Bijdrage Joël Voordewind aan het algemeen overleg Maatschappelijke Organisaties en Ontwikkelingssamenwerking

woensdag 22 april 2015

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan een algemeen overleg met minister Ploumen voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

Onderwerp:   Maatschappelijke Organisaties en Ontwikkelingssamenwerking

Kamerstuk:    33 625

Datum:           22 april 2015

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Ik zal ook proberen binnen de tijd te blijven. Dat moet lukken. Ik moet om 14.00 uur naar de plenaire zaal, omdat daar de bootvluchtelingen weer aan de orde zijn. Bij voorbaat bied ik mijn excuses aan voor mijn iets eerdere vertrek.

De voorzitter: U hebt zes minuten in eerste termijn.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Dat weet ik. Dat had u al gezegd.

De voorzitter: Ik dacht dat u zo enthousiast was dat u tot 14.00 uur wilde spreken.

De heer Voordewind (ChristenUnie): Nee, zo lang zou ik niet durven praten. Mijn gerespecteerde collega's willen ongetwijfeld ook heel verstandige dingen zeggen.

In de visie van de ChristenUnie moet ontwikkelingssamenwerking substantieel via de particuliere organisaties plaatsvinden. Zij staan dicht bij de lokale bevolking. Ze werken nauw samen met lokale particuliere organisaties en zijn bij uitstek in staat om de meest kwetsbare groepen in de meest afgelegen gebieden te bereiken. Als het om de meest kwetsbare groepen gaat, denk ik ook aan gehandicapten, kinderen, ouderen, etnische en religieuze minderheden. De Nederlandse ngo's zijn ook sterk geworteld in de Nederlandse samenleving. Ze leveren een heel duidelijke eigen bijdrage via particuliere giften. Ze zijn sterk in lokale armoedebestrijding. Ze zitten in de haarvaten van de samenleving. Ze kunnen ook een aanvulling zijn op bilaterale hulp, als de overheid er met een andere overheid niet uit kan komen. Denk met name aan de crisisgebieden in Syrië, Irak, Somalië et cetera. Daar zijn particuliere organisaties, met name als er sprake is van noodhulp, wel in staat om de meest kwetsbare groepen te bereiken.

Ook in ons verkiezingsprogramma staat dat een derde van de hulp naar de particuliere organisaties zou moeten gaan. De ChristenUnie vindt het dan ook onbegrijpelijk dat het streefcijfer van 25%, dat de minister heeft genoemd in verschillende brieven en dat ook staat in verslagen van debatten, in 2016 zelfs naar beneden gaat naar 21%. Als je het uitrekent, kom je op ongeveer 150 miljoen minder uit voor de maatschappelijke organisaties. Als aan het einde van het jaar MFS II afloopt, krijgen de ngo's met een heel forse teruggang in de financiën te maken. Ik vraag de minister om daar snel duidelijkheid over te geven, omdat de ngo's niet kunnen wachten totdat alle speerpuntenprogramma's getenderd zijn. In de zomer moeten zij namelijk al besluiten nemen als zij in 2016 moeten bezuinigen. Dat geldt met name voor het personeel, dat zij graag willen behouden. Het zou toch een groot verlies zijn van kunde en kennis als dat niet kan. Collega Mulder en ik hebben bij de behandeling van de begroting een motie ingediend (34000-XVII, nr. 32) om te komen tot een verzachting van 50 miljoen per jaar van de bezuinigingen op het particuliere kanaal. De dekking daarvan werd gevonden in de scorecards van de multilaterale organisaties. Ik vraag de minister om nogmaals naar die motie te kijken. Kan zij in aanloop naar het debat dat we in juni zullen voeren, al het signaal afgeven, met name naar de particuliere organisaties, dat er geld vrij zou kunnen komen? Dan weten die organisaties waar zij aan toe zijn.

Wat betreft het strategisch partnerschap ligt er nog 9 miljoen in de vrije ruimte. Ik begrijp dat er hier en daar bezwaar wordt gemaakt en dat er misschien nog enkele miljoenen bij komen voor de organisaties die vinden dat ze daar recht op hebben. Dan nog zouden we te maken kunnen hebben met nog een aantal miljoen in de vrije ruimte. Ik vraag de minister om die vrije ruimte niet zomaar op te geven, maar om dat geld vooral te blijven besteden aan de particuliere organisaties en met name aan het innovatiefonds. Ik vraag de minister om, als het bnp straks stijgt -- dat zien we dit jaar eigenlijk al -- de middelen die door de stijgende fondsen vrijvallen voor ontwikkelingssamenwerking, vooral te besteden aan het speerpuntenbudget en het innovatiefonds voor de ngo's. Is zij daar in principe toe bereid? Gelukkig is een en ander overigens nog steeds gekoppeld aan die 0,7.

Ik had het al even over het speerpuntenprogramma. De planning voor SRGR (seksuele en reproductieve gezondheid en rechten) is nu duidelijk, maar er komen nog drie speerpunten aan die getenderd moeten worden. Wat is het budget voor die drie verschillende speerpunten? Wanneer gaan de tenders daarvoor lopen? Wanneer vindt de toekenning van de fondsen plaats? Kan de minister de organisaties daar duidelijkheid over geven, ook gelet op hun eigen planning?

Ten slotte doe ik een dringend beroep op de minister om aandacht te geven aan de inclusie in het ontwikkelingsbeleid, met name als het gaat om mensen met een handicap. Van de mensen die in extreme armoede leven, heeft 20% een beperking. Dat hoorden we laatst ook weer in het rondetafelgesprek met de gehandicaptenorganisaties. Dat percentage is veel groter dan het percentage dat wij hier in het Westen kennen. In Nederland krijgt zeker negen op de tien van de gehandicapte kinderen onderwijs, maar in ontwikkelingslanden krijgt slechts één op de tien van de gehandicapte kinderen onderwijs. We zien dat juist gehandicapte kinderen daar belemmerd worden en dat zij vaak ook nog achter de huismuren verscholen worden. Is de minister bereid om daar specifiek aandacht aan te besteden, nu de Alliance for Disability-Inclusive Development buiten de strategische partnerschappen is gevallen? Is zij ook bereid om hier extra geld aan te besteden? Dan heb ik het over de lobby en beïnvloeding, maar ook over de implementatie van de partnerorganisaties in het Zuiden. Het gaat hierbij ook om gemarginaliseerde groepen. Is de minister bereid om daarmee ook op andere terreinen, zoals de vier speerpunten en noodhulp, sterk rekening te houden?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief > 2015 > april