Bijdrage Carola Schouten aan het plenair debat Pakket Belastingplan 2016 + Wet uitvoering Common Reporting Standard

dinsdag 10 november 2015 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Financiën aan een plenair debat met staatssecretaris Wiebes van Financiën

Onderwerp:   Pakket Belastingplan 2016 + Wet uitvoering Common Reporting Standard

Kamerstuk:    34 276          

Datum:           10 november 2015

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Voorzitter. Dank aan de collega's dat ik wat later mocht in de sprekersvolgorde. Ik ben ook blij dat mijn medewerker uiteindelijk weer gekomen is.

Er zijn weinig debatten die zo'n enorm lange aanloop hebben gehad als dit debat over het Belastingplan. De heer Dijkgraaf schetste net al een overzichtje. Ik wil nog wat verder teruggaan, namelijk naar de commissie-Van Weeghel uit 2010. Toen dachten we al na over een hervorming van het belastingstelsel. Later is daar de commissie-Van Dijkhuizen nog bij gekomen. Zij heeft in de ogen van mijn fractie een waardevol rapport opgeleverd. Er was nog wel wat op aan te merken, maar het heeft ons veel denkrichtingen geboden. Het was bovendien deze staatssecretaris die al bij zijn aantreden in maart 2014 aangaf de ambitie te hebben de hele zolder op te gaan ruimen. Vandaag moeten we echter constateren dat de grote lenteschoonmaak toch een beetje mislukt is. Er zijn geen hervormingen van substantiële aard gekomen, terwijl de ambitie van de staatssecretaris daar volgens mij wel op gericht was.

Er was wel geld te verdelen. Dat is natuurlijk altijd leuk, maar dan krijg je ook de discussie over de vraag hoe je dat geld gaat teruggeven aan de burger. Daarmee kom ik bij de kern van dit debat. Dit debat draait niet alleen om de vraag waar we er een procentje bij of af doen. Het draait om de vraag wat voor samenleving je voor ogen hebt. Wil je een samenleving waarin alleen betaald werk gestimuleerd wordt en de norm wordt? Of wil je een samenleving waarin ook oog is voor mensen die heel waardevol werk als mantelzorger of vrijwilliger verrichten? Dat is werk waar onze samenleving niet zonder kan. Kijk je alleen naar hoe we business as usual weer kunnen financieren? Of kunnen we proberen een echte omslag naar duurzaam ondernemerschap te maken, ook in de fiscale sfeer? Willen wij iedereen eerlijk laten meedelen in de lastenverlichting die er nu te vergeven is? Of kijken we toch specifiek naar een aantal groepen? Die keuzes zijn gewoon politieke keuzes. Die maken we hier als verschillende politieke partijen op verschillende punten. Dat heeft mijn fractie ook gedaan.

Ik heb eens even terug zitten tellen en volgens mij zijn wij al een jaar heel helder over onze prioriteiten. Die hebben te maken met de kloof tussen een- en tweeverdieners. Ik zou dat de vrijheid van gezinnen om eigen keuzes te maken over hoe zij arbeid en zorg verdelen, willen noemen. Ik zou de ruimte willen neerleggen waar die volgens mij hoort, namelijk in het gezin. Vergroening is voor ons een prioriteit. We moeten echt een stap zetten als er geld uit te geven is. We moeten bekijken hoe we dat goed kunnen inzetten, op een manier die bijdraagt aan onze schepping. Ook de chronisch zieken en gehandicapten zijn voor ons een prioriteit. Dat is een groep die in de meeste plaatjes niet voorkomt. Wij willen dat zij wel meeprofiteren van deze lastenverlichtingen. Daar liggen onze prioriteiten, daar lagen ze en daar blijven ze straks ook liggen bij de afwegingen omtrent dit Belastingplan.

Er is een aantal amendementen ingediend. We hebben al uren gedebatteerd, dus de meeste inhoudelijke zaken zijn wel uitgediscussieerd, maar op een aantal punten zijn wij nog niet nader tot elkaar gekomen en daarom zijn er amendementen ingediend. Het eerste amendement van de heer Dijkgraaf, waar wij ook onder staan, is een amendement om de eenverdiener tegemoet te komen via de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting. Er worden in dit huis weleens karikaturen neergezet. Daarom wil ik echt opmerken dat het vaak gaat om gezinnen die niet vrijwillig eenverdiener zijn. Ik heb afgelopen week voorbeelden gezien — ik kreeg net ook nog wat mailtjes binnen — waarbij het allemaal niet zo overzichtelijk is en het allemaal niet zulke bewuste keuzes zijn. Soms is er sprake van handicaps van partners of kinderen. Soms is er sprake van langdurige werkloosheid waardoor men geen recht heeft op bijstand en men automatisch eenverdiener wordt. Ik wil blijven bestrijden dat eenverdiener zijn een eigen keuze is. Van een eenverdiener die lui op de bank blijft zitten, is heel vaak geen sprake. De kloof tussen een- en tweeverdiener neemt met dit Belastingplan toe, en wel in die mate dat wij vinden dat die verkleind moet worden. Vandaar dat ik met de heer Dijkgraaf en de heer Bashir een amendement heb ingediend op dit punt.

Ik ben nog erg hard bezig met een ander amendement. Ik vind het erg jammer dat ik het nog niet heb kunnen indienen, maar de amendementenservice staat op dit moment ook roodgloeiend volgens mij. Alle respect voor de mensen die daar werken. Ik zal het amendement nu wel toelichten. Het gaat over de fiscale aftrek van specifieke zorgkosten. Dat is de aftrekpost voor chronisch zieken en gehandicapten in ons belastingstelsel. Voor het aftrekken van zorgkosten zijn er percentages. Op dit moment is dat voor mensen van 65 jaar en ouder 113% van de specifieke zorg en voor mensen jonger dan 65 jaar 40%. Wij willen deze percentages verhogen. Wij zijn nog met de amendementenservice aan de slag wat betreft de exacte percentages waarop wij willen uitkomen. Dat zal voor mensen jonger dan 65 jaar uitkomen op iets in de ordegrootte van 80% van de specifieke zorgkosten en voor de mensen ouder dan 65 jaar op ongeveer 175%. Pin mij niet vast op deze percentages exact, want die kunnen nog wijzigen. Maar ik wil een richting aangeven, omdat het dan helder is voor dit debat.

In het amendement zal ook een bijdrage komen voor de TOG-plus, voor de ouders met thuiswonende gehandicapte kinderen. De staatssecretaris heeft daar al een voorstel toe gedaan en dat nemen wij graag over. Het betreft een amendement van 3,7 miljoen. Dat geld gaat dus naar de ouders met thuiswonende gehandicapte kinderen. De dekking voor dit amendement zal komen uit het voorstel dat het kabinet zelf heeft gedaan op het terrein van de vergroening, namelijk de schuif gas-elektra. Dan snijdt het mes wat ons betreft aan twee kanten. Wij komen enerzijds een groep tegemoet die het in onze ogen nodig heeft en ook verdient om mee te profiteren van deze lastenverlichting. Anderzijds zorgen wij er tegelijkertijd voor dat wij echt scherper gaan kijken naar alternatieven voor gas, waarbij wij heel nadrukkelijk de glastuinbouw uit deze regeling houden. De glastuinbouw zal hier dus niet mee te maken krijgen. Op deze manier kunnen wij 100 miljoen vrijspelen voor de chronisch zieken en gehandicapten. De rest van het bedrag, iets meer dan 100 miljoen, kunnen wij dan terugsluizen naar het bedrijfsleven.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Mevrouw Schouten geeft aan dat zij de glastuinbouw wil uitsluiten van de schuif tussen gas en elektra. Voor de glastuinbouw bestaat alleen maar een aparte schaal voor gas en niet voor elektra. Als mevrouw Schouten de verhoging niet doorvoert bij de glastuinbouw, voert zij de verlaging van het elektriciteitstarief voor de glastuinbouw wel door. Betekent dit dat de glastuinbouw dus minder gaat betalen? Als je het allebei doet, zoals in het voorstel, wordt de glastuinbouw misschien wel al gecompenseerd voor de verhoging van het gastarief via de verlaging van het elektriciteitstarief. De glastuinbouw verbruikt namelijk ook een heleboel elektriciteit. Is het niet wijs om de glastuinbouw er gewoon in te laten?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Het is een heel bewuste keuze om de glastuinbouw eruit te halen. Dat komt omdat het merendeel in de glastuinbouw op gas gestookt is. Dat weet de heer Grashoff ook. Zij zullen echt heel veel meer last hebben van de verhoging van het gastarief dan van de verlaging van het elektriciteitstarief. Dat zal niet zo hard aantikken bij de glastuinbouw, veel minder in ieder geval dan de verhoging van het gastarief. Wij hebben zitten rekenen, omdat wij ons afvroegen wat voor effecten dit heeft voor die bedrijfstak. Het lijkt ons dat die bedrijfstak onevenredig hard geraakt wordt, maar het is niet onze bedoeling om de bedrijven — want dit is een belangrijke bedrijfstak in Nederland — erg hard te raken. Wij hebben daarin een evenwicht proberen te vinden. Wij vonden het daarom niet verantwoord om de glastuinbouw mee te nemen in dit amendement.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Is dat niet een buitengewoon grote gemiste kans? Voor de glastuinbouw zijn er uitstekende alternatieven in de vorm van aardwarmte en warmtelevering gecombineerd met CO2-levering. Dit is een sector waar een enorme slag te maken is, maar mevrouw Schouten geeft die zo weg. Wij zouden ook het geld kunnen ophalen en weer beschikbaar krijgen om te investeren.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Ja, dat is inderdaad een keuze. Dat klopt. Wij hebben de keuze gemaakt om dat bedrag nu in te zetten voor een groep die volgens ons gecompenseerd moest worden, namelijk de chronisch zieken en gehandicapten. Wij vinden dat dit nu geregeld moet worden, maar ik ben het helemaal met de heer Grashoff eens dat wij vooral ook moeten kijken naar het stimuleren van alternatieven voor de warmte-opwekking. Hij geeft die zelf al aan. Sorry, ik ben niet zo heel goed thuis in de glastuinbouw en de alternatieven, maar er zijn alternatieven. Ik zie dat veel tuinders daar zelf al mee bezig zijn. Het is inderdaad gewoon een politieke keuze om het geld nu te besteden aan de chronisch zieken en gehandicapten. Het terugsluizen zou dan via de Aof-premie gaan, zoals het kabinet ook heeft voorgesteld.

De heer Tony van Dijck (PVV):
Nog even over die chronisch zieken en gehandicapten. Met steun van de ChristenUnie zijn vorig jaar de Wtcg, de Compensatie eigen risico (Cer) en de tegemoetkoming in zorgkosten voor gehandicapten allemaal afgeschaft. Er is een maatwerkvoorziening voor teruggekomen. Dan praten we over een bezuiniging op die chronisch zieken en gehandicapten van 300, 400 of 500 miljoen. Komt u daar nu op terug? Hebt u er spijt van dat u het kabinet hebt gesteund om die chronisch zieken en gehandicapten zo keihard in hun portemonnee te raken? Is dat wat ik hier beluister?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Als de heer Van Dijck het complete plaatje schetst, weet hij ook dat juist de fracties van D66, de ChristenUnie en de SGP ervoor hebben gezorgd dat het kabinet niet de complete fiscale aftrek wegbezuinigde, want dat was wat in de plannen stond. Er zou alleen een maatwerkvoorziening komen. Dankzij de drie partijen die het kabinet hielpen, is er juist een fiscale aftrek behouden, omdat wij ook zeiden dat je niet alles alleen in maatwerk kunt doen. Er blijft een deel wat je op landelijk niveau fiscaal zou moeten compenseren.

De Wtcg en de Cer waren regelingen waaraan ook veel nadelen kleefden. Daar kon je bijvoorbeeld ook je bril in meenemen. Opeens had iedereen een heel dure bril die hij kon aftrekken en dergelijke. Dat vonden wij echt verspilling van geld, want dat kwam niet terecht bij chronisch zieken en gehandicapten, maar wel bij iemand met een dure bril. Dat was de realiteit. Wij vonden het wel belangrijk dat er een fiscale regeling intact bleef. Wij constateren dat deze groep bij de lastenverlichting voor allerlei groepen niet gecompenseerd wordt. Daarom willen wij die fiscale maatregel ophogen.

De heer Tony van Dijck (PVV):
Veel woorden, maar feitelijk is er fors bezuinigd op de regelingen voor chronisch zieken en gehandicapten. Of je die regeling nu Wtcg, Cer of anders wilt noemen, daar hebt u aan meegeholpen. Dat is een bezuiniging van 300, 400, 500 miljoen, oplopend. De vraag is of u er spijt van hebt dat u het kabinet hebt geholpen met het afbreken van al die regelingen voor chronisch zieken en gehandicapten. U komt er nu op terug met een amendement. Waarom hebt u dat vorig jaar niet gedaan?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Ik heb net geprobeerd uit te leggen dat die Wtcg terechtkwam bij mensen die niet chronisch ziek of gehandicapt waren, maar die Armanibrillen kochten. Dat was de realiteit. We hebben ervoor gezorgd dat er een voorziening kwam zodat er lokaal maatwerk geboden kan worden, terwijl het tegelijk een landelijke regeling blijft. Het kabinet wil 5 miljard geven aan allerlei groepen, behalve aan de groep chronisch zieken en gehandicapten. Daarom zeggen wij dat deze groep ook mee moet delen in die plus. Dat is wat ik hier vertel.

Een tweede amendement op het terrein van vergroening is net ingediend, namelijk over de befaamde postcoderoos, maar ook over het nihiltarief voor lokale energiecorporaties. We hebben wat eerdere pogingen gewaagd. Ik durf het bijna niet meer te zeggen, maar ik heb stille hoop dat het deze keer wat meer kans heeft. Het gaat mij er niet zozeer om dat wij kunnen juichen dat het lukt, maar om ervoor te zorgen dat de energiecorporaties op lokaal niveau eindelijk kans van slagen krijgen. Wij hebben iets bedacht wat nu totaal niet van de grond komt, omdat dit soort maatregelen dat in de weg zitten.

Ik heb de brief gelezen van de collega van I en M over de kolenbelasting. Dank daarvoor. Ik heb nog wel een vraag over de houdbaarheid van wat erin staat over de vraag de kolencentrales in bezwaar zullen treden en op welke termijn. Volgens mij heeft de heer Omtzigt die vraag ook gesteld. In de brief staat dat de kolencentrales al drie jaar weten dat er rendementseisen opgelegd gaan worden. Dat is feitelijk niet waar. Dat is pas in de zomer van 2014 meegedeeld, toen de ACM aangaf dat de sluiting allerlei nadelen had. Als compenserende maatregel zijn toen rendementseisen opgesteld, om te voorkomen dat we in de problemen kwamen met het ACM-oordeel. Die tijd is dus veel beperkter dan in de brief van de staatssecretaris van I en M staat. Het gaat niet om drie jaar. Het energieakkoord is volgens mij van 2013. Heel sec gezien zou het dus twee jaar zijn. Ik laat me echter graag overtuigen door deze staatssecretaris. Ik denk echter dat de staatssecretaris van I en M iets te ruimhartig heeft gerekend met de jaartallen. De kolenbelastingafschaffing blijft hoe dan ook een onding. Volgens mij heb ik een voorstel gezien van de heer Grashoff om de kolenbelasting erin te houden. Dat heeft onze steun.

Dan kom ik op de vermogensrendementsheffing. Ik kan het amendement van de heer Van Weyenberg over het gespreid uitkeren van schenkingen en de ruimte die daarvoor gaat komen, steunen. Ik heb nog wel een vraag over de letselschade-uitkering. Daar heb ik ook een amendement over ingediend. Er is al best veel gezegd over de nieuwe vermogensrendementsheffing. Wij hebben aangegeven dat wij die in essentie kunnen steunen, mits wij ook kijken naar een beter systeem op termijn, waarin rendement daadwerkelijk belast wordt. Wat ons betreft is er wel een onevenwichtigheid voor mensen die een letselschade-uitkering hebben gekregen. Als je voordat dit Belastingplan ingaat een letselschade-uitkering hebt gekregen boven €237.000, krijg je straks door dit plan te maken met een hogere vermogensrendementsheffing. Daar is geen rekening mee gehouden toen die letselschade-uitkering werd toegekend. We hebben een dergelijke situatie eerder gehad. Toen hebben we een soort reparatie gedaan. Mijn amendement zorgt ervoor dat deze groep mensen tegen het huidige tarief belast wordt.

De heer Van Weyenberg heeft al het een en ander gezegd over het LIV (lage-inkomensvoordeel). Ik heb zelf ook een amendement ingediend. Dit ziet op het volgende. Het gaat om werkgevers die iemand die in aanmerking komt voor het LIV, met goede bedoelingen in dienst hebben genomen, dus niet voor een klein baantje maar om echt een contract uit te laten dienen. Als die persoon vervolgens na zes tot twaalf maanden toch weggaat of als om een of andere reden het contract niet voortgezet kan worden, moeten we die werkgever niet in de kou laten staan. Dat is feitelijk nu wel het geval. Je moet minimaal een jaar in dienst zijn om het LIV te kunnen krijgen. Die regeling is er echter juist voor bedoeld om mensen in dienst te laten nemen. Als we dat willen, moeten we de werkgevers die daar werk van maken, belonen en tegemoetkomen. Dan gaat het niet om een klein baantje. Als een werkgever echter iemand uit de doelgroep minimaal zes maanden in dienst heeft gehad en die voor minimaal 24 uur per week aan het werk heeft gezet, moet een percentage van het LIV toegekend kunnen worden. Dat hebben we in het amendement verwoord.

Wat de integratie van de Wbso/RDA betreft kan ik mij kortheidshalve aansluiten bij het amendement van de heer Van Weyenberg. We komen nog wel met een subamendement op dit punt om het plafond nog iets te verlagen. We hebben namelijk al eerder aangegeven dat wij voor de Defensiebegroting hierin dekking zoeken, omdat wij ook in de Defensietak 100 miljoen willen investeren.

Er is nog één wetsvoorstel dat ik specifiek wil noemen. Dat betekent overigens niet dat ik de rest niet belangrijk vind. Ik ben erg blij dat de Wet vrijstelling uitkeringen Artikel 2-Fonds, over de uitkeringen voor de Joodse oorlogsslachtoffers, nu geregeld wordt. Daar dank ik deze staatssecretaris voor.

De conclusie is dat het voor de ChristenUnie van belang is dat het kabinet beweegt langs de drie lijnen die de ChristenUnie al maanden schetst. Wij hebben concrete voorstellen gedaan. De heer Dijkgraaf noemde ze essentieel. Ik sluit me maar aan bij die bewoordingen. Het is essentieel voor ons dat er wat gaat gebeuren voor de kloof tussen een- en tweeverdieners. Op dat punt ligt een amendement voor.

Daarnaast gaat het ons om de chronisch zieken en gehandicapten, met als dekking de vergroeningsmaatregel. Het kabinet heeft dit zelf ook aangegeven. Ere wie ere toekomt, de heer Grashoff is een beetje de geestelijke vader van dit voorstel. Deze amendementen zijn voor ons essentieel, in combinatie met het punt van de postcoderoos. Daarin moet nu ook echt een stap gezet worden. Wij zullen morgen aan het einde van het debat of donderdag bij de stemming, als wij zien welke amendementen worden aangenomen, onze mind opmaken.

De heer Van Weyenberg (D66):
Ik probeer de waarde te schatten van het woord "essentieel". Bij de heer Dijkgraaf was er weinig twijfel; zo heb ik zijn woorden in ieder geval begrepen. Als het amendement dat hij samen met mevrouw Schouten en de heer Bashir heeft ingediend, het niet redt, wordt het verkrijgen van de steun van de SGP-fractie heel ingewikkeld; laat ik het zo maar zeggen. Mevrouw Schouten zegt: het is essentieel, maar wij wegen alles aan het eind. Is dit amendement voor mevrouw Schouten een harde voorwaarde? Is het in ieder geval één van de punten die er zeker in moeten staan, wil haar fractie het Belastingplan kunnen steunen?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Ik kan het nog ingewikkelder maken voor de heer Van Weyenberg. Wij hebben aangegeven dat we allebei de amendementen zeer belangrijk vinden. Uiteindelijk zal aan het einde de weging plaatsvinden; dan zullen we beslissen wat we met het Belastingplan zullen doen.

De heer Van Weyenberg (D66):
Dat snap ik en ik misgun mevrouw Schouten niet de kans om een weging te maken. Zij gebruikt de term "essentieel". Daar maak ik het volgende uit op. Als een aantal amendementen, waaronder het amendement over de overdraagbare heffingskorting in combinatie met de combinatiekorting voor ouders met jonge kinderen die allebei werken, het niet haalt, is er geen steun van de ChristenUnie voor het Belastingplan. Heb ik mevrouw Schouten zo goed begrepen?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
De heer Van Weyenberg heeft zelf aan het einde van zijn inbreng ook nog niet gezegd of zijn fractie het plan zal steunen of niet. Hij wil die weging ook aan het einde maken. De heer Van Weyenberg noemde alleen de eenverdieners, maar het gaat mij ook echt om de chronisch zieken en gehandicapten in combinatie met de vergroening. Wij hebben steeds drie punten genoemd. Die drie punten zullen wij wegen. Wij hebben concrete amendementen ingediend of bijna ingediend; ik heb in ieder geval toegelicht waar wij aan denken. Dat is niet voor niets. Wij zullen er echt op letten hoe er over deze punten gestemd zal worden.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Ik borduur daar even op voort. Ik heb mevrouw Neppérus uitspraken horen doen over het eenverdienersvoorstel van de SGP-fractie. Ik weet niet of ik u helemaal goed citeer, maar ik heb iets gehoord in de zin van "daarvan lopen de rillingen mij over de rug". Ik heb de heer Groot horen zeggen dat het qua maatvoering buiten de orde is en dat hij dit zo niet zal steunen. Moeten we constateren dat het gewoon mislukt is?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Dat hoeft u niet aan mij te vragen. Volgens mij moet die vraag aan het kabinet gesteld worden. Wij hebben onze prioriteiten aangegeven. Wij hebben aangegeven wat voor ons belangrijk is. Donderdag zal blijken of het lukt of mislukt.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Mag ik vaststellen dat u samen met de SGP-fractie flink op ramkoers ligt met de coalitie op dit moment?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Ik denk nog even terug aan vorige week maandag. De heer Grashoff zal vandaag niet heel veel andere teksten van mij of van de heer Dijkgraaf hebben gehoord. Dan zouden wij vorige week maandag ook al op ramkoers hebben gelegen, zoals hij het verwoordt. Wij hebben gewoon een serieus voorstel neergelegd. We hadden toegezegd dat we dat zouden doen en dat hebben we hierbij gedaan. Het is uiteindelijk ook aan andere partijen om hun totale afweging te maken, maar wij hebben hier onze prioriteiten echt verwoord in amendementen.

De heer Bashir (SP):
De tijd dringt. Donderdag zijn de stemmingen al. Voordat we vandaag in deze zaal kwamen, hadden we al twintig uur vergaderd met ons allen, in twee dagen, in een andere zaal. Het valt mij op dat wij met ons allen al heel veel wensen op tafel hebben gelegd, maar dat de staatssecretaris amper stappen zet. Vindt mevrouw Schouten de stappen die de staatssecretaris tot nu toe heeft gezet voldoende? Mevrouw Neppérus sprak over laadpalen en de postcoderoos. Op die punten wil men de oppositiepartijen tegemoetkomen, maar de essentiële zaken die op tafel zijn gelegd, zijn absoluut nog niet aan de orde geweest. Zijn de stappen die tot nu toe zijn gezet voldoende?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Volgens mij zijn wij niet heel veel verder gekomen dan vorige week maandag. Toen lag er een voorstel van het kabinet op tafel, waarvan ik toen al in het debat heb aangegeven dat dat niet voldoende was. Ik heb daarna geen debat meer gevoerd met de staatssecretaris hierover. Ik weet niet of de heer Bashir dat wel heeft gedaan. Tot nu toe heb ik gezien dat de staatssecretaris het voorstel herhaalt in de brief die vrijdag aan de Kamer is gestuurd. Ik ben dus erg benieuwd wat de staatssecretaris morgen gaat doen.

De heer Bashir (SP):
Er word hier ook wel eens gesuggereerd of gespeculeerd dat de staatssecretaris zonder de voorstellen van de oppositie naar de Eerste Kamer wil gaan, om het er daar op aan te laten komen. Vindt mevrouw Schouten dat een verstandige optie en hoe zou de ChristenUnie zich in dat geval opstellen?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Ik vind het wel heel eervol dat de heer Bashir mij nu eigenlijk de rol van staatssecretaris geeft, alsof ik de staatssecretaris moet gaan vertellen wat verstandig is of wat niet. Ik denk dat de staatssecretaris dat zelf wel heel goed kan inschatten. Het enige wat ik kan aangeven is wat wij belangrijk vinden. Dat heb ik al weken gedaan, tot en met de punten en de komma's in de amendementen in het debat van vandaag. Mijn Eerste Kamerfractie maakt haar eigen afwegingen. Ik kan alleen vertellen wat wij hier belangrijk vinden. Daarin zijn wij heel consistent geweest. Of dat verstandig is of niet? Misschien moet de heer Bashir dat morgen aan de staatssecretaris vragen.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief

« Vorige Volgende »

december 2019

juni

september 2018

juni 2017

mei

april

februari

januari

december 2016

november