Joël Voordewind stelt vragen over Nederlandse betrokkenheid bij de nieuwe Gaza-flottielje.

woensdag 18 mei 2011

Schriftelijke vragen van ChristenUnie Tweede Kamerlid Joël Voordewind en de Tweede Kamerleden Van der Staaij (SGP) en De Roon (PVV) aan de ministers van Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Onderwerp:   Nederlandse betrokkenheid bij de nieuwe Gaza-flottielje

Kamerstuk:   2011Z10170

Datum:            18 mei 2011

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het artikel “Schepen onder terreur-vlag”? 1)

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat Amin Abou Rashed, die nauw betrokken is bij de organisatie van de nieuwe Gazavloot, nauwe banden heeft met de islamitische terreurorganisatie Hamas? Geeft de vrijgekomen informatie er aanleiding toe om onmiddellijk actie te ondernemen jegens de heer Rashed? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Kunt u bevestigen dat Rob Groenhuijzen, voorzitter van de Nederlandse organisatie achter de vloot, ook een terreurverleden heeft?

Vraag 4

Kunt u bevestigen dat de Stichting ISRAA, die financiële steun poogt te verwerven voor de nieuwe Gazavloot, een plaatsvervanger is voor de verboden terreurorganisatie Al-Aqsa? Wordt er inmiddels door het Openbaar Ministerie (OM) strafrechtelijk onderzoek gedaan naar deze organisatie? Zo nee, waarom niet? Heeft het OM tevens besloten om strafrechtelijk onderzoek te doen naar Nederland-Gaza? Zo niet, bent u bereid het OM alsnog te verzoeken dat te doen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Geeft de vrijgekomen informatie er aanleiding toe om de activiteiten rondom de nieuwe Gazavloot de verbieden? Zo nee, waarom niet?

1 De Telegraaf, 14 mei 2011. 

Voor meer informatie zie ook www.tweedekamer.nl.


« Terug

Archief > 2011 > mei