Streekziekenhuizen
De meeste mensen kennen niet alle ins en outs van het zorgstelsel, maar wel hun eigen huisarts en het ziekenhuis of verpleeghuis in hun regio. Als een regionaal ziekenhuis failliet gaat, roept dat veel emotie op. Het gaat voor veel mensen om vertrouwde zorg, dichtbij in de stad of regio waar je woont. De ChristenUnie hamert al jaren op meer betrokkenheid van cliënten bij zorgorganisaties en zorgverzekeraars. Als de zorgmedewerkers en bestuurders in een regio elkaar snel weten te vinden en hun patiënten goed kennen, geeft dat eigenaarschap, betrokkenheid en verantwoordelijkheidsgevoel.
Onze voorstellen:
-
Eenduidige zorgregio’s. We willen de zorg in eenduidige zorgregio’s organiseren, die aansluiten bij de bestaande werkgebieden van de zorgaanbieders en de zorginkopers. Er komt een einde aan versnippering en onduidelijkheid in de lappendeken van bestuurlijke regio-indelingen (ROAZ, Zorgkantoor, Zorgverzekeraar, GGD-regio, Acute GGZ regio, Veiligheidsregio, jeugdzorgregio, etc.)
-
Eenduidige regie in de regio. Wettelijk wordt vastgelegd dat er iedere 5 tot 10 jaar een regiovisie wordt vastgesteld door alle betrokken partijen bij de verschillende typen zorgaanbod. Dat gaat in elk geval om zorg waar sprake is van domein-overstijgende zorg (kwetsbare ouderen, ggz, chronische ketenzorg) en de acute zorg. Preventiedoelstellingen maken deel uit van deze regiovisie.
-
Regionale zorgraad. Om betrokkenheid van patiënten/bewoners te borgen, krijgen zij een stem in majeure besluiten over de inrichting van zorg in de regio. Daartoe wordt in elke zorgregio een zorgraad ingericht.
-
Krimpcontracten. Meerjarige (krimp)contracten in de ziekenhuiszorg worden de norm. De zorg wordt verplaatst naar de eerste lijn en het sociaal domein/preventie, die hiertoe voldoende middelen krijgen. Hierdoor wordt de zorg dichterbij mensen georganiseerd.
-
Landelijke regie op hoogspecialistische (en academische) zorg. Er komt landelijke sturing op zorg die dusdanig specialistisch of onplanbaar van karakter is dat de vraag in de regio te klein, versnipperd of onvoorspelbaar is en er sprake is van een risico dat het aanbod onvoldoende of juist overmatig tot stand komt. Een voorbeeld van het eerste is de specialistische GGZ. Een klassiek voorbeeld van het laatste zijn de protonentherapiecentra. Voor deze bovenregionale sturing wordt een capaciteitsorgaan opgericht.
-
Noodcapaciteit. Tijdens de Corona-crisis hebben we gezien dat we op alles voorbereid moeten zijn. Het nieuwe capaciteitsorgaan wordt tevens verantwoordelijk voor het plannen van voldoende noodcapaciteit van intensive cares, laboratoria en hulpmiddelen. Om voldoende noodcapaciteit achter de hand te hebben wordt een corps van 25.000 zorgreservisten opgeleid voor het verrichten van (ondersteunende) gezondheidstaken in een noodsituatie. Deze reservisten worden regelmatig bijgeschoold.
-
Landelijk hoofdlijnenakkoord. Er wordt een nieuw landelijk hoofdlijnenakkoord gesloten met harde afspraken over transformatie van de zorg.
- Bereikbaarheid acute zorg. Er wordt gekeken naar de bereikbaarheid van de acute zorg per regio en het wordt mogelijk om gradaties in spoedeisende hulp en acute zorg aan te brengen zodat een groot deel van de SEH en acute zorg in alle regio’s voldoende beschikbaar is. Mocht bepaalde hulp niet gegeven kunnen worden, b.v. acute geboortezorg, dan moet aan de randvoorwaarden voldaan worden om die benodigde zorg zo snel en goed mogelijk bereikbaar te maken. Dit wordt besproken en vastgesteld bij het opstellen van de regiovisie.