Over Hendrik-Jan
- Fractiesecretaris
- Lid van de Eerste Kamer sinds 6 april 2021
Spionage is van alle tijden, maar kent wisselende verschijningsvormen. Van klassieke en Bijbelse voorbeelden als de vermomde Odysseus en de verspieders van Jozua, via iconische voorbeelden als de Enigma machine en de afluistertunnel onder Oost-Berlijn tot de realiteit van de afgelopen jaren, met trollenlegers, cyberaanvallen en schimmige praktijken op de parkeerplaats naast het gebouw van de OPCW.
Wetgeving met betrekking tot huisvesting neemt de afgelopen weken een prominente plaats in op de agenda van deze Kamer. En dat is terecht, want een dak boven je hoofd en het hebben van een plek die je ‘thuis’ kunt noemen is van enorme betekenis. Het bevorderen daarvan door de overheid is zelfs opgenomen in het hoofdstuk ‘grondrechten’ in onze Grondwet.
Toen Nederland in de jaren ’70 van de vorige eeuw te maken kreeg met terrorisme reageerde de overheid behoedzaam, maar vooral ook gefragmenteerd. Onder het glanzende chroomlaagje van de destijds veelgeprezen ‘Dutch approach’ verborg zich niet zozeer een pakketje schroot, maar wel een problematisch gebrek aan eenduidigheid.