Inbreng Carola Schouten: Goedkeuring Besluit Europese Raad 25 maart 2011 mbt stabiliteitsmechanisme

woensdag 02 mei 2012

Inbreng van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten inzake Goedkeuring van het Besluit van de Europese Raad van 25 maart 2011 tot wijziging van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met betrekking tot een stabiliteitsmechanisme voor de lidstaten die de euro als munt hebben

Onderwerp:   Goedkeuring van het Besluit van de Europese Raad van 25 maart 2011 tot wijziging van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met betrekking tot een stabiliteitsmechanisme voor de lidstaten die de euro als munt hebben (Trb. 2011, 143)

Kamerstuk:   33 220

Datum:            2 mei 2012

De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennis genomen van het voorstel van wet dat beoogt de wijziging van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie goed te keuren. Deze leden hebben met betrekking tot de voorgenomen wijziging van artikel 136 van het verdrag nog een aantal vragen.

Uit artikel 48 zesde lid, tweede alinea, van het EU-Verdrag blijkt dat het Besluit pas in werking treedt na door de lidstaten overeenkomstig hun onderscheiden grondwettelijke bepalingen te zijn goedgekeurd. De leden van de fractie van de ChristenUnie verzoeken de regering toe te lichten of er een inschatting kan worden gemaakt wanneer het Besluit tot wijziging van artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: het Besluit), dat het instellen van een stabiliteitsmechanisme mogelijk maakt, daadwerkelijk in werking zal treden? Wordt de beoogde datum van 1 januari 2013 gehaald, zo vragen deze leden?

Het ESM zal van kracht worden op de datum dat de aktes van bekrachtiging van de verdragspartijen waarvan de oorspronkelijke inschrijvingen ten minste 90% van het totale aantal inschrijvingen in het maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen, bij de depositaris van het ESM Verdrag zijn gedeponeerd. Daarbij is het streven om het ESM in juli in werking te laten treden. Het Verdrag betreffende de Europese Unie (het EU-Verdrag) en het EU-Werkingsverdrag hebben voorrang op het ESM Verdrag, zo stelt de regering in de Memorie van toelichting bij het voorstel van wet ter goedkeuring van het ESM (Kamerstuknummer 33221, nr. 3). De leden van de fractie van de ChristenUnie verzoeken de regering dan ook nader toe te lichten, waarom het later in werking treden van het Besluit geen problemen zou opleveren voor de inwerkingtreding van het ESM. De juiste volgorde is toch dat eerst artikel 136 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie moet zijn gewijzigd en het toe te voegen derde lid in werking moet zijn getreden, voordat het ESM in werking kan treden, zo vragen deze leden. 

Aan de instelling van de Europese financiële stabiliteitsfaciliteit, lag geen gewijzigd artikel 136 van het EU werkingsverdrag ten grondslag. De Raad van State concludeert dan ook dat daarmee doelbewust is gekozen voor een aanpak buiten de autonome rechtsorde en het institutionele kader van de EU om. De leden van de fractie van de ChristenUnie verzoeken de regering aan te geven of daarmee dan ook bewust in strijd is gehandeld met de “no-bail-out”-bepaling van artikel 125 van het VWEU? Welke risico’s zijn hieraan verbonden, zo vragen deze leden. Zijn er in Nederland en in andere landen die participeren in het EFSF rechtszaken bekend die de rechtsgeldigheid van besluiten van het EFSF of het instellen van het EFSF betwisten, zo vragen deze leden?

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.


« Terug