Inbreng Carola Schouten: Partiële wijziging Wetboek Strafrecht ivm aanpassing materieel strafrecht

donderdag 29 maart 2012 00:00

Inbreng verslag (wetsvoorstel) van ChristenUnie Kamerlid Carola Schouten inzake Partiële wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enkele andere wetten in verband met de aanpassing van het materieel strafrecht aan recente ontwikkelingen

Onderwerp:   Partiële wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enkele andere wetten in verband met de aanpassing van het materieel strafrecht aan recente ontwikkelingen

Kamerstuk:   33 185

Datum:           29 maart 2012

De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel tot partiële wijziging van het Wetboek van Strafrecht. Zij ondersteunen de keuze van de minister om overeenkomstig het advies van de Raad van State, de in het conceptwetsvoorstel voorgestelde wijzigingen met betrekking tot het toepassingsbereik en de beëindiging van de ISD-maatregel ten aanzien van illegale vreemdelingen in een afzonderlijk wetsvoorstel op te nemen gezien het ontbreken van de nodige samenhang ten opzichte van de andere voorstellen van onderhavig wetsvoorstel.

Genoemde leden hebben op dit moment ten aanzien van de verhoging van het wettelijk strafmaximum van artikel 197c Wetboek van Strafrecht enkele vragen. Het wijzigingsvoorstel strekt onder meer tot het verhogen van het wettelijk strafmaximum in artikel 197c van het Wetboek van Strafrecht ten einde, zo blijkt uit de Memorie van Toelichting, de mogelijkheden voor de inzet van opsporingsbevoegdheden in het kader van illegale tewerkstelling te verruimen.

De leden van de fractie van de ChristenUnie onderschrijven het uitgangspunt dat de aanpak van illegale tewerkstelling van belang is voor de bestrijding van illegale immigratie en eveneens bijdraagt aan de aanpak van mensenhandel. Deze leden hebben echter vragen over de motivering van de verhoging van de strafbedreiging van drie naar vier jaar in artikel 197c van het Wetboek van Strafrecht. Deze leden achten een meer overtuigende beargumentering voor de rechtvaardiging van de verhoging gewenst aangezien de ernst van het feit een zekere ondergeschikt lijkt te hebben ten opzichte van de wens om te komen tot een verruiming van de strafvorderlijke opsporingsbevoegdheden ten aanzien van illegale tewerkstelling. De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen de minister of met de verhoging van de duur van de gevangenisstraf niet een overwegend strafvorderlijk belang wordt nagestreefd dan het beginsel dat ten grondslag ligt aan het straffen inhoudende dat de hoogte van de straf gekoppeld is aan de ernst van het strafbare feit. 

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.


« Terug

Archief

« Vorige Volgende »

december 2019

juni

september 2018

juni 2017

mei

april

februari

januari

december 2016

november