Bijdrage Joël Voordewind AO Standpunt EU over veroordeling geweld Israelische kolonisten

donderdag 05 april 2012

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind als lid van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken en de vaste commissie voor Europese Zaken in een algemeen overleg met minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken

Onderwerp:   Standpunt EU over veroordeling geweld Israelische kolonisten en nederzettingenpolitiek

Kamerstuk:   23 432

Datum:            5 april 2012

De heer Voordewind (ChristenUnie): Voorzitter. Het is wat lastig om te spreken over

rapporten die wij officieel niet kennen. Wij moeten dan maar reageren op berichten in de kranten daarover. Dat geldt ook voor de brief die is uitgelekt. Ik vind het heel lastig om de minister vanuit die positie te bevragen. Het is geen officieel rapport en het gaat bovendien om het buitenlandbeleid van de Europese Unie, dat volgens mij voor Nederland nog steeds niet bindend is en, naar de mening van de ChristenUnie, voor Nederland ook niet bindend moet worden. De Europese Unie coördineert het buitenlandbeleid. Ik ben heel blij dat Nederland bij monde van deze minister van Buitenlandse Zaken zijn eigen standpunten kan en mag innemen in het Midden-Oosten Vredesproces.

Ik reageer dan toch maar op de geluiden die wij over het rapport horen. Uit de brief van de minister begrijp ik dat de minister en de minister-president van Israël, Netanyahu, het geweld van de kolonisten sterk veroordelen. Dat lijkt mij een helder geluid. Daarmee wordt duidelijk afstand genomen van dat geweld. Ik heb wel begrip voor de kritiek die de minister heeft op het rapport. De ChristenUnie vindt het terecht dat Nederland een voorbehoud heeft gemaakt vanwege de mogelijke -- "mogelijke", want wij kennen het rapport niet -- eenzijdigheid of, zoals de minister het noemt, disproportionaliteit van het rapport. Daarin zou worden uitgegaan van het geweld van kolonisten tegen Palestijnen. Mag ik erop wijzen dat vorig jaar september een vader en een drie maanden oude baby zijn vermoord? Mag ik erop wijzen dat vorig jaar maart in Itamar een gezin met drie kinderen is vermoord? Een van de gezinsleden was een baby van drie maanden oud, die de keel is doorgesneden. Waar waren toen de verwijzingen in de rapporten van de EU? Waar waren toen de veroordelingen? Als er dan veroordelingen volgen, dan dienen deze proportioneel te zijn naar beide kanten. Als dat in dit rapport eenzijdig is gebeurd, dan steunt de ChristenUnie de minister volledig als hij daartegen een voorbehoud maakt. Alleen al de afgelopen tien dagen zijn er vijf incidenten geweest tegen Israëliërs op de West Bank. Zelfs mensen van de Rode Halve Maan hebben met machinegeweren geschoten op Israëliërs. Er zijn mensen met bijlen te lijf gegaan. Waarom worden die incidenten niet ook genoemd? Ik spreek dan ook steun uit voor de opstelling van deze minister.

Dan ga ik in op de brief over de administratieve detentie. Het gaat hier wel om leden van terroristische organisaties van Hamas, die nog elke dag oproepen tot de vernietiging van de staat Israël. Hamas is verantwoordelijk voor het bestuur van Gaza en laat nog elke dag raketten afvuren op Zuid-Israël. Tegelijkertijd heeft ook mijn fractie vragen, vooral over de lange administratieve detentie waarin mensen in Israël verkeren. Zij zien hun zaken niet voor de rechter verschijnen. Ik vraag de minister dan ook hoeveel mensen lange tijd in administratieve detentie zitten. Kan de minister aandringen op het alsnog onder de rechter brengen van deze zaken? Ook wij zetten grote vraagtekens achter het niet onder de aandacht van de rechter brengen van dit soort zaken.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug