Bijdrage Eppo Bruins aan het plenair debat Belastingdruk voor eenverdieners

donderdag 24 mei 2018

Bijdrage Eppo Bruins aan een plenair debat met staatssecretaris Snel van Financiën

De heer Bruins (ChristenUnie):
Als een medicijn veel minder goed blijkt te werken dan eerder werd aangenomen, verhoogt u dan de dosis van dat oude medicijn of stapt u over op een nieuw medicijn? Als u dan toch kiest voor die hogere dosis van het slecht werkende medicijn, zou u dat dan ook doen als er zeer pijnlijke bijwerkingen zijn, die bij een hogere dosis nog erger worden? Het antwoord ligt voor de hand. We leggen het oude medicijn terzijde en we kiezen voortaan voor het nieuwe medicijn.

Maar, voorzitter, wat schetst mijn en waarschijnlijk ook uw verbazing? De afgelopen jaren kozen kabinetten steeds voor een nog hogere dosering van het slechtwerkende medicijn. Het voorgaande kabinet, van VVD en PvdA, koos massaal voor een flink hogere dosering. En vandaag praten we over de pijnlijke bijwerkingen van een door doorgeschoten instrumentalisme uit het lood geslagen belastingstelsel met, wat betreft de ChristenUnie, ronduit onrechtvaardige verschillen in belastingdruk tussen huishoudens met één inkomen en die met twee inkomens.

Wat heeft dat met die medicijnen te maken? Wel, ik heb het over de belastingherziening van 2015. Zij werd al genoemd. Die belastingherziening kwam er niet. Daardoor zouden er oorspronkelijk 100.000 banen bij komen, zo zei toenmalig staatssecretaris Wiebes. Maar van die belastingherziening kwam niets terecht en van die 100.000 banen ook al niet. Wel werden met behulp van fiscaal kunst- en vliegwerk, met het 5 miljardpakket, 35.000 papieren banen uit het nieuwe CPB-model geperst. Dat gebeurde vooral door de inkomensafhankelijk gemaakte arbeidskorting met 2,8 miljard te verhogen en de IACK met nog eens 0,3 miljard. Door die maatregelen liep het verschil in inkomstenbelasting tussen een- en tweeverdieners op van een factor 3,5 naar een factor 5. In 2017 liep dit op tot, afgerond, een factor 5,6. Nu is het 6 en bij ongewijzigd beleid zou het de komende jaren verder zijn opgelopen tot een factor 8 tot 9 bij een huishoudinkomen van €40.000.

Die 35.000 papieren banen kwamen uit het nieuwe CPB-model. Dat leverde veel minder op dan het oude model van het CPB. Uit empirisch onderzoek was namelijk gebleken dat mensen fiscaal gezien veel minder te prikkelen zijn dan wij altijd dachten en dan in het oude model werd aangenomen. De enige groepen die nog een beetje te prikkelen bleken om te gaan werken, waren jonge moeders en laaggeschoolde alleenstaanden of — zo zeg ik liever — praktisch geschoolde alleenstaanden.

Het vorige kabinet had geen oog voor evenwichtige koopkrachtverhoudingen, maar ging verwoed de laatste wrange druppels persen uit een reeds leeg geperste zure citroen. Met een volledig op arbeidsparticipatie gericht instrumentalisme werd maximaal aan de resterende knoppen gedraaid en kwamen er miljarden bij de toch al hoge arbeidskorting en honderden miljoenen bij de IACK. De bijwerking van dit slecht werkende medicijn in extreme dosis is een totaal scheefgegroeid belastingregime.

Voorzitter. Als uit het voorgaande één ding duidelijk is geworden, dan is het wel dat we tijdens de formatie een uphill battle moesten voeren tegen het basispad. En ja, met enkele zeer gewaardeerde coalitiepartners die deze materie ideologisch net even anders zien. Daarom ben ik oprecht blij met al die afspraken in het regeerakkoord waardoor de koopkracht van vooral de modale eenverdiener er na jaren, ja na decennia, van stilstand, fors op vooruitgaat: de introductie van het tweeschijventarief, de uitvoering — ja, nu wel! — van het in 2016 niet aangenomen amendement-Schouten, vooral een hoger kindgebonden budget, een zorgtoeslag voor paren en een geleidelijke afbouw van de huurtoeslag. Het amendement werd door toenmalig staatssecretaris Wiebes getypeerd als het mooiste amendement dat hij ooit had moeten ontraden. Door dit alles kwam er een lagere marginale druk bij het wettelijk minimumloon en modaal. Ronduit een mooie aanzet, waar ik dankbaar voor ben. Ideaal is het allemaal nog niet, maar het is by far wel de beste stap in jaren op weg naar een rechtvaardiger belastingstelsel.

Ik sluit af. Ik zie uit naar een reactie van de staatssecretaris op zijn medicijnkeuze, op het de afgelopen jaren doorgeschoten fiscaal instrumentalisme gericht op het creëren van extra arbeidsaanbod. Ik vraag hem welk verschil in belastingdruk tussen huishoudens met één inkomen en huishoudens met twee inkomens hij gerechtvaardigd vindt. Want die schriftelijke vraag had hij niet beantwoord. Hoe kunnen we verdergaan met het verlagen van de extremen in marginale druk en welke lessen trekt hij uit het CPB-onderzoek?

Voorzitter, dank u wel.

De heer Nijboer (PvdA):
Ik ben een beetje in verwarring gebracht en eigenlijk ben ik in de fruitmand van de heer Bruins een beetje de weg kwijtgeraakt.

De heer Bruins (ChristenUnie):
U had de citroen niet verwacht.

De heer Nijboer (PvdA):
Nee. De vorige keer begreep ik dat het fruit hier en daar al een beetje begon te rotten, dus ik dacht "daar kijkt hij wel mee uit", maar nu komt de uitgeperste citroen om de hoek kijken. Mijn vraag. In de vorige kabinetsperiode zat de ChristenUnie ook aldoor aan tafel bij de begrotingsonderhandelingen. Dat heb ik zeer gewaardeerd; dat heeft de PvdA zeer gewaardeerd. De ChristenUnie was ook betrokken bij de 5 miljard lastenverlichting van destijds, ook bij de inhoudelijke keuzes: niet te veel geld naar de dividendbelasting. Die meloenen hebben wij toen uit de fruitmand gesodemieterd. Meer geld voor huurtoeslag, voor de huurders. Ik vraag hem naar het oordeel. Hij zegt: dat was eigenlijk waardeloos en nu ben ik toch wel dankbaar, al was het een uphill battle. Hoe verhoudt zich dat tot elkaar? Want beide fiscale beleidsagenda's zijn gesteund door de ChristenUnie.

De heer Bruins (ChristenUnie):
Het is precies de reden waarom wij in 2015 niet hebben ingestemd met het Belastingplan. De kloof tussen een- en tweeverdieners zou verder toenemen door de inkomensafhankelijke arbeidskorting en de IACK. Daarom hebben wij toen tegengestemd. Wij hebben in het regeerakkoord heel veel forse maatregelen kunnen nemen waardoor we de groeiende kloof, die zoals ik al zei tot een factor 8 à 9 zou zijn doorgegroeid in deze kabinetsperiode, tot staan kunnen brengen. Die maatregelen heb ik in mijn bijdrage genoemd. Daarvan is het tweeschijventarief de belangrijkste, maar bijvoorbeeld ook het zo mooie amendement-Schouten, dat destijds in het vorige kabinet werd ontraden door staatssecretaris Wiebes.

De heer Stoffer (SGP):
Ik hoor de heer Bruins prachtige dingen zeggen over de zorg die hij de afgelopen jaren had omdat de kloof tussen een- en tweeverdieners zo groot werd en die nu tot staan is gebracht. Maar is de heer Bruins het met mij eens dat die kloof in de toekomst weer groter wordt? Is hij het ook met mij eens dat er maatregelen voor nodig zijn om die kloof niet weer verder op te laten lopen maar die terug te brengen?

De heer Bruins (ChristenUnie):
In deze kabinetsperiode hebben we de kloof tot staan gebracht; die wordt deze kabinetsperiode niet groter. We hadden 'm graag nog iets willen bijbuigen en kleiner willen maken, maar we zijn heel ver gekomen. We hebben in ieder geval kunnen voorkomen dat het verschil in belastingdruk zou oplopen tot een factor 8 à 9 bij een jaarlijks huishoudinkomen van €40.000. Maar ik ben het helemaal met de heer Stoffer eens dat na deze kabinetsperiode het verschil in belastingdruk tussen een- en tweeverdieners weer verder dreigt op te lopen. Bij een volgend regeerakkoord zullen dus opnieuw maatregelen genomen moeten worden om te komen tot een rechtvaardiger belastingstelsel.

De heer Stoffer (SGP):
Waarom wachten tot na deze kabinetsperiode? Vinden we niet dat er nu al maatregelen getroffen moeten worden, om te voorkomen dat je over een aantal jaar opnieuw moet gaan nadenken?

De heer Bruins (ChristenUnie):
Nou, ik vind het heel belangrijk dat we blijven nadenken. Ik hoop vandaag ook van de staatssecretaris te horen wat hij gerechtvaardigd vindt, hoe we verder zouden kunnen gaan met het verlagen van de extremen in marginale druk en welke lessen hij precies trekt uit het rapport Eenverdieners onder druk, want daar staat nogal wat in. Het nadenken moet dus zeker niet stilstaan. We hebben voor deze kabinetsperiode al flinke maatregelen genomen. Ik denk dat nu het moment is om alweer na te denken over wat je in een volgend regeerakkoord zou willen hebben. Misschien zit de heer Stoffer dan ook wel aan tafel.

De voorzitter:
Tot slot, de heer Stoffer.

De heer Stoffer (SGP):
Ik denk dat we dezelfde wensen hebben. Als ik het zo hoor, heb ik dit niet uit een citroen maar uit een lekker zoet mandarijntje geperst.

De heer Bruins (ChristenUnie):
Dat lijkt me mooi om de fruitmand te vullen. Dank u wel.

De heer Snels (GroenLinks):
Ik deel de zorgen van de ChristenUnie over de hoge marginale druk op sommige inkomenstrajecten. Daar ging mijn steun van eerder over. Ik gaf in mijn betoog ook aan dat er vooral bij de laagopgeleiden en bij de lage inkomens eenverdieners zitten. Om welke groep maakt de ChristenUnie zich de meeste zorgen? Om de eenverdieners en de gezinnen met lage inkomens, of de tweeverdieners met hoge inkomens?

De heer Bruins (ChristenUnie):
Ik hoorde de heer Snels in zijn eigen bijdrage dit punt aansnijden. Het is niet zo dat rijke mensen rijker worden. Met dit regeerakkoord hebben we niet zomaar een vlaktaks geïntroduceerd. Het is een vlaktaks samen met een heleboel andere maatregelen, die ook in het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie terugkwamen. Wat we in de komende jaren doen, is uiteindelijk beter voor eenverdieners, maar zorgt er ook voor dat juist modale inkomens, dus gewoon de gezinnen met kinderen, erop vooruitgaan. Hogere inkomens pakken we aan door bijvoorbeeld de aftrekposten na de eerste schijf op te bouwen en de arbeidskorting steiler af te bouwen. Maar daardoor gaan de vermogenden en de mensen met een hoger salaris er niet op vooruit in de mate zoals nu door de heer Snels wordt gesuggereerd.

De heer Snels (GroenLinks):
Of je nou naar de koopkrachtplaatjes kijkt, naar de gemiddelde belastingdruk of naar de marginale belastingdruk, de grootste voordelen en het budgettaire beslag zitten toch echt bij zowel eenverdieners als tweeverdieners waar vooral hoge inkomens zijn, en niet aan de onderkant van de arbeidsmarkt.

De heer Bruins (ChristenUnie):
Daar wil ik dan toch even op reageren …

De voorzitter:
Nee, de heer Snels was nog even bezig.

De heer Bruins (ChristenUnie):
Maar ik geloof niet wat hij zegt. Dus daar wil ik graag op reageren.

De voorzitter:
U krijgt zo de gelegenheid. Meneer Snels, maakt u even uw vraag af.

De heer Snels (GroenLinks):
Wat ik u ook in mijn betoog voorhield, was dat dit kabinet wel gesleuteld heeft aan de onderkant van de inkomensafhankelijke arbeidskorting wat ten koste gaat van de minstverdienende partners, mensen met heel kleine baantjes. Die trekken zich terug van de arbeidsmarkt. Dat zult u misschien willen maar dan is er nog steeds vaak sprake van een werkende arme, een eenverdiener die heel weinig verdient. Maar waarom zouden u en ik die IACK moeten krijgen? Waarom bouwt u die niet af? Dan kunt u ook een betere verdeling krijgen tussen eenverdieners en tweeverdieners. Dat is rechtvaardiger en ook voor de arbeidsmarkt nog veel beter.

De heer Bruins (ChristenUnie):
De groep die er in deze regeerperiode het meest op achteruit is gegaan, is de groep die al die jaren, zelfs deccenialang heeft stilgestaan. Dat zijn gewoon de gezinnen met kinderen. Mensen die werken rond modaal en net boven modaal gaan er deze kabinetsperiode 8% op vooruit. Dat is een heleboel, zeker na al die jaren stilstand. De inkomensval, de deeltijdval en de herintredersval worden kleiner in deze kabinetsperiode.

Mevrouw Leijten (SP):
Ik heb met verbazing zitten luisteren naar de heer Bruins, want zo'n beetje iedereen is volgens hem schuldig aan de kloof tussen het gezin waar een ouder werkt en het gezin waar beide ouders werken. Ik wil de heer Bruins er dan toch aan herinneren dat het afschaffen van het overdraagbaar zijn van de algemene heffingskorting, destijds schamper de aanrechtsubsidie genoemd door mevrouw Halsema en meneer Pechtold, wel onder verantwoordelijkheid van de ChristenUnie is gebeurd. Dat gebeurde toen om de arbeidsparticipatie te bevorderen en om de begroting gewoon te dichten.

De heer Bruins (ChristenUnie):
De ChristenUnie heeft er destijds voor gezorgd dat dit niet zou gaan gelden voor gezinnen met kinderen tusen nul en 5 jaar. Het was het kabinet na het kabinet waar de ChristenUnie in zat dat dit door de gootsteen heeft gespoeld. Dus ik werp dit verre van mij.

Informatie

« Terug