Bijdrage Carla Dik-Faber aan het plenair debat over het Energieakkoord en de doelen voor duurzame energie en energiebesparing

dinsdag 13 januari 2015

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber als lid van de vaste commissie voor Economische Zaken aan een plenair debat met minister Kamp van Economische Zaken en minister Blok voor Wonen en Rijksdienst

Onderwerp:   Debat over het Energieakkoord en de doelen voor duurzame energie en energiebesparing

Kamerstuk:    30 196

Datum:           13 januari 2015

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Voorzitter. De uitdagingen zijn enorm. Schaarste in fossiele energiebronnen en klimaatverandering hebben grote impact op de schepping, op onze samenleving en op de economie. Als we nu niets doen, leggen we de financiële en ecologische rekening bij de volgende generaties. De samenleving heeft de boodschap al veel eerder begrepen. De grote transitie is al bezig. Ik noem de vele energiecoöperaties die van de grond zijn gekomen of in de startblokken staan. De Nationale Energieverkenning laat zien dat de groei van hernieuwbare energie de energieprijzen laat dalen, terwijl de prijs van fossiele energie straks juist gaat stijgen. Bovendien willen we onze afhankelijkheid van Russische gasbronnen en Arabische oliesjeiks verminderen.

Het energieakkoord gaat daar onvoldoende verandering in brengen. Het akkoord is een belangrijke uitvoeringsagenda voor de periode tot 2020, maar het is geen transitieagenda voor de periode daarna, tot 2050. Het energieakkoord zorgt niet voor de gewenste omslag naar een groene economie.

De ChristenUnie vindt dat Nederland tot de duurzame koplopers in Europa moet gaan horen. Daarvoor is een extra inspanning nodig. Wat ons betreft is dat een energieakkoord-plus. Wil het kabinet, samen met wetenschappers, bedrijven en ngo's, aan de slag met zo'n energieakkoord-plus? De bal daarvoor ligt nadrukkelijk bij het kabinet. Er zijn voldoende kansen om hiermee aan de slag te gaan. Ik noem de vergroening van het belastingstelsel, maar ook bijvoorbeeld grootschalige energiebesparing. Volgens het energieakkoord komen we uit op 1,2% besparing en dat is echt te weinig om de doelen te behalen. Er liggen kansen in de industrie, de gebouwde omgeving en de mobiliteitssector. Het zou goed zijn om meer wetenschappelijk onderzoek te doen naar schone technieken.

Dit alles vraagt om ingrijpende keuzes. Het emissiehandelssysteem, ETS, werkt bijvoorbeeld voor geen meter. Vervuilende centrales kunnen goedkoop stroom produceren en betalen niet of nauwelijks de kosten van vervuiling. Denk aan CO2-uitstoot, luchtverontreiniging, milieuschade bij grondstofwinning: hoe minder de vervuiler betaalt, hoe meer subsidie wij allemaal aan schone energie kwijt zijn. Het kabinet houdt deze voorsprong van vervuilende energie niet alleen in stand, maar vergroot het verschil zelfs. Verouderde kolencentrales worden gesloten door de aanpassing van de rendementseisen, maar er komen nieuwe, nog grotere centrales voor terug en de milieuwinst is nul. Bovendien wordt de kolenbelasting stopgezet. Dit vergroot het prijsverschil tussen schone energie en kolenstroom, waardoor de subsidie voor duurzame energie hoger uitvalt. Waarom kiest het kabinet voor het gunstiger fiscaal klimaat voor kolencentrales? Dat is toch de omgekeerde wereld? Kan het kabinet in ieder geval de toezegging doen dat de kolenbelasting pas wordt afgeschaft als de vijf centrales allemaal zijn gesloten?

Op basis van de Nationale Energieverkenning lijkt ook bijsturing van het energieakkoord op een aantal onderdelen nodig. Ik noem er een aantal. De minister heeft het over een besparing van 1,2 miljard in de SDE+-regeling vanwege de nieuwe aanpak van windenergie op zee. Dit geld zal hard nodig zijn om meer hernieuwbare energie en energiebesparing te realiseren. Is het geld hier ook daadwerkelijk voor beschikbaar?

Vanaf dit jaar start ook de subsidie voor biomassa bijstook in kolencentrales. Het is een onbegrijpelijke en dure keuze, vindt de ChristenUnie. We gaan miljarden aan subsidiegeld steken in het verbranden van hout dat eerst per schip de Atlantische Oceaan moet oversteken. De overheidsbijdrage per kilowattuur is hoger dan de vergoeding voor burgercoöperaties die zonne-energie opwekken. We gaan met het verbranden van subsidiegeld echt terug in de tijd. Bovendien gaat de subsidie van start zonder harde eisen voor certificering van hout op perceelniveau. Dit staat wel expliciet in het energieakkoord. Waarom laat de minister deze afspraak los? Op deze manier gaat straks 4 miljard euro subsidie voor ongecertificeerd hout in vlammen op. Ik heb hierover een aangehouden motie, die ik volgende week ook in stemming zal brengen. Een andere vraag is waarom bedrijven 10% vrijstelling krijgen voor het bijstoken van andere en goedkopere biomassa dan hout. Dan is er toch sprake van oversubsidiëring?

Nu de bouw van windmolens op land wordt uitgebreid, is het belangrijk om omwonenden tijdig te betrekken, te werken aan draagvlak en hen ook de kans te geven om te participeren. Mijn vraag is of de gedragscode nu het uitgangspunt is bij alle vergunningsprocedures. Ik heb een brief gezien van de minister aan de gemeente Borger-Odoorn over windenergie in hun gemeente. Draagvlak wordt daarin echt als laatste argument genoemd. Welke plek heeft draagvlak nu bij de minister?

Het punt "energiebesparing" heb ik genoemd. Ik denk dat we er echt een tandje bij moeten doen, want 1,2% per jaar is onvoldoende. Daarmee wil ik mijn inbreng in eerste termijn afronden.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):
Mijn vraag gaat over de energiebesparing, waarmee de ChristenUnie zojuist afsloot. Er is een aangenomen motie van de heer Van Ojik van september, waarin een meerderheid van de Kamer aangeeft dat bestaande afspraken over de inzet op energiebesparing inderdaad geïntensiveerd moeten worden. Heeft de ChristenUnie daarvan iets teruggezien in wat het kabinet ons heeft toegestuurd?

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
De ChristenUnie heeft deze motie zeker gesteund. Helaas moet ik vaststellen, zoals GroenLinks waarschijnlijk ook heeft vastgesteld, dat we daarvan onvoldoende terugzien. Wij hebben met elkaar afspraken gemaakt over energiebesparing. De doelstelling zou 100 petajoule zijn. Met de nu voorgenomen maatregelen komen we misschien op de helft daarvan. Er is dus veel meer nodig. Wellicht dat wij samen aan het kabinet de vraag kunnen stellen welke aanvullende maatregelen het kabinet voor ogen staat.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):
Ik ben dat met de ChristenUnie eens. De oorspronkelijke afspraak in het energieakkoord wordt niet gehaald, maar er wordt ook zeker geen uitvoering gegeven aan deze motie, die inderdaad ook door de ChristenUnie is gesteund, namelijk om de inzet op energiebesparing te intensiveren. Wij zijn dan ook samen geïnteresseerd in het antwoord van het kabinet.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Zeker.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2015 > januari