Bijdrage Carola Schouten aan het algemeen overleg VAR-verklaringen voor zzp'ers

woensdag 23 april 2014

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Financiën aan een algemeen overleg met staatssecretaris Wiebes van Financiën en minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Onderwerp:   VAR-verklaringen voor zzp'ers

Kamerstuk:    31 311

Datum:            23 april 2014

Mevrouw Schouten (ChristenUnie): Voorzitter. Gisteren maakte het kabinet het banenplan voor de zorg bekend, waarin 80.000 mensen vanuit de zorg naar een baan moeten worden bemiddeld. Vandaag hebben we het over duizenden mensen die hun baan al zijn verloren vanwege het kabinetsbeleid. O, wat een ironie, zou ik willen zeggen.

Ook mijn fractie is voorstander van het aanpakken van schijnconstructies. De groep mensen waarover we vandaag spreken, valt echter helemaal niet onder de groep van schijnzelfstandigen. Dit zijn mensen die heel veel moeite hebben gedaan om alle papieren en benodigde documenten te overleggen, waarin ze aangeven wat hun werkzaamheden zijn. Vervolgens hebben ze maandenlang zitten wachten op een reactie, waarna bleek dat ze helemaal niet meer als zelfstandige mochten werken. Dat gaat ons echt veel te ver. Sterker nog, een volgend probleem kan zich nu voordoen. Doordat ze thuis zitten, voldoen ze straks niet meer aan de urennorm waardoor ze hun zelfstandigenaftrek verliezen. We moeten bekijken op welke manier we snel tot een oplossing kunnen komen voor deze groep mensen. We moeten inderdaad een fundamenteler debat aangaan over de gehele VAR-systematiek.

Laat ik ook maar zeggen dat ik niet erg amused was over het feit dat we nog geen uur voor dit debat opeens een brief van het kabinet ontvingen. Bovendien verschijnen er allerlei ronkende persberichten in de media dat het kabinet de zzp’ers tegemoet gaat komen. Dat is nog maar de vraag, maar daarop kom ik straks nog. Vervolgens is er een vernietigend Actal-advies over het voorstel van het kabinet, terwijl dit in februari al op de plank lag bij het ministerie. Waarom heeft dit allemaal zolang moeten duren? Waarom is het kabinet niet sneller opgetreden?

We hebben het over heel waardevolle zorg, want het gaat vaak over palliatieve zorg. Dat is een vorm van zorg die heel specifieke kenmerken heeft en die we koesteren. Kunnen de Minister en de Staatssecretaris klip-en-klaar aangeven welke eisen worden gesteld aan mensen die als zzp’er AWBZ-zorg of zorg in het kader van een persoonsgebonden budget (pgb-zorg) willen verlenen? Veel zzp’ers zitten met hun handen in het haar. Het is zaak dat er snel duidelijkheid geboden wordt over datgene wat wel geoorloofd is in plaats van dat de Belastingdienst alleen maar «njet» zegt. De bewindslieden hebben het over een onderzoek dat voor de zomer afgerond moet worden. Die mensen, die hier ook op de tribune zitten, hebben daar natuurlijk niets aan. Er is een pilot en die wordt uitgebreid. Dat hebben we gelezen in de brief die we een uur geleden hebben ontvangen. Aan die pilot worden aantallen gehangen. Eerst betrof het 2.000 mensen. Dat aantal wordt opgerekt naar zo’n 3.500 mensen. Wat staat centraal? Staat het aantal centraal en wordt de pilot gesloten op het moment dat het genoemde aantal zzp’ers zich heeft aangemeld? Of gaan we bekijken of die mensen terecht werken en ervan uit zouden moeten kunnen gaan dat ze als zzp’er aangemerkt worden?

Er is veel onduidelijkheid over de eisen die gesteld worden aan de relatie van de zzp’er met het zorgkantoor. Moet een zzp’ers per se een recht-streeks contract met een zorgkantoor hebben om zich als zelfstandig ondernemer te kunnen kwalificeren en een VAR-wuo te kunnen krijgen? Hoe verhoudt een en ander zich tot de wijze waarop de zorg momenteel wordt aanbesteed? Het blijkt voor zzp’ers heel lastig te zijn om zelf hun opdrachten binnen te halen, aangezien de uitbesteding van zorg is voorbehouden aan zorginstellingen en bemiddelaars die een contract met de zorgverzekeraars hebben. Er lijkt weinig ruimte te zijn voor rechtstreekse contractering. Hierin zit dus een paradox. Ik hoor graag van het kabinet op welke manier het hiermee denkt om te gaan.

Veel zzp’ers werken momenteel met bemiddelingsbureaus, maar ze werken niet voor deze bureaus. Toch worden deze zzp’ers zonder pardon aangemerkt als zijnde in dienst bij deze bureaus. Op welke wijze mag een bemiddelingsbureau dan wel betrokken zijn, zodanig dat de ondernemer via een VAR-wuo kan werken? Het is van belang om hierover snel duidelijkheid te krijgen zodat alle goedbedoelende mensen die denken dat ze het netjes doen, straks niet weer het deksel op de neus krijgen. Biedt het voorstel van de sector om een coöperatieve serviceorganisatie op te richten hierbij soelaas? Iedere deelnemer sluit dan rechtstreeks contracten af voor eigen rekening en risico en blijft zelf verantwoordelijk voor de geleverde diensten. De serviceorganisatie ondersteunt op haar beurt de deelnemers tegen kostprijs met een aantal taken zonder zelf partij in het contract te zijn. Op deze wijze is er geen sprake van afhankelijkheid of gezagsverhouding. Ik hoor graag van de bewindspersonen hoe ze hiertegen aan kijken.

Ik wil inderdaad graag dat we een fundamenteler debat over de VAR voeren. Ik vraag de Staatssecretaris. de mensen die een VAR-wuo hadden, de gelegenheid te geven om nu met die VAR-wuo aan de slag te gaan, zodat ze niet meer in onzekerheid zitten. Ik hoorde de heer Ulenbelt dit voorstel ook al doen. We kunnen dan bekijken wat een goede fundamentele oplossing is.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug