moesten maken.
Is de minister bereid die gemeenten ook nu tegemoet te komen?

Binnenlandse veiligheid
Voorzitter, mensen maken zich zorgen over de veiligheid in dit land en de invloeden vanuit het buitenland op onze samenleving. De brief van de minister over de beïnvloeding van de publieke opinie door statelijke actoren is zorgwekkend. Het toont aan hoe kwetsbaar we zijn. En toont dit ook niet juist het belang aan van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten? Graag een reactie van de minister.

Coöperatief overheidsbestuur
Voorzitter, Ik geloof in de kracht van de samenleving. Inwoners zijn vaak veel beter in staat om problemen op te lossen dan de overheid.
Een mooi voorbeeld hiervan zijn de inwoners van Kloosterburen die met hun coöperatie de zorgvoorziening voor ouderen in hun eigen dorp hebben gekocht, en zo zorg dichtbij huis konden houden op een plek waar de voorzieningen onder druk staan.
En de Roggeveenstraat, hier in Den Haag, waar de bewoners verenigd als coöperatie als eerste bewonersgroep in Nederland hun eigen straat konden kopen, en waar de gemeente als bondgenoot van de buurt meewerkte.

In het Regeerakkoord wordt ruimte gegeven aan initiatieven vanuit de samenleving. Er wordt werk gemaakt van het ‘uitdaagrecht’ zodat inwoners de overheid kunnen uitdagen een publieke taak, zoals een buurthuis of een groenvoorziening, met budget aan hen over te dragen. Er komen experimenten met het recht op overname. Stuk voor stuk voorstellen uit de initiatiefnota ‘coöperatief overheidsbestuur’ die de ChristenUnie met de PvdA indiende begin vorig jaar. Hoe wil de minister dit vormgeven? Zal dit ook wettelijk verankerd moeten worden?

De inwoners van Kloosterburen en de Roggeveenstraat waren vasthoudend, innovatief en hebben het uiteindelijk gered. Maar er moesten nogal wat hindernissen worden genomen. Die obstakels moeten uit de weg! Is de minister bereid om daar wat aan doen?

Grensregio’s
Het kabinet wil aan de slag met het wegnemen van belemmeringen die mensen ervaren in de grensregio’s. Er zijn nu nog teveel belemmeringen. Zo worden diploma’s niet altijd erkend, vallen er gaten in de pensioenopbouw en zijn verzekeringen soms duurder. Een Nederlandse verpleegkundige met MBO3 kan nu niet als vakkracht aan de slag in de Duitse ouderenzorg omdat er aanvullende kwalificaties nodig zijn. Is de Staatssecretaris bereid om hier snel actie op te ondernemen? Zo ja, hoe wil hij dit aanpakken?

De Grondwet
Voorzitter, we leven in een tijd waarin tegenstellingen tussen mensen vaak worden uitvergroot, des te urgenter wordt de vraag wàt we met elkaar delen. Waar we elkaar in ieder geval in kunnen vinden zijn de Nederlandse vrijheden en gelijkheden – verankerd in onze Grondwet. De Grondwet heeft naast een juridische ook een symbolische functie. Die laatste kan beter tot uitdrukking worden gebracht. Met het opnemen van een algemene bepaling, [waarvoor een voorstel nu in eerste lezing bij de Eerste Kamer ligt,] wordt daarmee een begin gemaakt. Maar de grote vraag is wat mij betreft, hoe zorgen we er nu voor dat de Grondwet een levend document wordt, dat het ons als mensen dichter bij elkaar brengt. Hoe wil de minister hier aan werken?

Voorzitter, ik kom tot een afronding.

Ik begon met de vraag, voor wie sta ik hier? Ik mag hier staan voor mensen met plannen en idealen, met wensen en zorgen, oud en jong. Als Tweede Kamerlid wil ik naar hen luisteren, en een stem geven aan hen wie geen stem hebben, en streven naar recht als er onrecht plaatsvindt.

Dank u wel.

Labels: