Bijdrage Carola Schouten aan de Algemene Financiële Beschouwingen (IXA/IXB)

woensdag 30 september 2015 00:00

Bijdrage van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Financiën aan de Algemene Financiële Beschouwingen (IXA/IXB)

Onderwerp:   Algemene Financiële Beschouwingen (IXA/IXB)

Kamerstuk:    34 300          

Datum:           30 september 2015

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Voorzitter. De minister van Financiën kwam twee weken geleden naar deze Kamer met het koffertje van Lieftinck; de heer Nijboer refereerde er ook al aan. In het voorwoord van de Miljoenennota schrijft de minister dat het eigenlijk een symbolisch gebaar is. Hij wil er een verstandig begrotingsbeleid en een vernieuwde voorspoed mee uitdrukken, in de geest van Lieftinck, zegt hij erbij.

Ik ben toch eens gaan bladeren om te zien wat die Lieftinck nu allemaal heeft gedaan. Ik heb hier een boek van het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis. Het zou bijna moeten passen op de desk van de voorzitter.

De voorzitter:
Is het ook in digitale vorm beschikbaar?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Dat weet ik niet, voorzitter.

Ik kan de bewindslieden zeggen dat het een aanrader is. Er staan echt heel mooie debatbeschrijvingen in, inderdaad ook uit de tijd van Lieftinck. Ik maakte daaruit op dat er eigenlijk toch wel wat parallellen zijn te trekken tussen Lieftinck en deze minister en deze staatssecretaris. Lieftinck was bijvoorbeeld net als deze minister van de PvdA. Ik zeg daar wel bij dat de heer Lieftinck op een gegeven moment wel heel erg is afgedropen. Hij was erg teleurgesteld en hij heeft zijn lidmaatschap opgezegd. Ik waarschuw de minister dus maar even. Zowel Lieftinck als de minister heeft belangrijke wetten op het terrein van de banken doorgevoerd. Lieftinck voerde de Bankwet in en deze minister de bankenunie, wat we daarvan ook mogen vinden. Beiden zijn ook heel erg druk geweest met belastinghervormingen, waarbij ik dan weer even naar de staatssecretaris kijk. Daar tekent zich echter gelijk een verschil af, want Lieftinck bracht het wel tot een herziening. Hij kreeg het zelfs voor elkaar om in één keer een vermogensaanwasheffing in het voeren. Het kan dus, zeg ik tegen de staatssecretaris.

Een belangrijke parallel tussen de tijd van Lieftinck en de onze is dat de uitdagingen groot zijn. Dat was in die tijd, in de naoorlogse jaren, zeker zo. Wij hebben het ongelofelijke voorrecht dat wij mogen leunen op het werk dat in de naoorlogse jaren door onze voorouders is verzet om het land er bovenop te krijgen. Zij werkten voor onze toekomst zoals wij nu ook de plicht hebben om te bepalen wat wij willen nalaten aan onze volgende generaties.

Zoals ik al zei, zijn de uitdagingen groot. Wij zien nu de gevolgen van de grote conflicten in deze wereld. Vluchtelingen zoeken en vinden hun weg naar Europa en ook naar Nederland. Globalisering is niet meer slechts een economisch geladen begrip. Het is ook een geopolitiek begrip geworden. Conflicten elders hebben hun weerslag op ons leven. Hoewel we dagelijks horen van de instroom van vluchtelingen, werd hier bij het opstellen van de begroting van Veiligheid en Justitie nog niet echt rekening mee gehouden. Ik zeg dat met enig gevoel voor understatement. In de begroting wordt voor dit jaar en volgend jaar nog uitgegaan van een asielinstroom van zo'n 26.000 mensen, maar dit jaar — we hebben net de cijfers van de staatssecretaris van V en J gehoord — zijn er al 37.000 mensen binnengekomen. In de begroting wordt ook nog uitgegaan van een daling van de bijdrage aan het COA. Twee weken geleden, bij de Algemene Politieke Beschouwingen, is hier de motie-Slob c.s. aangenomen (34300, nr. 23), waarin het kabinet opgeroepen wordt om bij de Najaarsnota met voorstellen te komen om in 2016 structureel extra middelen te reserveren voor de eerstejaarsopvang in Nederland en in de regio, waarbij de lopende OS-programmalijnen worden ontzien. Hoe gaat het kabinet ervoor zorgen dat die extra middelen gevonden worden? Heeft het al een idee waar die middelen gevonden moeten worden? De heer Koolmees zei dat er geluiden zijn dat die binnen de OS-begroting gevonden kunnen worden, maar dat is niet conform de motie. Ik ga ervan uit dat dit dus ook niet het geval zal zijn.

Duurzaamheid is een ander vraagstuk met grote uitdagingen. De doelen die wij op dat punt met elkaar hebben afgesproken, raken steeds verder uit zicht, terwijl wij het hier letterlijk hebben over de toekomst van onze kinderen. Bewoners uit Groningen voelen zelfs wat het gebruik van fossiele brandstoffen met onze bodem en hun leven doet. Het kabinet gaat in het najaar nadenken over een mogelijke verlaging van het winningsplafond voor 2016, maar gaat in de raming en in de begroting nog steeds uit van 33 miljard kuub. Tegelijkertijd zien wij dat er door de lage olieprijs minder gasbaten binnenkomen. Het lijkt mij nu dus juist het moment om het winningsplafond te verlagen. Het gas blijft dan in de bodem. Dat is belangrijk omdat de prijzen nu laag zijn, maar bovenal omdat je daarmee zekerheid biedt aan de Groningers. Onderkent de minister dat het verstandig is om dat nu al terug te brengen? Is zij daartoe bereid?

De werkloosheid is nog steeds hoog. Het opmerkelijke is dat dit voor een groot deel komt doordat er meer arbeidsaanbod is gekomen. Dat zeg ik ook tegen de heer Koolmees, die er nu even niet is. Het inzetten op alleen maar banen leidt op korte termijn dus niet tot een lagere werkloosheid. Deels komt het natuurlijk ook door de langdurige werkloosheid. Bij de begroting van Sociale Zaken zal ik hierop terugkomen. Ik heb wel alvast een vraag over de arbeidsmarkt. Wij wachten al maanden op het ibo zzp. Dat is het rapport dat allerlei thema's rond zzp'ers behandelt. Straks behandelen we het Belastingplan, waar dit onderwerp van belang kan zijn. Is de minister bereid om het ibo zzp, dat al maanden op het ministerie ligt te verstoffen, vóór de behandeling van het Belastingplan naar de Kamer te sturen? Dan kunnen wij dat daarin meenemen.

Ik kom bij het pakket van 5 miljard. 2016 had het jaar moeten worden van de grote belastinghervorming. De zolder zou eindelijk opgeruimd worden, aldus de staatssecretaris. We moeten constateren dat ons belastingstelsel nog een rommelzolder blijft. Een gemiste kans. Wil het kabinet de tweede helft van de speeltijd alsnog benutten voor een stelselwijziging, of heeft het de moed nu echt opgegeven? Het CPB leverde afgelopen vrijdag een prima studie af over de mogelijkheden om de fiscale behandeling van kapitaalinkomen te uniformeren en dat in te zetten voor lagere lasten op arbeid. Hoe kijkt het kabinet tegen de voorstellen van het CPB aan? Is het voornemens om nog deze kabinetsperiode met de voorstellen aan de slag te gaan? Het CPB beveelt aan om besparingen en beleggingen te belasten op basis van het daadwerkelijke rendement. Dat is bijzonder actueel in de discussie over de vermogensrendementsheffing. Wij komen hier nog over te spreken, maar het is mij nog steeds niet duidelijk waarom het technisch niet mogelijk is om op het werkelijke rendement te heffen. Landen om ons heen doen dat wel. Mogelijk wil de staatssecretaris nog een poging doen om die vraag te beantwoorden.

Een ander punt dat het CPB aansnijdt is het gelijker belasten van eigen en vreemd vermogen. Dat is een wens die de staatssecretaris ook uitte in zijn brief van juni jl. Wat let het de staatssecretaris om hier alsnog mee aan de slag te gaan? Hier kunnen toch stappen toe worden gezet? Is hij hiertoe bereid?

De heer Grashoff (GroenLinks):
Ik hoor mevrouw Schouten aan de minister vragen of het mogelijk is om reëel rendement te heffen. Dat is een heel terechte vraag. Het leidt bij mij tot een vraag aan de fractie van de ChristenUnie. Stel dat het niet direct of op heel korte termijn mogelijk is, ziet de ChristenUnie dan het voorliggende voorstel als een stap in de goede richting en zal ze het steunen, of ziet ze het als een voorstel dat maar beter naar de prullenbak verwezen kan worden?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Bij een voorstel waarin 3,5 miljoen huishoudens erop vooruitgaan doordat zij een lagere vermogensrendementsheffing gaan betalen en 350.000 huishoudens erop achteruitgaan, lijkt mij de balans vrij snel opgemaakt. Het is een stap in de goede richting.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Dank u wel voor dit antwoord. Ik hoop dat u daaraan vasthoudt.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Daar mag u mij aan houden.

Een van de onderliggende rapporten over de belastingherziening was het rapport van de commissie-Van Dijkhuizen. Die commissie is ooit op verzoek van de Kamer in het leven geroepen om te komen tot een leefvormneutraal belastingstelsel. Toen we gingen nadenken over het belastingstelsel was de wens bij aanvang dus helder. Maar waarmee eindigen we? Met een stelsel dat de leefvormneutraliteit nog verder onder druk heeft gezet. Het verschil tussen een- en tweeverdieners is nog verder opgelopen. Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen erkende de minister-president dat het verschil zo ver kon oplopen dat een eenverdiener vijf keer zoveel belasting betaalt als tweeverdieners met hetzelfde salaris. Ook het Nibud concludeert dat. Wat ons betreft bepaalt de Belastingdienst niet welke keuzes gezinnen maken. Heel veel gezinnen hebben zelf ook die keuze niet. We hoorden net al het voorbeeld van mensen met een zieke partner. Het is ook erg tegenstrijdig dat het kabinet enerzijds van de samenleving vraagt om steeds meer onbetaalde mantelzorg te verrichten, maar dit anderzijds fiscaal afstraft. Deze ongelijkheid móet rechtgetrokken worden. Dit belastingplan ademt namelijk te ver doorgeschoten individualisme en te weinig gevoel voor gemeenschapszin uit. Is het kabinet het ermee eens dat het geen rechtvaardig belastingstelsel meer is als er zo'n groot verschil in belastingdruk ontstaat en is het voornemens om hier iets aan te gaan doen? Dat geldt ook voor de koopkracht van chronisch zieken en gehandicapten. Het kabinet heeft gezegd dat alle groepen er in koopkracht op vooruitgaan. Nu zijn chronisch zieken en gehandicapten geen aparte groep in de koopkrachtplaatjes, maar dat wil niet zeggen dat daar geen koopkrachteffecten worden ervaren. Uit berekeningen van het Nibud blijkt dat chronisch zieken en gehandicapten er volgend jaar in vrijwel alle gevallen op achteruitgaan. Juist in een tijd waarin iedereen profiteert van de aantrekkende economie en de lastenverlichting van het kabinet, vinden wij het niet meer dan rechtvaardig dat ook deze groep meeprofiteert. Wat vindt het kabinet van de koopkrachtontwikkeling voor chronisch zieken en gehandicapten, zoals in de Nibud-cijfers tot uitdrukking is gebracht? Is het kabinet het met ons eens dat wij hier nog eens naar moeten kijken?

Op het punt van de vergroening worden vaak mooie woorden gesproken — wij hoorden het zojuist nog in het betoog van de heer Nijboer — maar helaas blijft het daar vaak bij. Wij zien nog wel mogelijkheden om stappen in die richting te zetten. Zelfs de Raad van State zet vraagtekens bij het ambitieniveau van het kabinet in relatie tot de doelen die wij ons hebben gesteld op het vlak van bijvoorbeeld de CO2-reductie. Vergroening van de belastingen kan twee doelen dienen: het bijdragen aan de duurzaamheidsopgave en het kunnen aanwenden van de belastingopbrengsten voor bijvoorbeeld lagere lasten op arbeid. Twee vliegen in één klap. Vanuit het kabinet komt er echter niets. Tijdens de algemene politieke beschouwingen is een motie van de hand van de fracties van de ChristenUnie, D66 en GroenLinks verworpen. In onze tegenbegroting doen wij diverse voorstellen voor het komen tot verdere vergroening. Heeft het kabinet nog ambities op het terrein van vergroening? De opbrengsten daarvan mogen wat mij betreft ook aangewend worden voor lagere lasten op arbeid. Mijn oproep is om op dit terrein meer lef en ambitie te tonen. Het kabinet heeft op dit punt de steun van onze fractie.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Terecht wordt door mevrouw Schouten de ook door ons warm ondertekende motie-Slob c.s. inzake de fiscale vergroening genoemd. Die motie is verworpen. Dat was volgens mij niet verstandig van de zijde van de coalitie, want het was een zeventienzetelmotie en dat kan zomaar een rol spelen, waar ook door de premier op gedoeld werd. Mijn vraag is of de ChristenUnie voet bij stuk houdt. Kan mevrouw Schouten zeggen of de vergroening van het belastingstelsel een voorwaarde is om überhaupt tot instemming met het nieuwe belastingstelsel te komen? Als die helderheid geschapen kan worden, in elk geval namens de verschillende indieners van de motie, zou dat een buitengewoon interessante situatie kunnen opleveren.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Dit is de klassieke wat-alsvraag. Wij hebben gezegd langs welke lijnen wij het belastingstelsel zullen beoordelen. Daarbij is vergroening een belangrijk thema. Wij zullen straks op het eind onze totaalafweging maken. Het is te algemeen om nu te gaan speculeren over wat er dan zal gaan gebeuren. Ik wil mij maximaal inspannen om vergroening in het belastingpakket te krijgen, juist vanuit het idee dat dit bijdraagt aan onze duurzaamheidsdoelstellingen, maar ook omdat wij met de opbrengst heel nuttige dingen — bijvoorbeeld het verlagen van de lasten op arbeid — kunnen realiseren.

De heer Grashoff (GroenLinks):
Laten we elkaar niet voor de gek houden. De fractie van de ChristenUnie heeft op dit vlak een sleutelrol. Zij kan langs twee kanten proberen om er over het belastingplan met het kabinet uit te komen. Dat is een comfortabele positie, die echter ook verantwoordelijkheid schept. Ik gun de ChristenUnie-fractie die positie van harte, maar als zij de ambities in haar tegenbegroting ten aanzien van de 300 miljoen kolenbelasting, de 240 miljoen voor woningisolatie en de 100 miljoen voor vrijstelling van energiebelasting voor de opwekking van eigen energie wil waarmaken en daarnaast de subsidie op de bijstook van biomassa wil afschaffen, dan mag ik toch aannemen — het is bijna een retorische vraag — dat de ChristenUnie-fractie zich niet met een kluitje in het riet laat sturen. Als het nodig is, helpen wij mevrouw Schouten daar heel graag bij.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Laat de heer Grashoff zich verrassen door wat wij allemaal zullen proberen om te bewerkstelligen dat het belastingplan de goede kant op komt.

De voorzitter:
Gaat u verder. Denkt u aan uw tijd?

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):
Ik rond bijna af. Wij spraken zojuist over de middelen voor asiel op de begroting van Veiligheid en Justitie, maar de ontoereikende middelen voor de strafrechtketen zijn nog erger. Wij praten dan over de politie, het Openbaar Ministerie en de rechtbanken. In de Kamer is de motie-Slob/Samsom aangenomen. In die motie wordt uitgesproken om de rechtbanken te behouden. Het is echt van cruciaal belang dat nu stappen worden gezet. Dit is geen politiek spel, maar een serieuze opmerking, voortkomend uit bewogenheid met het belang van het strafrecht en de strafrechtketen in onze rechtsstaat. Ik hoop dat het kabinet nu niet op een blinde muur afrijdt, maar dat het zelf ziet met wat voor voorstellen het kan komen.

Ik rond af. Ik begon met de heer Lieftinck en ik dacht: ik moet toch ook maar een beetje afsluiten met een VVD'er. Dan komt alles meer bij elkaar. Dat doe ik met de woorden van oud-VVD'er Oud. Hij gaf het kabinet waar de heer Lieftinck deel van uitmaakte in zijn speeches een heel wijs advies mee dat de Bijbelse Jozef ook aan zijn broers meegaf toen die op reis gingen: gaat en wordt niet toornig onderweg. En dat wens ik deze twee bewindslieden ook toe.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

« Terug

Archief

« Vorige Volgende »

december 2019

juni

september 2018

juni 2017

mei

april

februari

januari

december 2016

november